niettegenstaande dat zijn de posten schryfbehoeften en drukwerk nofe hooger dan vroeger. De Voorzitter zegt,dat de uitgaven voor schrijfbehoeften en druk werk geenszins onnoodig worden opgevoerd en het op dit volgnummer aangevraagde bedrag is dan ook alleszins redelijk.Spreker geeft den Secretaris gelegenheid een en ander nader toe te liohten,na welke toelichting dit volgnummer zonder verdere disoussie of hoofdelijke stemming den hamer passeert. De heer J.A.Maris maakt nog een enkele opmerking bij volgnummer 17 (Drukwerk) en vraagt en verkrijgt nog eenige inlichtingen bij de volg nummers 19 (Meubilair Gemeentehuis) en 20 (Vuur en lioht Gemeentehuis) Het voor reis- en verblijfkosten op volgnummer 23 uitgetrokken be drag vindt spreker ook te hoog,getoetst aan de praktijk, en hy vindt dien post van 2^0.dan ook onnoodig,waarop de Voorzitter zegt, dat van het geraamde bedrag al naar behoefte wordt gebruik gemaakt. De heer Maris vraagt by volgnummer 27 of de gemeente nog eenig j belang heeft by het lidmaatschap van de Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten. Door de ondervinding heeft by spreker het idee post gevat, J dat een kleine gemeente er niets aan heeft en die Vereeniging zich meer in het bijzonder voor de grootere gemeenten interesseert. De Voorzitter zegt,dat de Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten op de bres staat voor de behartiging van de belangen der gemeenten in 't algemeen,wanneer deze belangen op eenigerlei wijze worden aangetast I of geschaad. Alvorens zich een oordeel te vormen geeft spreker den leden in overweging eens kennis te nemen van een jaarverslag van die Vereeniging. By volgnummer uit de heer Oosters zijn bevreemding over het feit, dat vrijwel alle ambtenaren pensioensbijdragen moeten betalen, alleen de Gemeente-ambtenaren niet. De Voorzitter zet uiteen hoe het standpunt van den Raad in het ver leden in dit opzichtv is geweest. Aangezien de bezoldiging in Noord brabant, vergeleken by andere provincies aan den lagen kant zijn, hebben Burgemeesters en Wethouders gemeend niet tot verhaal van bydragen te moeten overgaan. De heer J.L.Maris heeft deze zaak ook indertijd met den heer Oosters besproken en was het toen indit opzicht vrijwel met hem eens.Nadien, toen spreker gelegenheid heeft gehad eens achter de schermen te kijken, is hy echter op zijn oorspronkelijk ingenomen standpunt moeten terugko men, de onbillijkheid van verhaal van pensioensbijdragen inziende.De sa larissen van de Burgemeesters en de Secretarissen in Brabant staan ver ten achter bij dezelfde functionarissen in b.v.Zuid-Holland,ja zelfs nog by de jaarwedden van secretarie-personeel aan den overkaht. Wel Wel heeft onzen Secretaris alles by elkaar een flink salaris,doch als Secretaris heeft hij nog minder dan een Secretarie-ambtenaar in Oud-Beijerland. De heer J.A.Maris heeft dit punt reeds meer aangeroerd,n.l.eenige jaren geleden,toen ter zake een circulaire van Gedeputeerde Staten was ontvangen. Spreker heeft dit toen verder laten rusten,doch nu aoht hy den tyd gekomen om er over te praten. In de particuliere bedryven moet men het zooveel minder doen,dan eenige jaren geleden en 't is billijk,dat de gemeente volgt. Dit hebben Gedeputeerde Staten ook be- j begrepen en spreker ziet in de circulaire van dat College van 1923 I dan ook min of meer een vingerwijzing om tot pensioen-verhaal over te gaan. Wat do bemerking van den heer J.L.Maris betreft meent spreker, dat men eerst zyn eigen huisgezin moet bekijken en dan naar een ander zien. De heer J.L.Maris vindt het in elk geval onbillyk,dat ambtenaren j in verschillende provincies met gelijkwaardig werk onevenredig worden bezoldigd. De heer C.Dane Gzn.voelt over 't algemeen wel voor pensioenverhaal. Het is niet onbillijk,dat een ambtenaar eenigermate voor zyn pensioen i bijdraagt. Spreker is echter nog niet voldoende gesitueerd tenaanzien van de jaarwedderegelingen in deze,vergeleken bij andere provincies. De Voorzitter leest hierop de bovenbedoelde ciroulaire van Gedepu teerde Staten van 19^3 voor. De heer J.A.Maris stelt voor over te gaan tot verhaal van 3*§$ pen- i sioensbijdragen op de ambtenaren. Dit voorstel,in stemming gebrachtwordt met 4 tegen 3 stemmen ver worpen Vöór stemden de heeren J.A.Maris,A.Oosters en J.H.Dane,tegen de n heeren C.Dane GzJLMar i sJ11 fifi uu mCAvan Gend en J.A.Knook. Bij volgnummer 39 merkt de heer J.A.Maris op,dat vroeger een der gelijke post nooit op de begrooting voorkwam. Toen spreker nog Wet houder was betaalden de Burgemeester en de Wethouders eventueele kos ten van ververschingen uit eigen portemonnaieHet geraamde bedrag is naar zijn meening dan ook onnoodig. De heeren C.A.van Gend en C.Dane Gz.huldigen een andere opvatting. Bj volgnummer 44 vraagt de heer J.A.Maris inlichtingen omtreiht een in de Veldwachterswoning te maken kamertje.Hy vindt het onnoodig er nog een kamertje by te laten maken,nu de Veldwachter nog een onder wijzeres in pension heeft. Er is toch al een kamertje. De Voorzitter zegt,dat 't vorig jaar een houten beschot in de Veldwachterswoning is vervangen door een steenen muur.Het daaraf ge komen

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1927 | | pagina 5