I
4
8
Verder denkt het college dat de relatie die gelegd is tussen grond voor woningen elders in
Steenbergen niet geheel conform de werkelijkheid is. De gemeente heeft hele dure grond moeten
verwerven van CSM. Die grond wordt nu voor f 240,- per m2 verkocht. Maar er is ook grond van
f 150,- en f 160,- in Kruisland. Die prijzen zijn niet vergeleken met de marktwaarde. Gekeken is
naar de opbouw van de kosten zoals die hebben geleid tot de grondprijs die daar gevraagd wordt. En
zoals bekend mag de overheid geen winst maken op grondkosten.
Ten aanzien van de onduidelijkheid over de CBS-index. De grondprijzen van f 56,75 en f 66,75 zijn
door de provincie veranderd. De gemeente zou veel te kort hebben afgeschreven en rente toe
hebben gerekend. De prijs van f 40,- die onder een vermeend oppervlak van een huis zit zal jaarlijks
met de CBS-index worden verhoogd.
De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Flameling om het amendement aan de raad kenbaar te
maken.
De heer FLAMELING deelt mede dat er een amendement voorligt namens de heer Rasenberg en hem
zelf en grote delen van fracties.
De stellingname tegen de gemaakte keuze in het voorstel van het college is de volgende.
Kijkend naar Reinierpolder I en II zijn een aantal zaken die op I aangetroffen worden niet wenselijk op
II. Primair is een industrieterrein bedoeld om arbeid naar Steenbergen te halen. Wenselijk is een
kwalitatief hoogwaardig industrieterrein. Om dit te bereiken zijn daar een aantal instrumenten. Eén
daarvan is de grondprijs.
Op Reinierpolder I wordt onder andere een wildgroei van woningbouw aangetroffen. Woningbouw
op een industrieterrein dient er alleen te zijn als dit per se noodzakelijk is.
In het voorliggende voorstel wordt woningbouw niet onmogelijk gemaakt. Voor dié firma's waarvoor
wonen en sociale controle noodzakelijk zijn kan dit voor de door het college vastgestelde prijs, zij het
dat zij inpandig moeten bouwen. In het geval van uitpandig bouwen wordt een gematigde grondprijs
voorgesteld van f 135,-. Die prijs is een compromis en afgeleid van de berekening voor de
onroerendgoedbelasting. De meerwinst wordt geherinvesteerd in faciliteiten ten behoeve van
startende ondernemers. Op die manier wordt de kwaliteit van de toekomst enigszins veilig gesteld.
En wat betreft de bedenkingen van de provincie. Dit is deels terug te voeren op het ontbreken van
een indexering in het verleden.
De heer VAN NIEUWENHUIJZEN stelt vast dat het amendement uit twee delen bestaat. In techni
sche zin wordt de grondprijs geamendeerd en nieuw is de voorgestane herinvestering in een
bedrijfsverzamelgebouw.
De VVD heeft de vorige raadsvergadering gezegd dat zij het collegevoorstel weloverwogen en zinvol
achtte. Met dat voorstel kan zijn fractie leven. Dat is vandaag de dag nog zo.
De VVD ziet er geen verder heil in om het amendement van D66 te steunen.
In het alternatief komt een zichtlocatie uit op 40.500 en een niet-zichtlocatie op 30.000. Dat vindt
de VVD veel te hoog.
Wat betreft de financiering van een bedrijfsverzamelgebouw. Dit dient te gebeuren uit de portefeuille
economische zaken stimuleringsprojecten en niet door een toeslag op de grondprijs te berekenen.
Het is verder een goede zaak dat er op een industrieterrein een aantal bedrijfswoningen staan voor
de sociale controle. Dit steunt de VVD van harte.
De VVD schaart zich achter het collegevoorstel.
Mevrouw BAARTMANS ziet geen verschil in de doelstelling van het collegevoorstel en het
alternatieve voorstel.
Zij vraagt of D66 de ervaringen met een bedrijfsverzamelgebouw in andere gemeenten nagegaan
heeft.
Verder vindt zij sociale controle op een industrieterrein heel belangrijk.
En vindt zij het belangrijker om grond te verkopen in het kader van de doelstelling werkgelegenheid
dan de grond steeds hoogdrempeliger te maken.
De heer RASENBERG is mede-ondertekenaar van het amendement. Hij voert nog een belangrijk argu
ment aan. Op Reinierpolder I ziet men dat er veel woningen naast de bedrijfspanden staan. Dit
ontneemt heel veel extra meters waar bedrijfsgebouwen zouden kunnen staan. Door het duurder
maken van de grond zal er meer terrein over blijven voor het vestigen van bedrijven en zal de werk
gelegenheid toenemen.
Wat betreft de herinvestering waar de heer Flameling over sprak. De intentie is om die tot uiting te
brengen in het aanbieden van een lagere grondprijs voor een bedrijfsverzamelgebouw.