J
I
1
t
3 Sept.1936.
63^.
de nota van reis-en verblijfkosten over zullen gaan,maar spreker
acht het beter,dat de Voorzitteralvorens dergelijke kosten te
meuken,eerst met de Wethouders overleg pleegt of het wel noodzake
lijk Is. Temeer nog daar de financleele toestand der Gemeente
toch al zoo treurig gesteld ls.
De Voorzitter zegt,dat dergelijke posten toch Immers geen door
slag geven.
De heer K.Verhagen zegt,dat het de Commissie ook opgevallen Ie
dat er zooveel kosten zijn gemaakt voor het voeren van telefoon-
1 gesprekken.
De Voorzitter zegt,dat er zoo noodig van de telefoon gebruik
moet worden gemaakt,en wanneer de heeren daarvoor geen bedrag
imeer willen voteeren,dan zal spreker ook genoodzaakt zijn,derge
lijke kosten te aeclareeren.
De heer J.A.Marls zegtdatwanneer hij alle bedragen zoo eens
goed bekeken heeft, er heel wat getelefoneerd kan worden, om tot
een dergelijke totaalsom te komen.
De Voorzitter zegt,dat de heeren dat moesten toejuichen,want
dat is nog een teeken,dat er zooveel in onze kleine Gemeente
omgaat
De heer J.A.Marls zegt,dat ondanks de hooge telefoonkosten,er
in de Gemeente totaal niet op de een of andere wijze van deze
uitgaven iets valt te bemerken. In tegendeel,zegt spreker,wat wij
als Raad niet wenschen te zien gebeuren,laat U toch uitvoeren,
dus tegen den Raad in.
De Voorzitter zegt,dat de redeneeringen van den vorigen sprek<|
allemaal redeneeringen in de ruimte zijn,maar U moet maar eens
met feiten komen.
De heer J.A Marls vraagt of van den Voorzitter al niet genoeg
feiten zijn opgesomd.
De Voorzitter zegt,dat er niets bijzonders gebeurd is,en wat
gebeurd is, is allemaal zoo zuiver als glas.
De heer J.A.Maris zegt,het te betreuren.dat de Voorzitter dit
allemaal niet aanvoelt.
De Voorzitter vraagt of de Rekening voorloopig kan worden vast
gesteld.
De heer
3 Sept. 1936,
635.
De heer J.A.Marie zegt,hieraan zijn stem wel te willen geven,
mits van deze besprekingen een verslag aan H.H.Gedeputeerde
Staten wordt gezonden,en de Kroon ook daarvan een exemplaar wordt
gestuurd.
Hierna wordt de Sekening over 1935 voorloopig vastgesteld
met een bedrag van:
GEWONE DIENST: Inkomsten
Uitgaven
Wijziging
steunregeling
en vaststel
ling nieuwe
schoolgeld-
verordening
Wijziging
Bouwverorde
ning. Aanslui
ting Water
leiding.
Capitulanten-
wet, c.q.
-Reglement
f.68^19,19
75566,^7
N a de e 1 i g slot f. 71^7>28.
KAPITAALDIENSTInkomsten f.117508,06.
Uitgaven 1173^9,68.
Batig slot f. 158,38.
De Voorzitter zegt de leden der Commissie dank voor de als
zoodanig bewezen diensten.
Vervolgens stelt de Voorzitter aan de orde de wijziging der
steunregeling. Spreker zegt,dat van Hoogerhand de steunregeling
is veranderd, en daarmede moet de thans geldende regeling in
overeenstemming worden gebracht.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten,evenals
tot de vaststelling van een nieuwe schoolgeldregeling voor het
Lager Onderwijs.
Verder stelt de Voorzitter het voorstel van Burgemeester en
Wethouders aan de orde, n.l. wijziging van de, vorig Jaar door
|h.H.Gedeputeerde Staten vastgestelde Bouwverordening, en wel
met betrekking tot de verplichting van aansluiting van perceelen
aan het buizennet der waterleiding.
Ook hiertoe wordt zonder hoofdelijke stemming besloten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel
van Burgemeester en Wethouders besloten, voor deze Gemeente
I ontheffing te vragen van de toepassing van de Capltulantenwet
c.q. -Reglement.
Met betrekking tot deze wet merkt de Voorzitter op,dat van
Hoogerhand ook is voorgeschreven,om een wijziging in de verorde
ning, regelende de bezoldiging der veldwachters, n.l. dat bij
aanstelling van Capitulanten tot Veldwachter de dienstjaren,als
Capitulant doorgebrachtniet mogen worden medegeteld voor de
periodieke verhoogingen.
De heer A.de Wit merkt op,dat deze wijziging practlsch neer-
Ikomt op een verslechtering voor het personeel
De Voorzitter zegt,dat de Regeering tegenwoordig in alles een
krachtig