11 November 1937-
GOEDKEURING BEGROO
TING BURG.ARMBE
STUUR 1938.
771.
te verleenen en wel op de nader door Burgemeester en Wethou
ders te bepalen voorwaarden.
De Voorzitter stelt thans aan de orde de goedkeuring van de
f-
Begrootlng van het Burgerlyk Armbestuur voor 1938,welkezon
der hoofdelyke stemming,wordt goedgekeurd op een bedrag aan
Inkomsten en uitgaven van f.5121,80.
VASTSTELLING BEGROO- Vervolgens stelt de Voorzitter aan de orde de vaststelling
TING VLEESCHKEURIN GS -
BEDRYF. van de Begrooting van het Vleeschkeuringsbedryf voor het
dienstjaar 193®*
De heer J.A.Marls vraagtwaarom volgnummer 12 op f.25,-
wordt geraamd,terwyl over 1936 een bedrag van f.115,18 werd
uitgegeven.
De Voorzitter zegt,dat vorig Jaar nieuwe stempels moesten
worden aangekocht en vandaar dat deze post zoo hoog werd.
De heer A.de Wit zegt gehoord te hebben,dat voor het opha
len van aan besmettelykezlekte gestorven dieren door het Des-
tructorbedryf te Som 20 cent per K.M.ln rekening wordt ge- 1
Ibracht
Spreker zegt dit bedrag veel te hoog te vinden..
De Voorzitter zegt, dat hierover in de vergadering van Bur-
igemeester en Wethouders ook reed.s gesproken is en reeds op-
dracht is gegeven om daartegen te protesteeren.Of er kans op
succes bestaat,betwyfelt spreker echter,omreden dergelyke
tarieven in het contract zjrn geregeld,maar misschien, dat het
aanleiding kan geven het contract te wyzigen.
Hierna wordt de Begrooting,zonder hoofdelyke stemming,on
veranderd vastgesteld op een bedrag aan Baten en Lasten van
|f.35^2,50.
GEMEENTE-^BEGROOTINGj De Voorzitter zegt thans de vaststelling van de Gemeente-
1938-
3egrooting voor het dienstjaar 1938 aan de orde te stellen.
11
ALGEMEENE PESCHOUWIN De heer J-A.Marls vraagt hierop het woord om omtrent de
1i Begrooting de volgende algemeene beschouwing te geven;
j "Myne Heeren,
Zooals ik de Begrooting voor 1938,welke wy zoo aanstonds
j zullen behandelen,meen te moeten beoordeelen dan staat voor
my vast,dat onze Gemeente in een zeer ongunstige toestand
verkeerthetgeen my geenszins verwonderd.
/■ember 1937-
772.
Immers reeds enkele Jaren terug heb 'ik myn meening te kennen
gegeven,dat èen slechteren tyd ons te wachten stond.
Onze Voorzitter kon deze meening toen niet deelen,integendeel
Z.E.D.beantwoordde die meening met te zeggen,dat het de volgende
Jaren wel beter zou zyn.
Dat ZEd's antwoord niet bewaarheid is geeft de Begrooting ons
dulflelyk te zien.
Het is dan ook myn vaste overtuiging,dat ik hoop,dat U myne
Heeren,ten volle zal gedeeld worden,dat wy in onze Gemeentezaken
de meest mogelyke zuinigheid zullen moeten betrachten om de nood-
zakelyke uitgaven te kunnen blyven dien,willen wy niet in nog on
gunstiger positlekomen
Een en ander geeft my aanleiding er op te wyzen,aat al kunnen
wy door Overheidssteun werken op zeer voordeelige wyze uitvoe
ren, wy ook eerst de gevolgen dier werken moeten bezien,speciaal
de onderhoudskosten,die later voor onze Gemeente komen,alvorens
r
van die voordeelige gelegenheid gebruik te maken.
Ik zal eindigen met' myn grooten spyt uit te spreken,dat onze
Gemeente in een dusdanig bezwarenden flnancieelen toestand ver
keert, dat ik het zeer noodlg acht onze uitgaven tot de hoogst-
noodzakelyke te beperken om te voorkomen,dat wy met de uitgaven
welke wy MOETEN doen niet vastloopen,tegelyk de hoop uitspreken
de, dat spoedig verbetering moge komen".
De Voorzitter zegt,dat het papier geduldig is,maar in de rede
neeringen van den heer Marie zit nog een omissie,want daarin is
vergeten rekening te houden met het feit,dat de slechte flnan-
cieele toestand zyn oorzaak vindt in de nieuwe regeling van de
flnancieele verhouding.
Wy,als Gemeente,zegt spreker,hebben destyds tamelyk goede bron
nen van inkomsten gehad en als Vestingplaatsje hadden wy prac-
tisch geen uitgaven te doen met het gevolg,dat door de nieuwe
flnancieele regeling de Gemeente een aanzienlyk:bedrag aan
Inkomsten moest ö.erven.
De Gemeente zegt spreker moet bevorderen,dat er in de Gemeente 1
een zekere mate van welvaart heerscht en daarvoor moeten wy ons
kosten willen getroosten.Dat de Gemeente in zulke slechte finan- I
cieele omstandigheden verkeert is de schuld van het Gemeentebe-
