17 Februari,1939- Uitbreidings plan 897- De heer K.P.Groen merkt op,dat er dan gezien het feit,dat het kachelstoken bijna afgeloopen is,geen haast met deze'zaak behoeft te worden gemaakt. De heer G.Dane Gzn.zegt,dat de thans in gebruik genomen kachels al oud zijn,terwijl de centrale verwarmlngsinstallatie bij handhaving van de ka.chelverwarming ook niets meer waard is De heer H.H.Harmsen zegt nog niet in te kunnen zien,dat de centrale verwarming nu zooveel meer kost,dan gewone kachel- verwarming. Ging het nu,aldus spreker,over de stichting van een dergelijke Installatiedan zou spreker er ook tegen zijn, maar nu de verwarming er is,zou spreker deze maar willen'la ten herstellen. De heer K.Verhagen merkt op,dat het derde lokaal o.a.ook wordt gebruikt voor stempellokaal en men kan dit toch niet onverwarmd laten De heer J.A.Maris zegt het Jammer te vinden,dat deze mooie verwarmingsinstallatie is stuk gevroren,maar waar de gewone kachelverwarming leder Jaar een besparing geeft van f.1000.- zegt spreker tegen herstel der.centrale verwarming te zijn. De Voorzitter zegt,dat de berekening van den heer J.A. Maris uit ongecontroleerde cijfers is samengesteld. De heer J.A.Maris zegt,dat zijn berekening Juist is,en wel aan de hand van de cijfers van de laatste jaren. Spreker merkt op,dat de kosten van verwarming enz.van het lokaal,dat niet voor lager-onderwijsdoelelnden wordt ge bruikt,niet bij de vaststelling der gemiddelde kosten mede mag tellen-.Zoodra de heeren ,dle de berekening der gemiddel de kosten per leerling op maken,2/5 van de kosten laten mede tellen,kan spreker daarmede zich wel vereenigen,maar anders niet De gemiddelde kosten per leerling zijn hier altijd abnormaal hoog geweest. Alleen het jaar,dat de Kroon het bedrag heeft vastgesteld, toen was het,aldus spreker,ongeveer gelijk aan dat in andere Gemeenten De heer A.de Wit zegt,dat het dus niet alleen gaat over de verandering van de verwarming,maar ook over de berekening der gemiddelde kosten per leerling der O.L.School. De heer H.H.Harmsen zegt,dat de kosten van verwarming nooit de oorzaak kunnen zijn van zoo'n gtoot verschil als door den heer J.A.Maris wordt voorgegeven. De heer A.de Wit vraagt of de Raadsleden dan niet. eens een gespecificeerde rekening kunnen krijgen. De heer J.A.Maris zegt,dat iedere gulden,welke de O.L. School meer kost ook ongeveer een gelijk bedrag ten bate van de bijzondere scholen komt. De heer C.Marls zegt ook tegen herstel van de centrale verwarming te zijn,want spreker is er vast van overtuigd,dat een dergelijke verwarming voor een school met 35 leerlingen veel te duur is. De heer C.Dane zegt dan ook eerst een berekening te willen zien De heer J.A.Maris zegt wederom met het voorstel te komen, om voor deze aangelegenheid een Commissie te benoemen. De Voorzitter zegt,dat Burgemeester en Wethouders hier voor zijn. De heer J.A.Maris zegt,dat beide Wethouders van deze zaak afwisten en nu deze ter sprake komt,staan zij er blijkbaar geheel vreemd tegenover. De Voorzitter zegt,het voorstel te doen deze zaak aan te houden. De heer A.de Wit zegt zich daarmede wel te kunnen ver eenigen,mits de raadsleden een gespecificeerde berekening krijgen. Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten. De voorzitter zegt,dat voor het opmaken vanhet plan tot herziening van het uitbreidingsplan dezer Gemeente,een ste- debouwkundlge moet komen.De kosten daarvan vallen nogal mede, zegt spreker,want dit zal een bedrag van f.700.- kosten. De heer J.A.Marls vraagt of wij dus nu met een bedrag van f.700.-gedaan kunnen krijgen,wat wij ee^st op f.l^OO.