3 Sept.1935- Benoeming Wethouders G.Dane Gznen H.II.Marmsen. 544. I Sept.1935 zijn hen veel voldoening zal mogen schenken en dat heel veel goeds voor de gemeente tot stand mag komen. Hierna stel-t de Voorzitter aan de orde de benoeming der Wethouders en wel i de eerste plaats ter voorziening inde vacature van den Heer C.Dane Gen. Na gehouden stemming, worden op den heer C.Dane 6 stemmen en op den Heer J.A Maris Wzn.l stem uitgebracht,zoodat- den Heer C.Dane Gzn.met meerderheid van stemmen is gekozen. Vervolgens worden voor de vacature van den Heer. J.L.Maris Lzn.,op den Heer H.H.Harmsen 4 en op de Heeren J.A.Maris en C.Maris elk 1 stam uitgebracht,ter wijl een stem blanco werd uitgebracht,zoodat den Heer H.H.Harmsen als zoodani is gekozen. De Voorzitter vraagt of hij dan van de gekozen Wethouders mag vernemen of z deze benoeming aannemen. Beide heeren bevestigen deze vraag onder dankzegging van het in hen gesteldi vertrouwen. De Voorzitter zegt hieraan ook nog graag een enkel woord te wallen toevoegei In de eerste plaats feliciteert spreker de heeren met deze benoeming en mer op,dat hij den Heer C.Dane reeds 8 jaren aan zijn rechter hand heeft mogen hel ben. Aan zijn linkerhand heeft thans een verwisseling plaats gehad. Spreker zegt,dat de heeren het hem niet kwalijk moetan nemen,dat hij aan de wisseling meer aandacht schenkt. Het moge aldus spreker misachien vreemd toe schijnen,maar een mensch voelt zich door het nieuwe meer aangetrokken,dat schijnt bij ons menschen meer vat op ons te hebben. Het doet spreker veel genoegen,dat den Heer H.H.Harmsen thans ook zitting- heeft in het Dagelijksch Bestuur. [arlaging ta- ief school- Ondanks het feit,dat het kiezerskorps op Uw zitting allang prijs stelde,moc|e^t ten zij,-ten gevolge van bijzondere omstandigheden,daarin niet slagen,maar thai is het na jaren van strijd toch mogen gelukken. Zij zullen"dan ook met genoegen Uw terugkeer in het College gadeslaan. Hierna wordt mededeeling gedaan van de goedkeuring van een besluit tot wij ziging der Gemeente-Begrooting voor het dienstjaar 1934. Vervolgens deelt de Voorzitter mede,dat Gedeputeerde Staten eenige aanmerkiJ ;en hebben op de verordening tot heffing eener vermakelijkheidsbelasting. De Heer K.p.Groen vraagt of wij verplicht zijn deze belasting te heffen en zoo ja 'oorl :va3 stal ing Rekening 1934. 545. zoo ja,dan geeft spreker in overweging de tarieven zoo laag mogelijk te stellen De Voorzitter zegt,dat deze belasting op aandringen van Hoogerhand geheven moet worden. Hoewel deze belasting voor deze gemeente weinig op zal leveren, toch moeten wij trachten daardoor zooveel mogelijk geld binnen te krijgen. Da bezwaren die Gedeputeerde Staten in het midden brengen,zijn hoofdzakelijk ook gegrond op het feit,dat, voor enkele vermakelijkheden uitzonderingen zijn gemaakt en dit achten Gedeputeerde Staten in strijd met de Grondwet. De Heer A.de Wit zegt in de verordening ook gezien te hebben,dat voor een sportwedstrijd ook belasting moet worden betaald. Spreker zegt,dat de daarvoor bepaalde belasting veel te hoog is,omreden der gelijke wedstrijden bijna niets opleveren. Het gevolg hiervan zal zijn,zegt sprek8r,dat de sport,welke hier toch al een kwijnend bestaan heeft,geheel den kop wordt ingedrukt. Spreker zou voor willen stellen om deze wedstrijden ook uit te sluiten of anders een zoo gering mogelijk bedrag laten betalen- De Heer K.Verhagen merkt op,dat de bedragen voor zang- en muziekuitvoeringen ook veel te hoog zijn. 'De Heer C.Maris zegt er voor te zijn,dat al die vereenigingen worden vrijge laten. De Voorzitter zegt,dat dit niet gaat omreden Gedeputeerde Staten juist*"te^eri- uit komen. Spreker vraagt of de heeren er zich dan mede kunnen Vereénigen,dat deze be dragen zoo laag mogelijk worden gesteld. Zonder hoofdelijke stemmiftg wordt hiertoe besloten. De Voorzitter zegt,dat destijds op aandrang van Gedeputeerde Staten het schoolgeldtarief moest worden verhoogd. Thans deelen zij mede,dat de tarieven weer te hoog zijn,dus verlaagd moeten worden. Waar de Gemeente hierover weinig te zeggen heeft,zal ons niets anders resten dan aan het verzoek van Gedeputeerde Staten te voldoen. Zonder Hoofdelijke Stemming wordt hiertoe dan ook beslotèn. De Voorzitter stelt hierop aan de orde de voorloopige vaststelling van de Rekeningen van het Vleeschkeuringsbedrijf en de Gemeente over het dienstjaar 1934. Blijkens overgelegd rapport heeft de desbetreffende Commissie de stukken onderzocht en in orde bevonden,weshalve zij tot voorloopige vaststelling advi seert. De Voorzitter

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1935 | | pagina 23