10
Zij vraagt om een goede tijdsplanning en het tijdig informeren van bewoners en middenstand.
Wethouder IJZERMANS gaat in op de vragen van de heer Rasenberg. In principe zal de hele
binnenstad 30 km zone gebied worden. Als de gemeente in aanmerking wil komen voor subsidie zal
die 30 km zone ook alszodanig moeten worden uitgevoerd. De uitvoering vereist dan plateaus en
drempels met een ander hellingspercentage. Als de invoering een feit is zal ook de BBA zich hieraan
moeten conformeren.
De WETHOUDER verwacht zoals het er nu uitziet dat de bussen straks via de Oostdam en de
Westdam blijven rijden. Het college zal zich er ook sterk voor maken dat de bussen door de
binnenstad blijven rijden.
Ten aanzien van de breedte van het wegdek. De WETHOUDER gaat dit opnieuw bezien. Indien 5
meter te krap zal blijken wordt dit aangepast door het niet aanleggen van een parkeerhaven.
De WETHOUDER antwoordt mevrouw Baselier dat het vanzelfsprekend is dat het gemeentebestuur
voor de gang van zaken bij de renovatie en herinrichting een hele grote verantwoordelijkheid draagt.
Uiteraard zal het gemeentebestuur belanghebbenden inlichten.
De heer RASENBERG stelt dat vanavond twee besluiten genomen worden over wegprofielen die in
de 30 km zone komen te liggen. Het besluit tot het instellen van de 30 km zone moet nog in de raad
genomen worden. Wat zijn daar nu de consequenties van.
Verder vraagt hij de wethouder toch nog eens bij de BBA na te gaan wat de gevolgen zijn voor de
busdiensten. Hij wordt hier graag in de volgende commissievergadering over geïnformeerd.
De VOORZITTER antwoordt dat in de commissievergadering van 11 maart de wethouders Onland en
IJzermans aanwezig zijn om de herstructurering van de binnenstad te bespreken. De 30 km zone
komt dan heel expliciet aan de orde.
Wethouder IJZERMANS wijst er op dat in de raad een duidelijke afspraak is gemaakt dat bij de
herinrichting van woonstraten plateaus aangebracht worden om de snelheid van het verkeer te
verminderen. Het besluit ten behoeve van de Westdam is inderdaad vooruitlopend op de herstructu
rering binnenstad.
Wethouder ONLAND vult aan dat de raad de verslagen van de werkgroep begeleiding herstructure
ring binnenstad heeft kunnen lezen. In die verslagen is steeds naar voren gekomen dat als er
maatregelen genomen worden in het centrum dit gevolgen heeft voor de omliggende straten.
Daarom moeten in de omliggende straten eerst voorzieningen aangebracht worden om te zorgen dat
niet al het verkeer daar langs gaat. Met name het doorgaande verkeer. Dit maakt momenteel 60%
uit van het verkeer dat door de Kaaistraat rijdt. Dat moet straks niet via de Noordwal of de
Westdam gaan rijden.
In Nieuwstad en Noordwal moet de riolering worden vervangen. Het is dan logisch om meteen de
herinrichting mee te nemen. Voor de Westdam geldt dat de aansluiting met de Fabrieksdijk nu
gerealiseerd wordt vanwege Albert Heijn, De Lindenburgh en de hele nieuwe situatie daar.
Gelijkertijd komt dit goed uit voor de verkeersomleiding die straks bij de herstructurering nodig is.
Vandaar dat dit punt nu op de agenda staat en de herstructurering in zijn totaliteit de volgende
maand.
De heer Rasenberg komt opnieuw terug op het instellen van een 30 km zone. Daarover is nog geen
besluit genomen.
Wethouder IJZERMANS antwoordt dat als de gemeente de herstructurering van de binnenstad wil
uitvoeren binnen de wettelijke normen zij niet verplicht is in het kader van de verkeersveiligheid een
30 km zone in te stellen. Wel moet zij bij de herstructurering iets doen aan de geluidskwaliteit. De
gemeente is daarom genoodzaakt de 30 km zone in te voeren. Subsidies mogen worden verwacht in
het kader van de verkeersveiligheid en uit het oogpunt van geluidswering.
De VOORZITTER brengt het voorstel in stemming.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
NOTITIE VRAAG EN AANBOD NAAR VERSLAVINGSZORG IN STEENBERGEN
De VOORZITTER deelt mee dat dit punt vanavond van de agenda wordt afgevoerd. Het voorstel
komt nu in maart in de commissie en de raad. De reden is gelegen in de zwaarte van schriftelijke
vragen die ingediend zijn na de commissievergadering.
