a
5
A
11
Dat dit niet altijd verworpen behoeft te worden, toonde met name de kwaliteit van de AAW. Het
artikel 57 lid 1 regelde naar grote tevredenheid van vrijwel alle gebruikers die een beroep deden op
de voorzieningen, de afwikkeling van prestaties waarvoor de ingezetenen van Nederland premie
betaalden. Deze premies werden beheerd in het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds en verwerkt
door de bedrijfsverenigingen. Door de centralistische afwikkeling was zeker, dat iedere noodzakelijke
gebruiker in Nederland kon rekenen op een gelijke behandeling.
Sedert de decentralisatie in de jaren 90 is het mis gegaan met vele goede regelingen in ons land. Zo
ook het voorzieningensysteem uit de hierboven kort gememoreerde AAW. De bedrijfsverenigingen
hebben andere taken toebedeeld gekregen, de Gemeenschappelijke Medische Dienst werd onthoofd,
de inbreng van werkgevers en werknemers in het huis van de sociale verzekering is terug gebracht
naar een aanzienlijk lager niveau. Daarvoor in de plaats werd met name de uitvoeringsregeling van
een groot deel van artikel 57 lid 1 AAW-oud, onder gebracht bij de gemeenten. Dit gebeurde op een
moment, dat nog vrijwel niemand voldoende met de wetgeving bekend was. Gemeentebestuurders
en -ambtenaren trachtten in -te- korte tijd zich de gehele materie eigen te maken. Ik mag in dat
verband verwijzen naar de discussie bij de inwerkingtreding van onze plaatselijke Verordening
Voorzieningen Gehandicapten, toen moest worden geconstateerd, dat onvoldoende kennis aanwezig
was om voortvarend goede besluiten te nemen.
De regeling die nu wordt voorgesteld is in wezen het kind van de hierboven genoemde moeizame
bevalling.
Eerst wil ik ingaan op de bestuurlijke aspecten.
In 1993 werd onder ambtenaren van de gemeenten Roosendaal en Rucphen een projectgroep in het
leven geroepen. Deze projectgroep blijkt volgens het schrijven van het Streekgewest, dd 13
september 1995, nadien te zijn uitgebreid met nog meer ambtenaren. Zij interpreteerden, naar aan
leiding van een advies van de VNG om WVG-gelden te hanteren voor vervoersvoorzieningen in
relatie tot het gewone openbare vervoer. Er werd vervolgens besloten een onderzoek te doen naar
de KAPs. Daaropvolgend werd gemeenten geadviseerd het primaat te leggen bij de invoering van
een KAPs. Op welke wijze en op welk moment dit gebeurde, is de raad van de gemeente Steenber
gen tot op dit moment nog niet duidelijk geworden. Er werd een programma van eisen opgesteld,
waarmee een aantal openbaar vervoer bedrijven werd benaderd. Dit programma van eisen werd pas
bekend op 13 september 1995 voor de raad van de gemeente Steenbergen. De uitgangspunten
werden tot heden niet ter goedkeuring voorgelegd aan de raad.
Het Gewest stelt terecht, dat de gemeente zorg dient te dragen voor verlening van onder andere
vervoersvoorzieningen. De gemeente Steenbergen voldeed en voldoet aan deze zorgplicht door
verstrekking van een bedrag ad f 1.670,-. De wet schrijft nergens voor dat de gemeente moet
zorgen voor de instelling van een taxi-voorziening. Uitgangspunt is steeds geweest, dat de gebruiker
van WVG-gelden op eigen wijze zelf kan beslissen op welke wijze hij in zijn vervoer voorziet.
Het Gewest stelt, dat het draagvlak voor de in werking- stelling van de KAPs-regeling wordt
gevonden in de vergadering van portefeuillehouders d.d. 31 augustus 1995. In deze vergadering
sprak wethouder Reijnders namens de gemeente Steenbergen. Aanvankelijk prees hij de project
groep. Dit vinden wij wat vreemd. Wij gaan er immers van uit dat de wethouder op dat moment net
zo slecht was geïnformeerd als de raad van onze gemeente. Anders waren wij toch wel beter
geïnformeerd? Vervolgens merkt onze wethouder in die vergadering terecht op dat de discussie over
de doelgroepen onduidelijk is. Hij stelt dat er in Steenbergen goede voorzieningen voor ouderen zijn.
Uit het verslag van die vergadering blijkt, dat een voorziening die Fl. 208,-- gaat kosten onvoldoende
rendement biedt. "Elke stap hoger is een verbetering, aldus de voorzitter". Daarop volgend
concludeert diezelfde voorzitter, dat alle gemeenten behalve Steenbergen kiezen voor een KAPs en
per gebruiker daar een bedrag van f 624,- willen inzetten.
Dan gaat onze wethouder overstag. In plaats van op dit moment te wijzen op het feit, dat
beslissingen bestuurlijk draagvlak moeten hebben en niet alleen geregeld door ambtenaren, verdraait
hij zijn standpunt voor 180 graden. Hij zegt, blijkens het verslag van de vergadering, "dat zijn
gemeente niet als enige een afwijkend standpunt wenst in te nemen en een lege vlek zal vormen in
de regio. Derhalve zal hij zich in het college hard maken voor het voorstel en het bedrag."
Het hard maken heeft geresulteerd in het voorstel dat nu wordt beoordeeld. Fl 208,-- te betalen
door de gebruiker, FL 416,— op te brengen uit de algemene middelen, ondergebracht in de WVG-
pot.