1 Juni 1951. WIJZIGING GEM. BEDROOTING DIENST 1930. No. BEDRAG BEPLEI STERING GEMEEN TEHUIS. No. 212. en vraagt aan zijn collega wethouder Maris of die weet of het behandeld is waarop deze ontkennend antwoordt De heer J.A.Maris zegt niet dat de Burgemeester buiten zijn boekje gegaan is, maar het was toch wel goed geweest om het in een vergadering van Burgemeester en Wethouders te bespreken. De Voorzitter zegt dat de gelegenheid er is geweest. De heer J.A.Maris zegt,dat die door de Voorzitter is afgesneden. Als er een goede aanbieding was gekomen is spreker er van overtuigd dat de menschen er op in zouden zijn gegaan. Spreker vraagt of de andere leden de voordracht van den voorzitter dan ook in orde vinden. De heer C.A.van Gend weet niet hoe een desbetreffend schrijven moet geformu leerd worden. De heer J.A.Maris. Maar U bent het toch met mij eens,dat de aanbieding in de kiem is gesmoord. De Voorzitter. Niet waar. De heer A.Oosters zegt dat hij ook al dacht waar blijven de aanbiedingen. We waren op de conferentie afgesproken dat de ingekomen aanbiedingen ook weer in een conferentie zouden besproken worden. De Voorzitter. De menschen hebben gezegd,dat ze niet buiten de Wet wilden huren. De heer J.A.Maris zegt,dat in zaken veel te onderhandelen valt maar de kwes tie is niet in een goed licht geplaatst. Spreker zou bij de mededeeling aan Gedeputeerde Staten het optreden in deze zaak er bij willen vermelden. De heer C.Dane geeft te kennen,dat hij zich met het ontwerp schrijven van den heer J.A.Maris goed kan vereenigen. De Voorzitter zegt,dat hy er nog wel by zal vermelden dat hij een boodschap naar Sonneveld heeft gestuurd. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten,Gedeputeerde Staten in den geest van het ontwerp schrijven van den heer J.A.Maris van advies te dienen. Eeq, ontwerp besluit tot wijziging van de Begrooting dienst "IJJOwordt onge wijzigd vastgesteld. Naar aanleiding van het ontwerp besluit tot wijziging van de Begrooting voor het dienstjaar 193"*» de Voorzitter mede,dat door den Gemeiente-Ar chit eet bepleistering van den voorgevel,het vernieuwen der ramen en deigootlijstge raamd wordt op een bedrag van ruim /.303«-« Voor eventueele tegenvallers hebben wij dit gebracht op ƒ.350.-, De heer J.A.Maris kan zich dit niet indenken en vraagt of Burgemeester en Wethouders ook de overtuiging zijn toegedaan,dat de ramen vernieuwd moeten worden. De Voorzitter merkt op,dat het voor het personeel daar des winters niet is vol te houden. De heer J.A.Maris 1 Juni 1931. SUBSIEDIE ZUID NED.TRAM MAAT- SCiiAPPIJ. 1931 N0. 213. De heer J.A.Maris zou hetgeen noodig is wel willen repareeren maar vraagt of er de architect wel van overtuigd is dat er nieuwe ramen moeten komen. De Voorzitter. Ja natuurlyk,anders zou het niet op de begrooting staan. De heer J.A.Maris. We moeten elkaar nu eens goed begrijpen. De Voorzitter. Er is geklaagd over de ramen van de secretarie. Burgemeester en Wethouders hebben het besproken en hun gevoelen is dat zij vernieuwd moeten worden. Destijds is dit trouwens al eens meer besproken, en het is destijds ook door den Architect op de Begrooting gebracht. De heer J.A.Maris. Hoe lang is dat destijds geleden De Voorzitter. Twee jaar geleden. De heer J.A.Maris. Er is toen niet over nieuwe ramen gesproken. Ik zou van d©^architect nog we 1 eens willen vreten of het noodig is. Het maakt "groot ver schil hoe een vraag geposeerd wordt. De Voorzitter. U hebt een andere zienswijze en die kan U hebben,maar U mag niet zeggen dat dit zoo maar ingebracht is. De heer J.A.Maris. Als Burgemeester en Wethouders opdragen om opnamen te doen kan dit best hoog worden maar destijds is gesproken over sluitend maken van ramen. De Voorzitter. De Raad is vrij wat er voor op de begrooting moet gezet worden. Zet er ƒ.200.- op. De heer J.A.Maris. U zegt dat de architect het noodig acht. De heer C.Dane. Het is destijds immers ook al op de begrooting gebracht. De heer J.A.Maris. We kunnen het ook doen al is het niet noodig,maar de vraag is of het noodig is of niet. De heer A.Oosters wil de^gevel dit jaar alleeiVmaar in de^ ouden toestand te rug brengen en dan de rest een volgend jaar. De heer J.H.Dane. Dan wordt het weer een geknoei. De Voorzitter. Dat zou komen op De heer C.Dane vindt dat niet goed. Het is op de secretarie heusoh niet vol te houden. Een voorstel van den heer A.Oosters wordt in stemming gebracht om den gevel weder in de^oude^toestand te brengenjde ramen sluitend te maken en hiervoor op de begrooting te zetten een post van ƒ.150»-• Dit voorstel wordt aangenomen met 4 tegen 3 stemmen. Voor stemden de heeren: C.A.van Gend;J.A.Knook;A.Oosters en J.A.Maris. Tegen stèmden de heeren: C.Dane Gzn.;J.L.Maris Lzn. en J.H.Dane. Als punt vier komt aan de orde. Subsidie Zuid-Nederlandsche Stoomtram Maat schappij. In behandeling komt een aanvrage om subsidie van bovengenoemde Maatschappij. De Voorzitter licht aangaande dit punt toe dat het voor de tram een sléchten tpcl i-~. Ze zijn bezig met fusieplannen,doch hiervan is nog niets te zeggen. Gevr f

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1931 | | pagina 13