ra
A
16
De heer GORISSEN vraagt naar de uitvoering van de Wet Voorziening Gehandicapten. Hebben er
zich tot nu toe calamiteiten voorgedaan of verloopt de afhandeling van de aanvragen redelijk
stabiel?
Wethouder HEIJMANS meldt dat er een fiks aantal aanvragen is. Hij zegt toe binnen het college te
overleggen om in de commissie van augustus de nieuwe burochef sociale zaken voor te stellen. De
chef kan dan tevens in die commissie de stand van zaken ten aanzien van de Wet Voorzieningen
Gehandicapten toelichten.
De heer IJZERMANS informeert naar een vermeende achterstand in de afhandeling van nieuwe
aanvragen. Hij vraagt met klem dit na te gaan en zo nodig daar spoed in te brengen.
De WETHOUDER komt in de commissie van augustus hier op terug.
De heer LAMBERS verzoekt om in de eerstkomende commissievergadering ruimtelijke ordening wat
uitleg te ontvangen omtrent de ontwikkelingen nabij plan Steenbergen noordwest.
De VOORZITTER is daartoe bereid.
De heer FLAMELING vraagt of het college uitsluitsel kan geven of het onderhavige plan consequen
ties heeft voor de drogerij.
De VOORZITTER antwoordt dat het een uniek plan betreft. De ontwikkelaar wil 43 tot 50 hectare
grond kopen, inclusief de grasdrogerij.
Wat betreft de verplaatsing van De Jongh. Dit zou mogelijk blijven omdat de geluidsparagraaf voor
de omliggende woningen die er nu al staan niet van toepassing is.
De VOORZITTER hoopt op korte termijn een gesprek over het plan te hebben met de gedeputeerde
in verband met de nodige bestemmingsplanwijziging.
Ook zal hij trachten gedeputeerde Verheijen telefonisch te benaderen voordat Provinciale Staten
vergadert om hem dit element mee te geven.
De VOORZITTER hoopt in de commissie van augustus meer informatie te hebben met name van de
provincie.
Mevrouw BAARTMANS vraagt het college voor groep 8 van de Maria Regina ruimte beschikbaar te
stellen in de Yacinthaschool omdat het voor de kinderen en hun ouders de beste oplossing is. Zij
verwijst voor de argumenten naar de brief in deze.
De VOORZITTER wijst er op dat de rondvraag op deze wijze niet behoort te worden gebruikt.
Wethouder HEIJMANS is het eens met de stelling dat het een slechte zaak is voor de kinderen en
hun ouders. Er zit een adder onder het gras. De gemeente wordt door het Ministerie van Onderwijs
gedwongen voor deze oplossing te kiezen. De Maria Regina komt per het nieuwe schooljaar 4
lokalen tekort. De gemeente moet dan eerst gaan kijken of er binnen 2 km een ander schoolgebouw
is waar lege lokalen ter beschikking zijn. In de Gummarusschool staat 1 lokaal leeg. Dat lokaal moet
dan worden benut ten behoeve van de Maria Regina. De overige 3 groepen kunnen in het Yacintha-
gebouw. Dit is te uit en te na besproken met het schoolbestuur. Het schoolbestuur heeft de
oplossing zelf in handen. De grens voor leerlingaanname zou iets noordelijker kunnen worden
gelegd. Het effekt van twee dislokaties zou zich dan niet voordoen. Hij doet een beroep op de
ouders om via de democratische wegen die er zijn het bestuur op zijn verantwoordelijkheid te
wijzen. De WETHOUDER wil dit ondersteunen en heeft dit zelf reeds diverse malen gedaan in
overleg.
Mevrouw BAARTMANS merkt op dat dit een vraag is van de kiezers van de Werknemers Partij
Steenbergen. Zij reageren daarmede op een artikel wat in het verkiezingsprogramma stond. Zijzelf
vertegenwoordigt de kiezers en zij vindt dat zij voor hen op moet komen. Procedureel gezien heeft
zij misschien verkeerd gehandeld.
De heer IJZERMANS vraagt of het college de raad in een van de komende commissievergaderingen
kan informeren over het gebruik van Kaaistraat 2. Het gonst van de geruchten.
De VOORZITTER zegt dit toe.
De heer VAN REUEN heeft een brief gekregen van het Streekgewest over de bestuurlijke aanpak
van de integratie van het Stadsgewest Breda en het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant. Gestart
wordt met een bestuurlijke brainstorming. Daarvoor wordt een brainstormgroep gevormd bestaande
uit college- en raadsleden uit verschillende gemeenten binnen de gewesten. Hoe wordt de groep
samengesteld? Komt daarvoor een verkiezing?
De VOORZITTER antwoordt dat het dagelijks bestuur van het Streekgewest de kandidaten
voordraagt. De Gewestraad benoemt. De kandidaten worden verdeeld over de clusters. Er wordt
gekeken naar portefeuilles, wethouders, raadsleden en politieke kleur.