11
Die vragen zijn pas vandaag beantwoord kunnen worden. Het college is van mening dat de raad van
de antwoorden goed kennis moet kunnen nemen.
De VVD had zich voor vanavond voorbereid. De heer LAMBERS stelt voor zijn gegevens aan de
wethouder door te spelen, zodat ook de vragen van de VVD meegenomen kunnen worden voor de
behandeling in maart.
De VOORZITTER stemt hiermee in.
14. KERMISVERPACHTINGEN
De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
15. VASTSTELLING NOTITIES ALGEMENE INLEIDENDE BELEIDSNOTITIE, UITSTROOMBELEID, NOTITIE
INZAKE DE WIJZIGING IN DE BIJZONDERE BIJSTAND EN HET FRAUDEBELEIDSPLAN ALS GEVOLG
VAN DE INVOERING VAN DE NIEUWE ALGEMENE BIJSTANDSWET
De heer VAN REUEN spreekt als volgt:
'Voorzitter,
Wij zijn het eens met uw voorstellen ten aanzien van de vaststelling van de vier notities met
hetzelfde voorbehoud als in de commissie welzijn, zoals u dus schrijft. Ik wil hier echter nog wel
eens bij benadrukken dat de PvdA straks niet akkoord zal gaan met een uitstroombeleidsplan, dat
nog uitgewerkt moet worden, waarin wordt gesteld en dat staat in de notitie die er nu ligt, dat het
verkrijgen van een volledige baan een beloning op zich is en dus geen stimulans in de zin van
premiebehoefte. Voorzitter, een actief te voeren uitstroombeleid zal ons inziens een premiestelsel
nodig hebben. Een premiestelsel dat zichzelf tenslotte terug zal betalen, want uitstroom uit de
Algemene bijstandswet is per slot financieel voordelig voor de gemeente. Dus mocht er en ik heb
begrepen dat er zo een notitie uitgewerkt wordt, in elk geval zo een beleidsplan voor die uitstroom,
komen dan zullen wij dus niet akkoord gaan dat daar in staat wat nu in de achterliggende notitie ligt
van, we geven alleen premie bij een deeltijdbaan want het verkrijgen van een volledige baan is een
beloning op zich, dat vinden wij dus niet. Een actief uitstroombeleid vraagt een premiestelsel.
Uiteraard voorzitter zijn wij het wel eens met uw voorstel ten aanzien van het laten vervallen van
het drempelbedrag. Tot zover.'
Mevrouw BAARTMANS spreekt als volgt:
Voorzitter,
Ik wil een drietal opmerkingen maken over de wijziging bijzondere bijstand, het uitstroombeleidsplan
en het fraudebeleidsplan.
Ten eerste de wijzigingen in de bijzondere bijstand. U spreekt namelijk in uw notitie uit dat u
verwacht dat de aanvragen voor de bijzondere bijstand zullen stijgen. Wij vinden dat een hele
gunstige ontwikkeling maar we denken dat daar een duidelijke voorlichting voor nodig zal zijn. We
vragen u dan ook uw verantwoordelijkheid in deze te nemen en een goed voorlichtingsbeleid te gaan
opzetten.
Dan het uitstroombeleidsplan. U schrijft dat u mensen uit categorie d en dat zijn mensen met versla
vingen, ziekten en ouderen, die wilt u in aanmerking laten komen voor scholing en doorstroming
naar een Melkertbaan bijvoorbeeld. Wij denken dat we moeten accepteren dat een kleine categorie
mensen hier niet meer voor in aanmerking zal komen. Wat betreft het premiebeleid, ook in het
uitstroombeleidsplan. Wij vinden het premiebeleid erg mager. Ook in de commissie welzijn hebben
we dat al opgemerkt. Wij vinden dat met name het vrijwilligerswerk wel gestimuleerd zou moeten
worden omdat dat namelijk drie voordelen biedt volgens ons: ten eerste levert het werkervaring op,
ten tweede denken we dat mensen arbeidsritme opdoen en ten derde bevordert het de sociale
contacten.
Dan het fraudebeleidsplan. Wij maken ons zorgen over de toenemende taakverzwaring van
bijstandsmaatschappelijk werkers. We vragen u dan ook bij de toekomstige formatie in verband met
de herindeling hier uitdrukkelijk rekening mee te houden.
Tot zover voorzitter.'
Mevrouw BASELIER deelt mede dat haar fractie kan instemmen met het voorstel. De notities zoals
zij voorliggen zijn een stukje vakwerk door de desbetreffende ambtenaar geleverd. Met betrekking
tot het uitstroombeleid wacht haar fractie met spanning af hoe dat er uit gaat zien. Met name het
uitstroom- en het premiebeleid.