!0 Dec.1934-
488.
Subsidie Land- 1935 sen subsidie van f.10,- per leerling die uit deze gemeente daar de school
bouwschool
Zwingelspaan. bezoekt.heeft gevraagd.
in
De Heer B.Oosters zegt,dat de vorige vergadering is besloten,het verzoek zoo
lang aan te houden,totdat er een Rekening en een Begrooting was overgelegd.
Spreker hoeft er wel een Rekening bij aangetroffen,maar geen BQgrooting.
De Voorzitter merkt op,dat deze juist vanmorgen i3 ingekomen en leest haar
hierop voor en zegt,dat Burgemeester en ï/ethouders voorstellen evenals andere
jaren ook voor 1935 wederom een subsidie van f.10,- per leerling uit deze ge
meente te verleenen.
De Heer B.Oosters vraagt of het bedrag van f.300,- voor onderhoud van het ge
bouw niet erg hoog i3.
De Voorzitter zegt,dat bij vermindering van dezen post er toch nog een te
kort is.
De Heer J.A.Maris vraagt of de exploitatiekosten van deze school toch niet
erg hoog zijn 1 Want hoeveel dagen wordt er school gehouden vraagt spreker.
De Heer C.Marisjzegt,5 dagen per week.
De Heer J.A.Maris vraagt of dit 5 heelen dagen zijn,hetgeen door den vorigen
spreker bevestigend wordt beantwoord.
De Heer J.A.Maris meent,dat subsidie verleenen gemakkelijk gaat,maar waar wij
al3 gemeente zelf in het gedrang komen,vraagt spreker of het dan wel goed is
om andere instêllingen te steunen. Spreker vindt het bedrag van f.10,- per leer
ling wel wat te hoog.
De Voorzitter merkt op,dat men erg voorzichtig moet zijn,want de zuinigheid
zou soms wel eens duur te staan kunnen komen. Men moet,aldus spreker,niet ver
geten, dat van Hoogerhand de eisch gesteld kan worden,om voor het geval men wat
van Hoogerhand wil hebben,eerst maar eens zelf belangstelling moet toonen.
De Heer J.A.Maris zegt gezien te hebben,dat er 33 leerlingen op de school
gaan en wanneer hij de totale kosten der school in oogenschouw neemt,dan vraagt
hij zich af of de school niet te duur is om langer in stand te houden.
De Heer 3.Oosters zegt er niets tegen te hebben om subsidie te geven,maar het
moet kunnen en waar Gedeputeerde Staten in de circulaire blijk geven zuinig te
zijn met subsidies te geven,kan hij in afwijking van de vorige keer,aan een
dergelijk voorstel zijn stem niet geven.
Na gehouden stemming blijkt over het voorstel van Burgemeester en Wethouders
de stemmen te staken,doordat den Heer C.A.van Gend blanco stemde.
Voor het
20 Dec.1934-
Verordening
Vlee3chk:
dienst
Herziening
Bouwverorde
ning.
ï/erkver schaf-
fings objecten
489-
Voor het voorstel van Burgemeester en Wethouders stemden de heeren C.Dane
J.L.Maris en G.Maris.
Tegen de heeren J.A.Maris; B.Oosters en J.van Sliedregt.
De Voorzitter zegt,waar de stemmen over dit voorstel in een voltallige verga
dering hebben gestaakt,geacht moet worden,dat op het verzoek afwijzend is be
schikt
Een voorstel om f»5>- subsidie te verleenen wordt met algemeene stemmen aan
genomen.
De Voorzitter zegt,dat Gedeputeerde Staten zich nog niet geheel met de re
dactie van een artikel in het besluit tot wijziging van de verordening op de
Vleeschkeuringsdienst kunnen vereenigen .Aangezien dit van administratieverKTs,
stellen Burgemeester en Wethouders voor aan het verlangen van Gedeputeerde
Staten te voldoen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
De Voorzitter merkt op,dat Gedeputeerde Staten zich er mede kunnen vereenigen
wanneer de bestaande Bouwverordening met de gewijzigde Woningwat in overeenstem
ming wordt gebracht.
Burgemeester en Wethouders stellen dan ook voor hieraan te voldoen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
De Voorzitter merkt op,dat het werkloosheidsseizoen weer voor de deur staat
en al3 eenig werkobject is er thans alleen nog maar het werk in het Waterschap
"De Ruxgenhil". Het is noodzaak om naar andere werkobjeotan uit te zien en
daarom brengt spreker dit ter vergadering,teneinde het College eens te kunnen
polsen.
Spreker merkt op,dat wij than3 eigenaardige tijden beleven. De toestand zoo
hij than3 is,i3 alleszins te veroordeelen,maar laten wij trachten,zooveel in
ons vermogen ligt,om de oorzaken der werkloosheid te bestrijden. Noodwendig
moeten wij doorgaan op denzelfden voet,welke wij thans volgen. Wij moeten van
den noodtoestand maken wat er van te maken is. Het is echter aanbevelenswaardig
dat voor hetgeen de gemeenschap betaalt,ook wat terug komt en laten wij hieraan
alzoo indachtig blijven.
Spreker zegt,dat destijds naar werkobjecten werd gezocht.Men zou toen de ves
tinggrachten als historisch natuurmonument aantrekkelij^J* maken. Begonnen i3
mat het opschoonen van de vestinggrachten,welk werk eenige jaren heeft geduurd.
Waar er zooveel tijd met het opschoonen der vestinggrachten ging verloren,
heeft door