1 Juni 1931
206.
echter eerst tyd hebben om de zaak voor te bereiden.
De heer J.A.Maris. Als men er dan maar niet te lang mee wacht.
Rondvraag.
De heer G.A.Van Gend informeert naar de werkverschaffing.
De Voorzitter deelt mede,dat Burgemeester en Wethouders besloten hebben de
werkverschaffing op 1 Mei stop te zetten.
Burgemeester en Wethouders zullen nader overwegen wat te doen voor de werk-
loozen.
De heer G.A.van Gend dringt met ernst en klem er op aan om zoo spoedig moge
lijk maatregelen te treffen.
De heer J.A.Maris vraagt nog eenige inlichtingen omtrent het recht van een
raadslid om in scholen een bezoek te brengen.
Het komt volgens spreker wel eens voor,dat hieromtrent iets beoordeeld moet
worden en daar stelt spreker zich gaarne van te voren persoonlijk van op de
hoogte.
De Voorzitter zegt toe dit eens nader te zullen onderzoeken.
Niets meer aan de orde zijnde en niemand meer het woord verlangende wordt de
vergadering gesloten.
De Spearetanig, De Voorzitter,
IEUWEN WEG
(ITBREIDIUGSPL.
Hj rruXih.
OPENBARE VERGADERING VAN DEN RAAD DER GEMEENTE WILLEMSTAD OP
MAANDAG,1 Juni 1931>des voormiddags om 11-§- uur.
Voorzittersde Edelachtbare Heer H.van der Veen.
Secretaris:de Heer L.J.C.Maris.
Tegenwoordig de Heeren G.Dane,Gzn;J.L.Maris,LznjA.Oosters;J.A.MarisjJ.H.Dane;
G.A.van Gend en J.A.Knook.
De Voorzitter opent de vergadering,waarna de notulen der vorige vergadering
j door den Secretaris worden voorgelezen.
De heer J.A.Maris zegt,dat het voor den Secretaris een heel werk is geweest
j om deze notulen te maken en dat het niet gaat om alle kleine dingen precies
weer te geven.Noewel spreker overigens zich geheel met den inhoud kan vereenigei
wil hy toch nog op een paar kleine dingen wijzen en wel n.l. dat hij in een eenigf
zins anderen zin heeft gesproken over het feit,dat het afhakken van den voor-
gevel van het Gemeentehuis geen weggegooid geld is en tevens heeft pastoor
Juten de eerste maal gesproken over de firma Herwig en Oosters,terwijl deze de
tweede maal dit heeft uitgedrukt in èfen der firmanten van de firma Herwig en
j Oosters.
De Voorzitter zegt,dat dit niet veel te beteekenen heeft,doch de heer Maris
is een andere meening toegedaan.De Voorzitter zegt toe,dat in de notulen van
deze
1 Juni 1931
STOPZETTEN
ERKVERSCHAFFINd
No.
EVOEGDHEDEN
IAADSLEDEN BE-
I0EKEN SCHOLEN.
No.
207.
deze vergadering de opmerkingen van den heer Maris zullen worden aangeteekend.
Naar aanleiding van de gelezen notulen wil de Voorzitter nog eenige mededee-
lingen doen en wel n.l,
1 .Over het stopzetten van de werkverschaffing en de werkloosheids
Burgemeester en Wethouders hebben besloten met ingang van 1 Mei jl.de werk
verschaffing stop te zetten omreden zij geen verder crediet meer hadden.
Zy die geen werk hadden en ook geen werk konden krijgen, terwijl zy absoluut
geen inkomsten hadden,werden vanwege het Burgerlijk Armbestuur voorloopig
ondersteund.
Waar de werkloosheid nog niet geheel geëindigd was,vonden Burgemeester en
Wethouders hierin aanleiding naar een ander werkobject uit te zien. Het oog
is hiervoor dan ook gevallen op het schoonmaken van de vestinggrachten.Dit
zou ook voor de eventueels komende werkloosheid een prachtig werkobject zijn.
De eerste stappen zyn dan ook reeds gedaan,doch wanneer het eenmaal zoo ver
gekomen is zullen Burgemeester en Wethouders by den Raad nog wel met nadere
voorstellen komen.
Er gebeurt niets buiten den Raad om.
2.De aanleg van een nieuwen weg door het uitbreidingsplan.
In de vorige vergadering was een adres van de Stichting „Mooi Willemstad"
met een afschrift van het door haar aan Gedeputeerde Staten verzonden request,
betreffende de aanleg van een nieuwen verkeersweg door het uitbreidingsplan.
Genoemde stichting verzocht daarby tevens om haar adres,zoo mogelijk,by Gedepu
teerde Staten te vallen ondersteunen.
Intusschen is haar adres bij Burgemeester en Wethouders reeds om advies ge
weest doch het Ooilege heeft zich niet over dezen aanleg uitgelaten.Alleen
hebben we er op aangedrongen om voor het gevalvanwege de Provincie nog werken
zouden kunnen worden uitgevoerd,waarbij de werkloosheid gebaat zou zyn,deze zoo
spoedig mogelijk,te willen laten verrichten.
3«Vraag van den heer J.A.Maris in hoeverre H.H.Raadsleden de bevoegdheid heb
ben om scholen te bezoeken.
Het spyt spreker den heer Maris te moeten mededeelen,dat waar de heer Maris
misschièn hier speciaal het oog heeft op den bouw van de nieuwe Byzondere
School,een raadslid daartoe de bevoegdheid niet heeft H.H.Raadsleden hebben
buiten den Raad niet veel bevoegdheid.
Hoewel de bevoegdheden van H.H,Raadsleden niet precies in de wet worden opge
somd, bestaat tegen het bezoeken van de Openbare School z.i.geen bezwaar.
De heer J.A.Maris zegt,dat hij hier niet speciaal het oog heeft op den bouw
van de byzondere school,doch waar spreker veel voor het openbaar onderwijs ge
voelt,zou hy het jammer vinden,dat hij, wanne er het eens noodig mocht zyn,dat hy
persoonlyk eens ging kyken,werd teruggestuurd.
De Voorzitter zegt,dat de Bijzondere Soholen buiten den Raad staan,doch by
het