1 December 1938.
879.
rtl
1 December 1938
Gevraagd wordt of het geraamde bedrag afi f.1390,- kan worden
volstaan en hoe dit bedrag is berekend?
De Voorzitter zegt,dat dit bedrag geraamd is aai de hand van
de van H.H.Gedeputeerde Staten ontvangen opgaaf.
VOLGNUMMER 84.De heer de Wit deelt mede,dat hij deze uitgaaf op
j de reeds vroeger denbaar gemaakte gronden'onnoodig vindt.
De Voorzitter zegt,dat destijds door de Overheid deze insti-
tuten in het leven zijn. geroepen.De Raad heeft toen besloten ook
van Gemeentewege iets bij te dragen in de kosten van instandhou-
I ding en aan de hand van dat besluit hebben Burgemeester en Wet-^
I houders ook voor 1939 een dergelijk subsidiebedrag geraamd.
I VOLGNUMMER 124.De heer de Wit vraagt of, bij beplanting van den
berm van de Kerksloot nog voldoende gelegenheid openblijft voor
het schuren van karren,auto"s,enz.
De Voorzitter zegt,dat het aanbrengen van een haagbeplanting
I langs de Kerksloot zooveel bezwaren bij het uitbaggeren van de i
i sloot oplevert,dat voorloopig van dit plan wordt afgezien.Dit
plan is,zegt sprekerdestijds geopperd om het den ingezetenen
I die aan de Kerkring wonen,met het oog op de Volksgezondheid
i te bemoeilijken,dat zij het water uit die sloot voor huishoude-
i lijke doeleinden zullen gebruiken.
I VOLGNUMMER 142.De heer A.de Wit vraagt,welke wijziging aan de
Schoolgeldtoeffihg^Burgemeester en Wethouders zich voorstellen.
De Voorzitter zegt,dat deze nog in bewerking is,maar het 1
plan bestaatjom in den vervolge het schoolgeldbelastingjaar van
Mei tot Mei te laten loopen,is er tijd genoeg 051,alvorens deze
wijzigingsvoorstellen aan de orde te stellen,deze bij de heeren
j Raadsleden te laten circuleeren.
j VOLGNUMMER 191 .De heer de Wit vraagt of bij de raming van dezen
post rekening is gehouden met de verhooging van het uurloon in
de werkverschaffing?
De Voorzitter antwoordt hierop bevestigend.
De heer A.de Wit merkte op in de Begrooting van den Gemeente-
Architect te hebben gezien,dat de vernieuwing van vloedpalen
is vervallen.Spreker vraagt of Burgemeester en Wethouders deze
vernieuwing in tegenstelling met het advies van den Architect
niet noodig oordeelen?
De Voorzitter zegt,dat Burgemeester en Wethouders van oor-
deel zijn,dat deze vernieuwing nog wel een jaar kan wachten.
De heer J.A.Maris vraagt of de aanwezige palen nog zoo goed
zijn,dat ze bij rijw weer nog hun diensten kunnen doen.Spreker zegt.
dat tee=A niet uit het oog moet worden verloren,dat voor het ge
val deze palen afbreken,de kans bestaat,dat eventueel schepell
op de beschoeiing terecht komen.
Spreker zegt,dat dan de schade grooter zal zijn dan de kosten
jvan vernieuwing van palen.
De Voorzitter zegt,dat Wethouder Harmsen,die terzake toch ook
wel deskundig kan worden geacht,van meening is,dat vernieuwing
nog een jaar kan wachten.
De heer K.P.Groen zegt in overweging te geven om in den ver
volge aan de zijkanten ijzeren platen te laten aanbrengen,omreden
Salaris W.van
Sprang als Ambt,
ter Secretarie.
879.
Anders de kans bestaat,dat ze door de staaldraden van de sche
pen worden afgesneden.
De heer A.de Wit vraagt of den Voorzitter niet bekend is,wel
ke wijzigingen Burgemeester en Wethouders in de Verordening
op de heffing van schoolgeld willen aanbrengen.
De Voorzitter zegtdat.fe.v.gfeSacht wordt aan gezinsreductie
en verandering van het tarief.
De heer J.A.Maris vraagt of het ontwerp niet beter in een
huishoudelijke vergadering kan worden besproken.
De Voorzitter zegt,dat het ontwerp bij de iqeeren thuis zal
worden gezonden en dan kan zoo noodig nog een huishoudelijke
vergadering worden gehouden.
VOLGNUMMER 23.De heer K.Verhagen zegt gezien te hebben,dat
W.van Sprang als Ambtenaar ter Secretarie met ingang van 1
Juli 1938 is aangesteld.
Spreker vraagt of het salaris van dien tijd ook wordt 'bijbe
taald?
De Voorzitter zegt,dat destijds in de vergadering van Burge
meester en Wethouders is besloten W.van Sprang in verband met
het behalen van zijn diploma aan te stellen als ambtenaar en
wel met ingang van den eersten dag der maand volgende op die
waarin het diploma Gemeente-Administratie is behaald.Het sala
ris moet echter door den Raad worden geregeld en misschien kan
de Raad goedvinden,dat het salaris met ingang van 1 Juli 1938
op f.500,- wordt bepaald.
De heer K.Verhagen vraagt of hierover het advies van den
Bond niet gevraagd moet worden.
De Voorzitter zegt,dat hierover het advies van den bond reedsl
is ingewonnen.
De heer K.Verhagen vraagt of de Bond dan ook een salaris van
f.500,- voorstelt? Spreker zegt toch gaarne kennis te willen
nemen van het advies van den desbetreffenden bond.
De Voorzitter zegt,dat de Ned.Bond van Gemeente—Ambtenaren
voorstelt W.van Sprang een salaris te geven van f.600,- tot
f.1000,-.De jaarlijksche verhoogingen zouden dan f.100,- bedra
gen.
Spreker zegt,dat Burgemeester en Wethouders geen vrijheid
hebben kunnen vinden om dit voorstel te volgen.De heeren moe
ten niet vergeten dat W.van Sprang als volontair is gekomen en
dus geen aanspraak kan maken op een salaris.Om van Sprang ech
ter te wille te zijn wordt hem een aanstelling als Ambtenaar
gegeven.-^et is,aldus spreker,niet de bedoeling om een ambtenaar!
te houden,maar als waardeering van zijn prestaties wordt hem
een jaarwedde gegeven.
De heer J .A,Maris zegt,dat hij zich met diens zienswijze geheel
kan vereenigen.
De Voorzitter zegt,dat fran het standpunt uitgegaan moet wor-
en, at van Sprang als volontair is gekomen en nu hij gediplo-
meerd is en zoodoende meer presteert,wordt hem dit salaris ge-
geven.
De heer K.ïerhagen zegt,dat W.van Sprang hier wel als volon-