248.
J 29 October 195^ i ni*ig voor aangaan.
29 October
De Heer C.A.van Gend merkt op,dat er a.s.winter ook versohillende metselaars)
j werkloos zullen zyn en spreker is van meening dat men die mensohen tooh niet f
j in de sloot kan zetten.
De Heer J.A.Maris merkt naar aanleiding van hetgeen de Voorzitter omtrent
jhet aangaan van een leening voor stratenverbetering heeft gezegd op,dat hy
j omtrent uitgaven waartoe men wettelijk verplioht wordt,niets wil zeggen,maar
om in dezen drukkenden tyd nog extra kosten te maken,dat zou spreker ontraden/
Spreker wil niet ontkennen,dat de straten noodig verbetering eischen,maar hy
zou met deze werken nog maar een oogenblik willen waohten.
De Voorzitter zegt toe,deze aangelegenheid nog wel nader in de vergadering
van Burgemeester en Wethouders te zullen bespreken en dan zal ook rekening
worden gehouden met de wenschen van den heer van Gend.
Volgno.90. De Heer B.Oosters vraagt omtrent dezen post eenige inlichtingen,
met het oog op de in de Begrooting van den Gemeente_Architeot voorkomende
'uren van een handlanger.
De Voorzitter zegt,dat de cyfers van de Begrooting van den Gemeente-Architect,
in de Gemeente-Begrooting zyn verwerkt.
Volgno106De Heer C.A.van Gend merkt op,dat hy de sohoolgeldregeling
i niet goed vindt. De thans geldende regeling is juist vastgesteld in het tijdvak,
jdat hy geen raadslid meer was.
Spreker zou liever de grootere gezinnen willen besparen,door by 2 3 en 4 I
kinderen enz. eenige reductie toe te staan.
De Voorzitter zegt toe de wenschen van den Heer C.A.van Gend in het College
van Burgemeester en Wethouders eens nader te bespreken.
Volgno.1^0. De Heer B.Oosters vraagt of het percentage van de door het
j Bestuur der Hervormde Christelyke Schoolvereeniging aan den Stadschendyk ge-
storte waarborgsom niet verlaagd kan worden.
De Voorzitter merkt op,dat dit percentage in de Lager Onderwijswet is geregeld
Volgno.l'jlDe Heer B.Oosters vraagt of het ook vast staat,dat de gemeente
voor werkverschaffing,door de werkloozen de vestinggrachten schoon kunnen
laten maken.
j De Voorzitter zegt,dat hij graag deze vraag volmondig met „Ja" zou willen
beantwoorden,doch jammerlyk is het zoo ver nog niet.
Het adres is nog steeds by het Departement van Defensie. Binnen 14 dagen
is ons bericht toegezegd.
De Heer B.Oosters vraagt,of Burgemeester en Wethouders bereid zyn om pogin-
jgen aan te wenden voor het treffen van een steunregeling.
De Voorzitter zegt,dat de Gemeente een werkobjeot moet hebben.
Verleden
249.
Verleden jaar heeft de Raad te kennen gegeven,dat het goed was wanneer Bur
gemeester en Wethouders naar werk in de gemeente uitkeken en wanneer dat er
niet meer was,dan vond hy het goed dat met toeslag werd gewerkt.
Spreker merkt op,dat hy persoonlijk niet veel voor een steunregeling gevoelt.
Er moet z.i.wat tegenover staan en dat is het geval,wanneer er practisch
werk voor wordt verrioht. Er zyn echter mensohen,waarvoor het niet anders mo
gelyk is.
Een steunregeling moet er slechts komen in geval van uiterste noodzakelykheid. 1
Men moet echter de ongeorganiseerden niet gelyk stellen met de georganiseer-
den.
Bovendien merkt spreker op,dat de gemeente door de Overheid omtrent deze
aangelegenheid geheel aan banden wordt gelegd. De grachten zouden ongetwijfeld
leen prachtig werkobjeot zyn. Thans zyn er nog maar een paar werkloozen.
Burgemeester en Wethouders kunnen dan by wyze van werkverschaffing een steun-
regeling in het leven roepen.
De Heer B.Oosters merkt op,dat in Mei 1.1. aan versohillende personen maar
een willekeurig bedrag werd gegeven,waarby er ook waren,die reeds in die week
jgoed hadden verdiend.
De Heer J.A.Maris vraagt,of Burgemeester en Wethouders al een vast idee heb-
iben. Zoo niet dan vraagt spreker,of het niet op den weg van de gemeente ligt,
om aan de daartoe bevoegde autoriteiten te vragen,of we de werkloozen aan de
singels niet wat nuttig werk kunnen laten verrichten,o.a.onkruid laten wieden
i! enz. Het wil mij voorkomen,dat ze dan tooh een goed werk doen.
De Voorzitter zegt,dat Burgemeester en Wethouders reeds vanaf Mei hierover
met het Rijk bezig zyn.
Wy hebben daar direct geen zeggenschap over.
We moeten afwachten,wat het Ryk zegt.
De Heer C.Dane Gzn.merkt op,dat Burgemeester en Wethouders deze werkzaamheden
reeds hebben laten opnemen en begroeten. De kosten beloopen naar raming
f.67000,-.
Hier is alles in begrepen. De meening van Burgemeester en Wethouders is ook
om de menschen zooveel mogelyk te helpen.
De Voorzitter zegt,dat we inplaats van steun,eerst zooveel mogelyk werk
moeten geven.
Volgno.1^8. De Heer B.Oosters vraagt of het hier geraamde bedrag niet te
hoog is.
De Voorzitter zegt,dat Hoogewerff het niet meer voor ƒ.20.- wil doen,omreden j
de werkzaamheden vorig jaar aanmerkelijk zyn uitgebreid. Het bedrag moet nog
nader worden vastgesteld.
De Voorzitter vraagt,of nog iemand het woord over de Begrooting verlangt.
De Heer J.A.Maris wil alleen maar opmerken,dat er gezien de verhooging van
het