5 September 19391 950. te zeggen. Spreker zegt,dat bet toen misschien beter naar den zin van den Voorzitter ging,maar niet naar dien van de leden. De Voorzitter zegt,dat er niets tegen is het Reglement van het Burgerlijk Armbestuur te wijzigen,maar het moet niet nadeelig zijn,om dit College behoorlijk te laten werken. Deze zaak kan zonder veel opoffering weerszijden worden opgelost. De Heer J.A.Maris zegt,dat de Voorzitter een opsomming wil hebben van feiten,maar spreker heeft den Voorzitter al meerma len op onjuistheden gewezerjmaar de Voorzitter negeert ge woonweg al de leden. De Voorzitter verzoekt den Raad niet te veel waarde aan de woorden van den Heer J.A.Maris te hechten. De Heer J.A.Maris zegt,dat de Voorzitter meermalen aan besluiten geen uitvoering geeft, Zelfs na ontvangst van een aanmaning van den Commissaris der Koningin werd dit geweigerd. De Voorzitter zegt,dat de Heer J.A.Maris niets op kan noemen,waaruit blykt,dat het Reglement niet is nageleefd. Spreker zegt steeds de hand aan het Reglement te hebben gehouden. De Heer J.A.Maris zegt,dat de Heeren in Den Bosch het toch met spreker eens waren. De Heer K.Verhagen zegt het toch te betreuren,dat de le den van het Burgerlijk Armbestuur zoo slecht met de zaken op de hoogte worden gehouden. De Voorzitter zegt ook deze opmerking te moeten terugwij zen, want in elke vergadering krijgt men verslag van hetgeen gebeurd is. De Heer K.Verhagen zegt,dat de leden dan een lijst van na men af hooren lezen met opgaaf van hetgeen zij hebben gehad. De Voorzitter zegt,dat dan de leden moeten vragen om dit verslag langzamer voor te laten lezen. De Heer -C.Dane zegt wel te hooren,dat het in het Burger lijk Armbestuur ook geen koek en ei is en wanneer dit College niet behoorlijk werkt,dan zegt spreker van meening te zijn,dat het Bestuur dan moet worden gereorganiseerd. Het Burgerlijk Armbestuur moet onpartijdig werken en wanneer de leden onderling kwesties hebben,dan kan dit nooit ten goe de komen aan de bedeelden. De Heer J.A.Maris zegt,dat de Heer Dane toch ook de rede neeringen heeft gehoord en dan verwondert het spreker,dat waar de Heer Dane ook wel gemerkt zal hebben en toch ook al lang weet,dat de leiding van het Burgerlijk Armbestuur niet deugt,nu met het voorstel komt het Burgerlijk Armbestuur te reorganiseeren. De Heer C.Dane zegt,dat de vorige spreker hieraan ook wel schuld zal hebben. De Heer J.A.Maris zegt,dat wanneer hij voor de een of an dere zaak wordt geroepen,zioh daaraan ook ten volle geeft, heid wordt^nthouden^is^et^geen^wonder^dat het ?o!%otsin- 5 S eptember 1939 Nadere voorzie ningen v.m.ves tingwerken. 951. gen komt. Wanneer aldus spreker een nieuw Burgerlijk Arm bestuur wordt samengesteld van personen,die zich ook niet voor kwajongen willen laten gebruiken,dan krijgt men toch weer hetzelfde. Het ligt niet aan de leden van het Burgerlijk Armbestuur, noch aan het nieuwe Reglementmaar aan den Voorzitter,zegt spreker. De Voorzitter zegt het voorstel tot reorganisatie van het Burgerlijk Armbestuur in stemming te zullen brengen. Dit" voor stel wordt met 4 stemmen voor en 2 tegen aangenomen. Voor stemden de heeren H.H.Harmsen,C.Dane Gzn.C.Maris en A.P.van den Hil. Tegen de Heeren A.de Wit en J.A.Maris,terwijl de heer K. Verhagen blanco stemde. De Voorzitter zegt thans punt 10 der agenda n.l.het treffen van nadere voorzieningen met betrekking tot de v.m..vesting werken aan de orde te stellen. De Voorzitter zegt,dat medio 1926 de vestingwerken in de ze Gemeente werden vrijgegeven,van crisis was toen nog geen sprake. In 1927 is eerste uitbreidingsplan gekomen. Toen werd voorgesteld om eën "Zeker aantal H.A.bouwgrond aan tè kpo- pen en wel als voorzorgsmaatregel om in de toekomst een stel selmatige bebouwing te verkrijgen. Toen kwam er zekere strooming om te trachten verschillende werken zooals o.a.ook de oude vestingwerken hier ter plaatse, voor het nageslacht te bewaren. De Stichting "Menno van Coe- hoornMwerd toen in het leven geroepen. Deze Stichting heeft zich ;i] gewend tot het Departement van Defensie en andere instantiesmet gevolg,dat toen de eerste stap in overeenstem ming met het Gemeentebestuur werd gedaan. Het streven is geweest,dat dergelijke werken niet in parti» culiere handen overgingen,omreden de Gemeenten altijd de zeg genschap moesten houden,om zooveel mogelijk deze werken één geheel te doen vormen met de bebouwde kom. Dit is ook bij Hoogerhand zoo aangevoeld en op een Conferentié zijn wij daar over ook tot overeenstemming gekomen. De aspiraties der Ge meente gaan verder dan de Stichting. De Stichting wil alleen de wallen restaureeren en bewaren,maar het Gemeentebestuur wil van de vestingwerken een aantrekkelijk geheel maken met de Gemeente,zoodat de Stichting,welke over niet voldoende geldmiddelen beschiktedaarop niet zoo happig was, De prac- tijk heeft later aangetoond,dat de Gemeente .meer en meer ge lijk had.Later brak er een gunstiger tijd aan,n.l.om wat van de vrijgegeven vestingwerken te maken en wel door middel van de werkverschaffing. Het is,aldus spreker,waar dit al jaren geleden is,wel eens oed,de gedachten nogeens op te frisschen. In dit verband zegt spreker te herinnerer|aan het opschoonen van de vesting- rachten,door middel van de werkverschaffing. Men was toen van meening,dat men klaar was en na heel veel

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1939 | | pagina 29