0^7/
19 December 192 7
RONDVRAAG.
VERKOOP OUDE BRANDKAST
BOUWEN IN STRIJD MET DE
BOUWVERORDENING DOOR
O.DE ROOU.
19 DECEMBER 1927.
22. 7
houding tegenover de buitengemeente,vraagt spreker. Spreker beschouwt
een muziekcorps als een soort liefhebberij. Als het een tent wil heb
ben ligt het dan op den weg van de gemeente om het onderhoud op zich
te nemen Verscheidene ingezetenen steunen het muziekcorps.
De heer C.DANE Gzn. voelt wel voor overname van het onderhoud der
muziektent door de gemeente,als het muziekcorps er althans concerten
tegenover stelt.
Voorzitter zegt,dat het muziekcorps vrijwel steeds met finan-
tieele moeilijkheden te kampen heeft. De Directeur kost veel.
De heer J.A.Maris merkt op,dat het toch niet aangaat de lasten op
de gemeente te schuiven. Er zjjn nog zooveel menschen,die er niet van
profiteeren en spreker zou de kosten liever willen laten betalen door
degenen,die er belang in stellen.
De heer van Gend vindt het toch prettig,dat men in de gemeente zelf
een muziekcorps heeft. Vooral bij feestelijke gelegenheden bestaat
daaraan behoefte.
De heer J.A.MARIS zegt,dat de gemeentenaren niet veel voor het. mu
ziekcorps schijnen te gevoelen, immers anders konden zij toch best de
kosten van onderhoud der tent,die doch niet groot zijn,dragen. 1
De VOORZITTER stelt hierop voor het onderhoud der muziektent voor j
Gemeenterekening te nemen,welk voorstel,in stemming gebracht,met 9
tegen 2 stemmen wordt aangenomen.
Voor stemden de heeren C.Dane Gzn.,J.L,Maris,J.H.Dane,C.A,van Gend,DRAGEN VAN STEUN VAN
en J.A.Knook, tegen de heeren J.A.Maris en A.Oosters.
De heer J.A.Maris vraagt wat er gebeurt met de oude brandkast.
De VOORZITTER zegt,dat deze thans in het Ziekenhuis staat.'t Is
misschien mogelijk,dat het zoo juist genomen besluit nog wordt aange-
vuld. De muziekvereeniging heeft n.l.gevraagd of ze de brandkast ge
bruiken mag.
De heer J.A.MARIS geeft in overweging ze,alÈThvercompleet,van de
hand te doen. Laten we haar staan,dan verroest ze.
Zonder hoofdelijke stemming wordt tot verkoop besloten.
De heer A.OOSTERS vraagt of onze Bouwverordening nog van kracht is.
Zoo ja,dan wordt er buiten de wallen gebouwd in strijd met die veror-
dening.
De VOORZITTER zegt,dat de heer Oosters gelijk heeft,doch zou men de
bestaande verordening onverkort handhaven,dan zou men het bouwen prak
tisch onmogelijk maken. De Bouwverordening moet gewijzigd worden en in
overeenstemming worden gebracht met de eischen der praktijk.
De heer A.OOSTERS merkt op,dat de Voorzitter groot abuis heeft,in
dien
BENOEMING COMMISSIE VOOR
HOOGER HAND VOOR DE ONT
WIKKELING DER GEMEENTE.
25.
dien hij meent,dat onze Bouwverordening achter den tijd aanloopt. Spre
ker heeft verscheidene verordeningen uit andere gemeenten gelezen en
dan kan hij niet anders zeggen,dan dat onze Bouwverordening zoo soepel
mogelijk is. Spreker zag,dat de buitenmuur van het in aanbouw zjjnde
pand slechts o.M. dik is.
De heer J.A.MARIS merkt op,dat ten dezen het paard achter den wa
gen wordt gespannen. De verordening had eerst behooren te worden
gewijzigd alvorens op de aangevangen wjjze gebouwd werd.
De heer A.OOSTERS zegt,dat er in zijn tijd steeds controle werd uit
geoefend op den bouw,vanuit Roosendaal, 't Worden kaartenhuizen,zegt
spreker en de Woningwet is juist gemaakt om krotwoningen op te ruimen.
Een nieuwe verordening kan naar spreker's meening niet soepeler
worden gemaakt dan de bestaande en spreker kan er geen genoege mee
nemen,dat de bouw zoo blijft door gaan.
Ook de heer J.A.MARIS maak't tegen doorbouwen bezwaar. We weten.dat
instrjjjd met de verordening wordt gebouwd,zegt spreker.
De VOORZITTER zegt,dat de verordening zoo spoedig mogelijk zal wor
den gewijzigd. De Bouwvergunning is verleend met inachtneming van de
bepalingen der Bouwverordening.
De heer J.A.MARIS zegt,dat Burgemeester en Wethouders weten,dat in
strijd met de verordening wordt gebouwd en toch laten ze het toe.Dat
kan naar spreker's meening niet door den beugel.
De heer VAN GEND zegt hierop:
„Mijnheer de Voorzitter!
„De treurige toestand,waarin op het oogenblik onze gemeente verkeert,
„noopt mij hierover iets te zeggen. De opheffing van het garnizoen is
„gebleken een geweldige strop voor onze gemeente te zijn. Vele belas-
„tingbetalers zjjn hierdoor van ons vertrokken,zoodat de belasting
„voor onze inwoners veel hooger is geworden. Na informatie is mij ge-
„bleken,dat hier jaarlijks 110.000.a./ 120.000,aan jaarwedden
„van militairen werd uitbetaald. Een grootgedeelte daarvan werd toch
„in onze plaats verteerd. Men mag aannemen,dat de Kom der gemeente
„leefde van de militairen. Ik vraag me dan af zou het niet den plicht
der Regeering zijn Willemstad er iets voor in de plaats te geven;
„een finantieele schadeloosstelling zal misschien niet gaan,maar er
„is meer waar vrij mede geholpen zouden zijn. Ik denk hier ook aan ver-
„keersverbetering,enz
Ik wil daarom het voorstel doen een Commissie van drie of vier
„personen uit den Raad te benoemen,zoo dat iedere groep vertegen
woordigd is,die bij autoriteiten er op aandringen,verbetering in
„den tegenwoordigen toestand te brengen."
De VOORZITTER zegt,dat reeds alle moeite is gedaan. Spreker heeft
reeds