882. numentenzorg.Dit BureaiJ maakt ook de opmerking,dat de herzie» ning door een Stedebouwkundige de Gemeente veel geld zal kos ten en in overweging geeft eens voeling te houden met de Streek plancommissie.De mogelijkheid bestaataldus spreker,dat wan neer de Gemeente lid wordt van deze commissiezij hierover misschien wel gratis van advies zal dienen.Tot op heden zegt spreker hebben Burgemeester en Wethouders hieromtrent nog geen nadere stappen gedaan. Spreker zegt,dat voor het geval de Raad posten tegenkomt welke hem hoog voorkomen,afgesproken kan worden,-dat alvorens op die posten uitgaven worden gedaan,Burgemeester en Wet houders hiermede eerst nog bij den Raad komen. De heer A.de Wit zegt het ook vreemd te vinden,datwaar Opzichter C.de Rooij door het Rijksbureau voor Monumentenzorg voor verschillende werkzaamheden he.t toezicht is opgedragen, de Inspecteur nu,komt met de mededeeling,dat het Uitbrei dingsplan door een Stedebouwkundige moet worden bekeken. I VOLGNUMMER^5.De heer K.P.Groen zegt met genoegen gezien te hebben,dat Burgemeester en Wethouders voor de Luchtbescher ming ook een belangrijk bedrag hebben uitgetrokken. De Voorzitter zegt,dat aan de Luchtbescherming veel vast zit.Spreker zegt verheugd te zijn,dat hij iemand heeft kun nen vinden,die den tijd en den lust er voor heeft om deze zaak voor de Gemeente te regelen.Een woord van dank aan het adres van Dr.Schiphorst is,volgens spreker,zeer zeker op zijn plaatsI 1 Spreker zegt,dat het ondoenbaar zou zijn,om de benoodigde ma terialen ten behoeve van de Luchtbescherming in een jaar aan te schaffen,omreden hier groote bedragen mede gemoeid zijn. Spreker is den Raad ook dankbaar voor het feit,dat bqk hij j van meening is,dat met betrekking tot de Luchtbescherming iets moet gebeuren. VOLGNUMMER 191;192 en 193.De heer K.P.Groen vraagt of het vast staat,dat de Gemeente de op die volgnummers geraamde be dragen ook zal ontvangen. De Voorzitter zegt,dat hieromtrent geen zekerheid kan worden gegeven,omreden de Begüooting voor een noodlijdende Gemeente extra onder de loupe wordt genomen.Hoogerhand kan misschien geraamde uitgaven^niet goed keuren, en dan kan dit tot gevolg j hebben,dat verschillende posten van de Begrooting hierdoor een belangrijke wijziging moeten ondergaan. De heer J.A.Maris vraagt of er eenige kans bestaat,dat de Gemeente gerestitueerd krijgt hetgeen zij te kort komt of het geen noodig is tot aanvulling van het te kort,want spreker heeft gemerkt,dat ieder jaar het te kort grooter wordt,zoo dat spreker van meening is,dat het Rijk toch niet bijpast,het geen noodig is.Spreker is van meening,dat wanneer wij zoo door gaan de schuldenlast steeds grooter wordt en onze nakomelingen voor de lasten komen te zitten.Spreker zegt,dat thans door Burgemeester en Wethouders ook weer overwogen zal worden om den Helschendijk van een gesloten wegdek te voorzien, zoodat spreker van meening is,dat de heeren er nog niet voldoende l-SsSêSfeëE-lSlii van doordrongen zijn,dat het onhoudbaar wordt om de zaak loo pend e te houden. De Voorzitter zegt,dat de heeren geen verwijt gemaakt kan worden,dat de financieele toestand der Gemeente zoo slecht is geworden,want met alles wordt de noodige zuinigheid in acht genomen.Bovendien worden alle voorgestelde uitgaven door de Overheid voor een noodlijdende Gemeente ook nog extra overwogen,maar een huishouding der Gemeente kan niet worden vergeleken met die van een particulier.De Gemeente komt voor uitgaven te staan,welke geen uitstel kunnen leiden.Ook de verharding van den Helschendijk is al zoo lang mogelijk uit gesteld,maar op een gegeven moment moet men zich de vraag stellen,wat voordeeliger is.Het jaarlijksch onderhoudzooals thans kost veel en ondanks dat is en blijft de toestand slecht zoodat practisch een afdoende verharding voordeeliger kan zijn. De heer J.A.Maris geeft toe,dat de huishouding van een Get meente niet heelemaal met die van een particulier is te ver gelijken, want komt men bij een Gemeente te kort,dan boort men nieuwe inkomstenbronnen aan,maar de Gemeente hoortvolgens spreker,ook te overwegen-evenals een particulier-of bij het aanbrengen van verbeteringen geen uitstel mogelijk is.Spre ker meent,dat Burgemeester en Wethouders den Raad beter moesten inlichten omtrent de financieele aangelegenheden der Gemeente De Voorzitter zegt,dat hij nog geen enkele post heeft op hooren noemen,welke te hoog geraamd was. De heer J.A.Maris zegt,zich af te vragen of de Voorzitter zelf ook wel zoo in de zaken zit,als men van een Voorzitter mag verwachten. De Voorzitter zegt,dat alle vragen door hem nog kunnen worden beantwoord. De heer J.A.Maris merkt op,dat voor alle vragen door de leden gedaan,de Voorzitter eerst de Memorie van Toelichting op moet slaan. De Voorzitter zegijzigh eerst op de hoogte te willen stel len,welke toelichting Burgemeester en Wethouders hebben ge geven. De heer K.P.Groen zegt,dat ook de gemiddelde kosten Per leerling der O.L.School voor 1939 wederom hoog worden ge raamd De Voorzitter zegt,dat straks de voorloopige vaststelling van deze gemiddelde kosten per leerling nog aan de orde komt. De keer K.P.Groen zegt,dat volgens de Begrooting van den Gemeente-Architect,de regenbak by het voormalige ziekenhuis ook moet worden gesloopt. Spreker vraagt zich af ,waar@m ^-pze opger uxmd moet gag worden omreden met het oog op den luchtbeschermingsdienst het be houd van regenbakken nog wel van belang kan zijn. De heer A.de Wit zegt,dat het water uit die bak niet te ge bruiken is. De heer K.P.Groen zegt,dat dan de zaak anders wordt,maar

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1938 | | pagina 35