304. April 1952* De Voorzitter zegt,dat aan het voorstel uitvoering is gegeven,maar dat nog geen antwoord is ingekomen. De Heer B.Oosters merkt op,dat de bestrating hier veel te wensohen over laat en waar met straatsohuren het zand tusschen de voegen wordt weggespoeld,wordt zig hierdoor nog slechter. Spreker vindt het prachtig,dat de straten goed worden onderhouden,maar 14) zou tooh voor willen stellen,het straatsohuren geheel te verbieden. De Voorzitter zegt hetzelfde idee te zgjn toegedaan en spreker stelt dan ook voor om Burgemeester en Wethouders de noodige voorbereidselen te laten treffen om in de e.v«vergadering een ontwerp besluit tot wijziging der Politieverordening t e kunnen doen De Heer J .van Sliedregt vraagt of het niet mogelijk is de werkloozen,die big de werkverschaffing werken een betere schuilplaats te geven,big regen en ook tijdens het schaften. De Voorzitter zegt,dat hierover reeds aan de Heide My.is geschreven. Vervolgens deelt de Voorzitter mede,dat een paar verzoeken zijn ingekomen om aanvullende bepalingen te maken op de winkelsluitingswet. Spreker zegt,dat we belanghebbenden wel ter wille kunnen zijn,doch er zal z.i.weinig kans op suooes b estaan. De Heer van Sliedregt merkt op,dat P.Tange heeft gevraagd voor gjsverkoop,dóch spreker is bang,dat dit aanleiding zou kunnen geven dat alle bakkers :gs gaan verkoopen,omreden men dan voor dien verkoop niet aan beperkte bepalingen is gebonden en dit z.i.tot ontduiking der wet aanleiding zou kunnen geven. Na eenige discussies wordt besloten belanghebbenden zooveel mogelijk ter wille te zyn. De Heer van Sliedregt verzoekt in het advies aan de Kroon met zijn op merkingen rekening te willen houden. Hierop niets meer aan de orde zijnde en niemand meer het woord verlangende sluit de Voorzitter de Vergadering. De Secretaris, De Voorzitter,

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1932 | | pagina 19