s 1 f 1 20 Augustus 1935* 538. 20 Augustus 1935 539- De Heer J.A.Maris dringt op het overgaan van een benoeming aan. Thans wordt den Heer Boertjes Azn.met algemeens stemmen gekozen. De Voorzitter zegt,dat dit niet gaat. ,id Comm:tot Tot lid der Commissie tot Wering van Schoolverzuim,ter voorziening in de De Heer J.van Sliedregt vraagt of dit nu toch zoo'n groot bezwaar is. /gring van school verzuim. vacature van J.van Sliedregt,die zijn ontslag heeft genomen,wordt na staking De Voorzitter zegt,dat er geen aanbeveling is. der stemmen tusschen de heeren C.A.van Gend en A.krijger,na gehouden her De Heer C.Maris vraagt waarom de Voorzitter dit dan toch op de convocatie stemming met 4 stemmen gekozen den Heer A.Krijger. Den Heer C.A.van Gend heeft gezet. verwierf 2 stemmen. De Voorzitter merkt op,dat dit moest omdat dit punt ook in het verzoek Vervolgens stelt de Voorzitter aan de orde de vaststelling van een nieuwe van de 3 raadsleden stond vermeld. politie verordening. De Heer J.L.Maris zegt,dat zijn collega reeds in het bericht van zijn ver Ontwerp Pol- Na eenige discussies wordt besloten deze door een daartoe te benoemen hindering,de personen heeft genoemd,die hij op de aanbeveling voor deze verordening. commissie te laten onderzoeken,maar waar deze de werkzaamheden niet voor de vacature geplaatst wenschte te zien en waar spreker zich daarmede ook volko installatie van den nieuwen Raad kanxhebben voltooid,daarmede zoolang nog men kan ve.reenigen is het bezwaar toch ondervangen» te wachten. De Voorzitter zegt,dat hij niets anders heeft te doen,dan wettelijk te Beroep Bijz: De Voorzitter zegt,dat de Besturen der Bijzondere scholen in beroep zijn handelen scholen verg: art: 101 L.O.W. gegaan tegen het besluit tot vaststelling der gemiddelde kosten per leerling De Heer J.A.Maris zegt,dat de Voorzitter het reglement dan nog nooit der O.L.School over 1933* goed heeft toegepast,dus tot een benoeming wenscht te zien overgegaan. Waar het thans gaat over een bedrag van f.500,- f.600,- zegt spreker De Voorzitter zegt,dat hieraan misschien nooit gedacht is,maar toevalliger er wel voor te zijn,dat iemand bij de behandeling van deze beroepschriften wijze heeft spreker dit pas ontdekt. door Gedeputeerde Staten,de Gemeente vertegenwoordigt. De Heer J.A.Maris zegt,dat dit dan door den Raad wel als vergissing zal De Heer J.L.Maris zegt hiertegen te zijn,daar de Gemeente toch in het on worden aangemerkt en een vergissing is menschelijk zegt spreker- gelijk zal worden gesteld. De Voorzitter zegt,dat dit punt der agenda dus als afgewerkt kan worden De Heer J.A.Maris zegt van meening te zijn,dat deze berekening toch in beschouwd,zoodat hij thans punt der agenda aan de orde stelt. de vergadering van Burgemeester en Wethouders is behandeld en dat Burgemees- i De Heer J.A.Maris en de overige leden geven het verlangen te kennen,eerst ter en Wethouders na accoordbevinding er mede bij de Raad zijn gekomen om tot de benoeming van een lid van het Burgerlijk Armbestuur te willen over definitief te laten vaststellen. gaan. Waar het spreker voor wil komen,dat dit cijfer in vergelijking met dat De Voorzitter zegt,dat de heeren kunnen benoemen wie zij willen,maar spre der omliggende gemeenten toch niet zoo bijzonder laag is te noemen en den 'r ker wenscht daartoe niet mede te werken. Heer J.L.Maris bovendien als Wethouder deze berekening toch ook onder de De Heer J.A.Maris vraagt aan Wethouder Maris wie door de Wethouders werden oogen heeft gehad en bij de vaststelling in den Raad ook nog niets heeft aangewez en gezegd,dus aangenomen mag worden dat hij er mede accoord ging,er nu zoo De Heer J.L.Maris zegt; Geert Knook en Joh;Boertjes Azn. tegen is,wil het spreker voorkomen,dat de Heer Maris zich als zoodanig toch Hierna gaan de heeren Raadsleden tot stemming over,waarbij den Heer J.L. een eigenaardig brevet gaat geven. Maris als stemopnemer fungeert. De Heer J.L.Maris wil opmerken,dat het geen door den Heer J.A.Maris destijdê Uit de stemming blijkt,dat op de heeren G.Knook en Joh-Boertjes elk 3 stem over de berekening van deze kosten naar voren is gebracht,geen besluit is men zijn uitgebracht,zoodat tot een herstemming wordt overgegaan. geweest,maar louter een opmerking en wanneer spreker ooit gevreten had,dat Thans wordt de berekening op deze wijze was samengesteld,dan had hij er altijd tegen geageerd.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1935 | | pagina 20