11 OCTOBER 1928. VERORDENINGEN HEFFING EN INVORDERING KEURLOON EN RECHTEN GEBRUIK NOOD- SLACHTINGSGEBOUW. SUBSIDIE BURGERWACHT 1928 Cst'ycrfl. WENSCHEN OVERDRACHT VES TINGWERKEN AAN STICHTING MENNO VAN COEHOORN". 76 De VOORZITTER stelt hierna aan de orde ontwerp-verordeningen tot heffing en invordering van keurloonen van vee,vleesch en vleeschwa- ren en van rechten voor het gebruik van het noodslachtingsgebouw.De ze verordening ia thans in overeenstemming gebracht met den wensch van den Minister van Arbeid,Handel en Nijverheid om de afgekeurde noodslachtingen van keurloon vrjj te stellen. Tevens is van de gelegenheid gebruik gemaakt om de rechten voor het gebruik van het noodslachtingsgebouw eenigermate te wijzigen. A.OOSTERS.Ik mis in de verordening een regeling van den tijd, geduren- van de welke "diet gebouw gebruik gemaakt mag worden. VOORZITTER.Daarvoor wordt een afzonderlijke regeling gemaakt.Die hoi niet thuis in deze verordening. De aangeboden verordeningen worden hierop zonder hoofdelijke stem ming ongewijzigd vastgesteld. Hierop stelt de VOORZITTER aan de orde een verzoek van de Vrywillii ge Burgerwacht,alhier,om een subsidie van ƒ.60,- uit de Gemeentekas voor 1928. De Heer J.A.MARIS,acht het fimdament der Burgerwacht van zeer goec strekking.Wat doet zij hier echter Niets dan op gezette tijden schie oefeningen houden,hetgeen als een soort sport wordt beschouwd.Spreke zou liever zien dat de Burgerwacht meer doordrongen was van het doel waarvoor ze aanwezig is en dat de deelnemers bij wijze van exeercitie op de hoogte komen van een zekere mate van geordendheid,opdat ze als er wat gebeurt,als geordende menschen kunnen uittrekken. C.DANE,Gzn.Het gaat hier over het verzoek om subsidie. J.A.MARIS.De schietoefeningen worden als een amusement beschouwd eiJ dat is niet de strekking,die de Burgerwacht dient te hebben. C.DANE,Gzn.De Burgerwacht treedt plaatselijk op en 't is geenszins de bedoeling,dat er oefeningen plaats hebben. VOORZITTER.De heer J.A.Maris gaat uit van de vraag of het wel goed is,dat de oefeningen alleen tot het schieten worden beperkt.Ik heb hierover vroeger reeds met den Districts Commandantden toenmaligen Burgemeester van Zevenbergen,die zelf ook militair geweest was,ge sproken en die heeft wel eens de bedoeling gehad een oefening met de Burgerwachten te houdeiï. Vinden de heeren goed,dat ik deze zaak eens met den Voorzitter der Districts-Burgerwacht bespreek Geen der leden heeft hiertegen bezwaar. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierop besloten de gevraagde subsidie toe te kennen. De VOORZITTER stelt vervolgens aan de orde de vaststelling van de voorwaarden,waaronder de Gemeenteraad bereid is mede te werken tot de overdracht der Vestingwerken,alhier aan de Stichting „Menno van Coehoorn' Toen de vesting was opgeheven lag het voor de hand,dat men naar een bestemming vöör de terreinen zocht.Vroeger ging men vrijwel al gemeen over tot het egaliseeren der omwalling.Hier is het eenigszins anders geloopen,doordat een in het leven geroepen stichting zich de zaak aantrok. Het verheugt spreker,dat de Raad zijn medewerking wil verleenen tot de overdracht der vestingwerken aan de stichting met het doel, die werken als historisch natuurmonument te bewaren.De verschillende lichamen,als daar zijn den Bond Heemschut,de Vereeniging tot behoud van natuurmonumenten en meer andere,welke zich voor deze zaak in- terresseeren en vertegenwoordigd zijn in het Bestuur der Stichting, hebben op het gebied van het algemeen belang bereids hun sporen ver diend. De leiding is ongetwijfeld in goede handen en wat dit betreft mogen: we ons gelukkig prijzen. De leden hebben een beschouwing,waarin een en ander is uitgestip peld, thuis gehad.Burgemeester en ethouders kunnen er zich ook mee vereenigen. Spreker zou speciaal dit nog willen vastleggen,dat de vestingwerken in de eerste plaats worden ingericht tot één mooi complex en dat ze in de tweede plaats zooveel mogelijk worden ge'éploiteerd voor het toeristenverkeer.We moeten trachten,dat er wat in het 't laadje komtj Het vreemdelingenverkeer moet worden bevorderd en het geheel moet zoo aantrekkelijk mogeljjk worden gemaakt. De Heer OOSTERS meent,dat men door handhaving van punt 9 de men schen niet zal lokken,doch eerder wegjagen.Bovendien zou de controle meer uitgaven eischen dan de inkomsten zouden zijn. VOORZITTER.Het blijven wenschen. C.DANE,Gzn.Ja werkelijk wenschen en dit punt is ook in overeenstem ming met de gedachten,welke de leiding der Stichting heeft. J.A.MARIS. Ik geloof,dat we het den buitenstaanders gemakkelijk en lief mogen maken,dan komen ze misschien.Dit is ook OOSTERS zij bedoe ling. We moeten beginnen met te trachten ze te krijgen. A.OOSTERS.In een half uur heeft men hier alles gezien. J.A.MARIS.Wordt alles in zijn vroegeren toestand teruggebrachtdan is er weinig of niets te zien. C.DANE,Gzn.Het is de bedoeling in het Mauritshuis een museum te maken. J.A.MARIS.In de voorgelegde voorwaarden staat veel.Ligt het wel op onzen weg om dengene ,die tot ons komt om ons te helpen zoo aan banden te leggen.Op verzoek van den Voorzitter en den Secretaris der Stichting heb ik,hetgeen ik op de met hen gehouden conferentie

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1928 | | pagina 22