- 17 Februari,1939. jhadden geraamd. De Voorzitter zegt,Ja,want men had eerst dit bedrag bere kend voor een Gemeente van:3000 inwoners,terwijl later bleek, dat dit ongeveer 2000 moest zijn,zoodat het bedrag aanmerke lijk lager werd. De heer J.A.Maris vraagt of het plan dus voor dat bedrag ook overeenkomstig de wenschen van Hoogerhand is opgezet. q+-D^ Voorzitter merkt op, dat het op die voorwaarden aan een Stedebouwkundige wordt opgedragen Regiement van Orde De Voorzitter zegt,dat Heeren Gedeputeerde Staten nog eenl- ge^bedenkingen hebben tegen het Reglement van Orde voor den De heer J.A.Marle zegt het voorstel te doen om als ont werper van dit nieuwe reglement dit in overleg met den Se cretaris zoo te redlgeeren,dat Heeren Gedeputeerde Staten hiertegen geen bezwaren meer hebben.Zoo noodig kunnen wil spreken151*6 Herziening alsnog ter griffie eerst be- ze£"fc,<lat het antwoord op deze nota eerst schriftelijk moet worden ingediend. De heer J.A.Maris vraagt of er bezwaren bestaan,dat hi 1 de hulp van den Secretaris inroept om deze zaak verder uit te werken,daar spreker op dit terrein ook maar een leek is. T)t fi-J6 Wlt Pft daartegen geen bezwaren te hebben. De Voorzitter zegt,dat het een ongewoon figuur is dat een klaarmaakt Secretarie de zaken voor dén Raad De heer C.MarlsCzn.zegt het antwoord op de nota van aan- ïfwufen honcrendePUteepae Btftten t0°h 6erSt -'garing Besloten wordt,dat de heer J.A.Maris met hulp van den Se cretaris het antwoord klaar maakt voor de eerstvolgende ver gadering van den Raad en dan zoo noodig nog naar ^Griffie He zaak mondeling nog nader toe te lichten De Voorzitter zegt, dat Heeren Gedeouteerde Staten ook no a- enkele bezwaren hebben op het beslnlt toi wijziging Set Reglement van het Burgerlijk Armbestuur Spreker vraagt of de Raad het goed kan"vinden dat de7a zaak op dezelfde wijze wordt afgewerktals het Reglement van Orde voor de vergaderingen van den Raad. h°°{dellJke stemming wordt hiertoe besloten De Voorzitter zegt,dat ook de Politie Verordening éog ge- lfordan-Er ls verzocht, om de voorgestelde wijzi gingen eerst ter Griffie te komen bespreken en waar dele terPvootnKn nog.nleJ: Hebben plaats gehad.Stelt de Voorzit ter voor, deze nota alsmede het andere voorstel tot de aan vulling van de verordening tot een e.v. vergadering aan te houden en zoo noodig nog bij de heeren te laten circuleeren Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten tot°Sftri ®liJke stemminS wordt besloten de Verordening de veldwi?h?S ae**ve**°rdenlng,regelende de benoeming enz.va? de veldwachters overeenkomstig het verlangen van den heer Commissaris der Koningin te wijzigen De Voorzitter zegt,dat G.J.van der Flier destijds blijden Raad een gunstig onthaal heeft gehad met zijn verzoek tot overbrugging van een gedeelte sloot naast zijn woning en zich nu weer tot den Raad heeft gewend om een brag t! lLgen hij van fijn tulf om aRnn°Seers tot Burgemeester en Wethouders gewend om alsnog vergunning,maar het College kon geen aanleiding ftraf? hëd nl"? hlJ T SOede ult^"S aan de Landpoort- rr>imV^Lv n Vaste vergunning voor een uitgang naar de Grimhoek te verleenen.Wel hebben Burgemeester en wSthSSders aldus spreker zich bereid verklaard,zoo noodig in voo?ko! 5*n §fVa™n een vergunning te vfrleenen Van der Flier was hiermede nog niet tevreden en heeft zich thans tot den Raad gewend. zlch De heer K.Verhagen vraagt hoelang die brug daar al ligt? Reglement van Orde BurgArmbe stuur Algemeene Poli tie Verordening. Veldwachtersver ordening. Overbrugging sloot G.J.van der Flier.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1939 | | pagina 2