m
lïj
3
HOOFDFUNKTIE 5 KULTUUR EN REKREATIE
5.1 Monumentenbeleid
In de beleidsnota is verzocht om een duidelijk beleid inzake het behoud van onze monumenten. Wij
vragen ons af hoe de stand van zaken nu is. Wij eisen dat de monumentencommissie nog deze
periode van start gaat met de inventarisatie van ons kultureel erfgoed.
HOOFDFUNKTIE 6 SOCIALE VOORZIENINGEN EN MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING
6.1 Minimafonds
Het optrekken van het Minimafonds heeft onze volledige instemming. Daar waar mogelijk moeten
wij ons inzetten voor het handhaven van een menswaardig bestaansrecht voor onze burgers.
6.2 Kinderopvang
De Rijksvergoeding voor kinderopvang zal per december vervallen. De Rijksoverheid wentelt de
kosten af op de gemeentebegroting. Daarmee is de kinderopvang in een nieuwe fase gekomen. Ons
inziens voorziet de kinderopvang in een duidelijke behoefte en is ook niet meer weg te denken in de
samenleving. Wij vragen u alert te zijn op de toekomstige ontwikkelingen en de kosten niet bij
voorbaat op de begroting van het Regionaal Centrum af te wentelen. Graag vernemen wij van u de
oplossing.
HOOFDFUNKTIE 7 VOLKSGEZONDHEID EN MILIEU
7.3 Milieustraat
Wij zien de realisatie van een milieustraat reikhalzend tegemoet. De hoge heffing van de reinigings
rechten dient zo doelmatig mogelijk aangewend te worden.
HOOFDFUNKTIE 9 FINANCIERING EN ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN
9.1 Onroerendzaakbelasting
Het verheugt ons dat de onroerendzaakbelasting een verlaging van 8 a 7,5% toelaat. Een
evenwichtig financieel beleid zal altijd in verhouding moeten blijven staan tot een redelijke belasting-
bijdrage. Wij hoeden ons er voor extremiteiten op de burger te verhalen. Wel is het noodzakelijk dat
er een herdefiniëring van de onroerendzaakbelasting plaatsvindt. Nieuwe zakelijke ontwikkeling zoals
bijvoorbeeld de komst van kassen en agrarische bedrijven moet voor de gemeenten een positieve
financiële impuls bewerkstelligen. Uitgangspunt in deze is toch minstens kostendekkend en dan pas
vrijstelling.
Tot zover deze samenvatting voorzitter."
Tweede termijn. CDA
De heer RASENBERG spreekt als volgt:
'Voorzitter,
Naar aanleiding van de antwoorden die wij gekregen hebben op onze beschouwingen in de eerste
termijn onze opmerkingen nog ten aanzien van de tweede termijn.
HOOFDFUNKTIE 3 EKONOMISCHE ZAKEN
3.2 Glastuinbouw
U deelt mede dat met betrekking tot de glastuinbouw een studie zal plaatsvinden naar het geheel
van de benodigde infrastruktuur. De kosten hiervan zullen op enigerlei wijze door de bedrijven
moeten worden opgebracht. Het CDA zou graag antwoord hebben op onderstaande vragen.
1Op welke termijn denkt u dat de studie is afgerond;
2. Wat zijn uw voorstellen ten aanzien van de financiële omslagregeling naar de reeds gevestigde
glastuinbouwbedrijven;
3. Welke betekenis moet het CDA toekennen aan het woord enigerlei zoals door het college wordt
geciteerd.
HOOFDFUNKTIE 5 KULTUUR EN REKREATIE
5.10 Kulturele accommodatie
5.16 Verhuur burgerzaal
Voorzitter, het is u bekend dat het CDA kuituur en rekreatie hoog in het vaandel voert.
Ondanks dat we dat de afgelopen periode hebben gedaan kunnen we wat betreft de kulturele
accommodatie niet rekenen op een brede steun uit de politiek. De ruimtenood wordt echter nog
groter nu u aan de Werknemers Partij Steenbergen hebt geantwoord onder punt 5.16 dat u wilt
komen tot afbouw van het gebruik van de burgerzaal door het verenigingsleven.
Welke kriteria worden aangelegd indien alsnog, bij hoge uitzondering, toestemming wordt gegeven
voor het gebruik van de burgerzaal?
Het is uw bedoeling de reserve van f 150.000,- ten behoeve van de kulturele accommodatie terug
te laten vloeien naar de algemene middelen. Tijdens diverse uitvoeringen in de sporthal blijkt dat de
verenigingen hoge kosten moeten maken ten aanzien van de geluidsapparatuur, belichting en
stoelenplan.