13 Wat betreft het tweede echelon heeft de voorzitter meegenomen. Het gaat dwars door de gehele organisatie heen. "Het kan" is wel een afzwakking van "het moet". Ook daar hebben de vakbonden mee ingestemd. Waar het noodzakelijk is gebeurt het, daar waar het niet noodzakelijk is, hoeft het niet. De heer RASENBERG vraagt of het voorzitterschap van de Stuurgroep per maand rouleert. Hij denkt daarbij misschien mede aan ondeskundigheid en dat men dan in deze systematiek niet goed kan functioneren. Is dit alles niet een gevolg hiervan? Volgens de VOORZITTER is dit niet het geval. Geen volledige informatie is niet het gevolg van ondeskundigheid maar van met geprogrammeerde deskundigheid. In Steenbergen zijn we geen voorstander geweest van een roulerend voorzitter. Men gaat uit van een vorm van gelijkwaardigheid. Het was in de Stuurgoep niet mogelijk een permanent voorzitter aan te wijzen die voor het gehele proces verantwoordelijk en aanspreekbaar is. Het is de heer VAN NIEUWENHUIJZEN nog niet helemaal duidelijk genoeg wat bedoeld wordt met "dat kan met toepassen". Dit hoeft dus niet in alle gevallen? De VOORZITTER geeft aan dat de situatie zal uitwijzen of het noodzakelijk is. De heer VAN NIEUWENHUIJZEN vraagt zich af of men dan niet meet met twee maten. Hij zou liever alles over een kam scheren. De VOORZITTER zegt dat het "kan" een afzwakking is van zin "het moet". In de Stuurgroep en het BGO is besloten om in ieder geval voor het eerste echelon het woord "kan" helemaal verwijderd kan worden. Hier wordt het als eis gesteld, en op dit niveau wordt het dus wel toegepast. Dit stelt de heer VAN NIEUWENHUIJZEN gerust. De heer FLAMELING is het helemaal met het Sociaal Statuut eens maar heeft vraagtekens bij de zwaarte die er aan een psychologische test wordt gehecht. Hij begrijpt dat men zo'n psychologische test toepast in deze situatie om de besluitvaardigheid buiten de zittende bestuurders te leggen. Of moet men het zo zien dat men een diepgaand vertrouwen heeft in deze test. De VOORZITTER zegt dat dit laatste de bedoeling is. Het is een onderdeel van de totale screening, een extra instrument dat gebruikt wordt bij de plaatsing van de functionarissen. De heer FLAMELING zegt dat de psychologische test een van de vele meetinstrumenten is om het een en ander te voorkomen. Men zich afvragen of er ook andere mogelijkheden zijn, met name het aantrekken van externe mensen. Dan voorkomt men in ieder geval dat men de komende jaren in personele situaties komt waar uiteindelijk de psychologische test de doorslag heeft gegeven. Dit heb je eveneens met mensen die van buiten aangenomen worden, zegt de VOORZITTER. De nieuwe organisatie gaat voor een groot deel ingevuld worden met dezelfde mensen, daardoor is deze zorgvuldigheid nodig. De heer RASENBERG vraagt wie er op dit moment voorzitter is van de Stuurgroep. Volgens de VOORZITTER is dit de heer Schout nu tot en met 6 juni en daarna de heer Lukkassen. De RAAD besluit met discussie en zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel. VOTERING KREDIET AD f 210.086,- ZIJNDE DE GEMEENTELIJKE BIJDRAGE BETREFFENDE HET BODEMSANERINGSPROJECT BURGEMEESTER VAN LOONSTRAAT (VOORMALIGE GASFABRIEK), (16e WIJZIGING BEGROTING 1996) Mevrouw BASELIER is verbaast dat behandeling in de commissie Openbare Werken en Verkeer plaats vond en niet in de commissie VROM. Dit omdat het een milieuzaak betreft. Verder kan zij instemmen met het voorstel. De heer A. VAN ELZAKKER hoopt dat men zo snel mogelijk met de sanering kan beginnen. De heer VAN REUEN heeft in de commissie Middelen drie vragen gesteld. Via het verslag of daarna zou hij hierop antwoord krijgen. Dit is tot op heden niet gebeurd. In de tweede alinea, het tweede gedachtestreepje wordt gesproken over het verspreidingsrisico moet worden teruggebracht tot een aanvaardbaar niveau". Hij vraagt zich af of dit betekent, nu de locatie behalve onder de artsenpraktijk en een stuk onder de winkel gesaneerd wordt, dat doorlek ken absoluut van de baan is. Ook gezien de cyanide-ader.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1996 | | pagina 56