5
De heer Lambers zegt dat de VVD de vakature voor zichzelf heeft aangehouden om te voorkomen
dat een ander in zou dringen. Dit kan niet, aldus de VOORZITTER.
De heer RASENBERG vindt het een misvatting ten opzichte van de duo-commissieleden en spreekt
van wél een toegevoegde waarde en hoopt dat de andere frakties hier ook in mee kunnen gaan.
De VOORZITTER zegt dat ten aanzien van de sportraden/welzijnsraden de gedachtengang bekend is.
Het initiatief en de meerwaarde van een sportraad en een culturele raad ligt heel duidelijk bij de
organisaties zelf.
De VVD kan zich niet verenigen met dit voorstel.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel. De VVD wordt geacht
te hebben tegengestemd.
8. VOORSTEL TOT VASTSTELLING T WIJZIGING BEZOLDIGINGSVERORDENING 1981
De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
9. VASTSTELLING BESTEMMINGSPLAN 'BEDRIJVENTERREIN REINIERPOLDER II'
Correctie: "De heer A. van Elzakker namens de Werknemerspartij en de heer J. Flameling namens
D66/Gemeentebelangen willen eerst nog overleg plegen met hun fractie", kan geschrapt worden.
De heer VAN REUEN verwijst naar het verslag van de commissie VROM waarin gevraagd wordt
naar het standpunt van de PvdA-wethouder in deze. De heer IJzermans was positief. Naar
aanleiding hiervan kan de heer Van Reijen mededelen dat de gehele PvdA-fraktie dit voorstel steunt.
De inspraak en de overlegprocedure is naar behoren gevoerd.
De heer A. VAN ELZAKKER heeft met de fraktiegenoten overlegd en steunen dit plan, het college
heeft goed geluisterd naar de wensen van de bewoners.
De VOORZITTER geeft aan dat de commissie een advieslichaam is aan het college. De stukken
worden gelijktijdig en zo vroeg mogelijk verzonden, zodat vooraf overleg gepleegd kan worden in het
fraktie-overleg. Daaruit kan tijdig richting gegeven worden aan het college.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
10. EVALUATIE WVG 1994
Mevrouw BAARTMANS meldt blij te zijn met de verhoging van 2x het norminkomen.
Zij informeert of er iets bekend is geworden na het gesprek tussen de wethouder en de gemeente
Nieuw-Vossemeer. Hierin besprak men de bestemming van de WVG-overschotten inzake de wens
een gelijkluidende regelgeving te krijgen.
Nog enkele opmerkingen:
De evaluatie onder de cliënten van de WVG vond men minder goed georganiseerd.
Bij de gemeente was niet helemaal duidelijk wie nu verantwoordelijk was voor de uitvoering van
de evaluatie.
Enige doelen van het beleid van deze decentralisatiemaatregel zijn uniformiteit en het leveren van
maatwerk. Het maatwerk leveren mag niet lijden onder de uniformiteit.
Wethouder REIJNDERS antwoordt dat in het gesprek met de portefeuillehouder van de gemeente
Nieuw-Vossemeer blijkt dat de gelden van de WVG voor 1996 niet "geoormerkt" worden. Voor hem
rest dan dit standpunt te respecteren. Mevrouw BAARTMANS spreekt toch haar bezorgdheid
hierover uit. De VOORZITTER zegt dat dit soort zaken duidelijk aan de orde komen in de projekt-
groeporganisatie waarin ook gesproken wordt over middelen.
Wethouder REIJNDERS geeft aan dat met betrekking tot de uniformiteit van het voor nu gekozen
systeem, op alle gevallen zo goed mogelijk ingespeeld zal worden. Het 'maatwerk leveren' staat
voorop.
