4 7 Vanmiddag is afgesproken om binnen enkele weken een ambtelijke werkgroep in het leven te roepen die deze problematiek gaat bekijken. Een voorfinanciering als gemeente is wellicht mogelijk. Onderwerp van gesprek is verder geweest de wegaansluiting Fabrieksdijk met de Kade. Ook dit is meer dan 10 jaar geleden bij de provincie aangevraagd. Vanmiddag heeft de heer Munters toegezegd dit punt mee te nemen en te bezien. Hij verwacht in eerste aanleg geen problemen. Vanaf de Fabrieksdijk zouden dan voorsorteervakken komen voor links- en rechtsgaand verkeer. De rotonde aan de Zeelandweg-Oost ter ontsluiting van Reinierpolder I en in de toekomst Reinierpolder II is aan de orde geweest. Er lag hierover al lang een vraag bij de provincie. Voor de aanleg van de rotonde is een principe-toestemming verkregen. Helaas geldt in dit geval niet de 'poten-theorie' omdat de rotonde wordt aangelegd ten behoeve van de gemeentelijke industrie terreinen. De gemeente mag wel proberen uit de pot Economische Zaken een financiële bijdrage te vragen. Gesproken is ook over de Zoomweg-Noord. Het college komt hier intern binnen de gemeente op terug. Bij de gedeputeerde is verder de vraag weggelegd te kijken naar buurtschap Heensche Molen. De aangebrachte middengeleiding ten behoeve van de verkeersremming funktioneert niet goed. Na afloop van het gesprek is een persconferentie gegeven. Van het gesprek is ook een verslag gemaakt. Na akkoordbevinding door de provincie wordt het verslag ter inzage gelegd van de raad. Desgevraagd antwoordt wethouder ONLAND de heer REIJNDERS dat de ambtelijke werkgroep met betrekking tot de Langeweg zal bestaan uit Provinciale Waterstaat, de gemeente en eventueel verkeersdeskundigen. De gemeente financiert en mag derhalve meepraten. Wethouder ONLAND antwoordt de heer FLAMELING dat zij niet weet of het uitgemaakt heeft dat de gedeputeerde afkomstig is uit West-Brabant. Hij was wel redelijk op de hoogte. Ook kent de WETHOUDER de heer Munters persoonlijk. De heer VAN NIEUWENHUIJZEN merkt op dat de heer Munters de gemeente heeft bezocht namens het college van Gedeputeerde Staten en uitsluitend uit die hoofde. De RAAD besluit de mededelingen voor kennisgeving aan te nemen. 6. GEMEENTELIJKE HERINDELING SUIKER UNIE-COMPLEX De VOORZITTER merkt op dat inmiddels de commissie Splunder heeft gerapporteerd aan de Staatssekretaris. De gemeenten kennen het advies niet. De VOORZITTER roept de politieke partijen die vertegenwoordigd zijn in de Provinciale Staten op hun frakties nogmaals in te spreken over Lepelstraat. Er wordt door de andere gemeenten verzocht om een gezamenlijk offensief. Vrijdag 10 maart als de gemeentelijke herindeling besproken wordt in de Provinciale Staten zal Lepelstraat een van de weinige bespreekpunten zijn. Wat betreft het voorliggende voorstel geeft hij de raad het woord. De heer VAN REUEN deelt mede dat de PvdA tegen het voorstel is. De PvdA houdt vast aan hetgeen gezegd is in de commissie algemene bestuurlijke zaken c.a. Dit is, vasthouden aan de nota 'Steenbergen, een plaatsbepaling'. Het onderhavige voorstel is enigszins aangepast. Mogelijk uit collegiale overwegingen of door druk van Dinteloord. De PvdA heeft daar vooralsnog geen bood schap aan. Zij wenst zich niet voor de Dinteloordse kar te laten spannen. De heer FLAMELING is vorige week bij een vergadering geweest waar onder andere de Commissaris van de Koningin een inleiding gaf over het bestuurlijke draagvlak van West Brabant. Gezien het peil van de bestuurderen denkt hij dat er geen enkele reden te verzinnen is waarom Steenbergen, Dinteloord c.a., Willemstad, Fijnaart c.a., Klundert, Nieuw-Vossemeer en Lepelstraat niet in één gemeente zouden kunnen worden ondergebracht. In dit verband vindt hij een bescheiden houding van de zijde van Steenbergen een domme houding. Mijnheer van Reijen heeft in de zin van 'landje pik' wel gelijk maar de bestuurderen van de aanpalende gemeenten taxeert hij verkeerd in.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1995 | | pagina 15