7
De VOORZITTER merkt op dat er thans geen relatie is gelegd met de aanvragen die binnengekomen
zijn. Er is een relatie gelegd met het budget 1993 dat wordt vastgesteld voor 1994. Het gaat hier
om de omvang van het bedrag.
De heer RASENBERG merkt op dat reservering voor laatkomers nooit aan de orde is geweest. De
reservering in het verleden was uitsluitend bedoeld voor de bezwaarschriften. Om moverende rede
nen moet van de datum van 1 mei afgeweken kunnen worden.
Wethouder HEIJMANS merkt op, dat met de vaststelling van dit budget afgesproken kan worden
minder coulant te zijn ten aanzien van eventueel nog achteropkomende aanvragen.
De heer VAN REUEN is voor een consequent beleid. Hij is van mening dat de aanvragen op tijd
moeten worden gedaan.
De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
14. VERKLARING DAT WORDT VOORBEREID EEN WIJZIGING VAN HET UITBREIDINGSPLAN IN
HOOFDZAAK (UITBREIDING DROGERIJ K.J. JANSE B.V. DINTELOORDSEWEG 47A)
De heer LAMBERS vraagt het college de normale bestemmingsplanprocedure te doorlopen in plaats
van de nu voorgestelde artikel 19 procedure. Naar de mening van de VVD is dat zorgvuldiger. De
inspraak wordt in dat geval op voorhand gewaarborgd.
De VOORZITTER antwoordt dat ook de provincie een terughoudend beleid voorstaat ten aanzien van
artikel 19 procedures.
Het gaat hier om een bestaande zaak. Getracht wordt momenteel om het totale bedrijf in de grip te
krijgen. Vandaag is bij de Raad van State de hoorzitting geweest. Volgende week is de beslissing
van de Raad van State bekend. Het is de gewoonte om een dergelijk klein postzegelplannetje met
een artikel 19 te realiseren. Met de verplaatsing van de maalderij wordt het totale gebied aangepakt.
Het hele gebied wordt dan als c-terrein bestemd. Principieel is het college het met de VVD eens dat
men af moet van de artikel 19 procedures. Het college neemt goede nota van de bemerkingen van
de VVD voor de toekomst.
De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
15. VOTERING KREDIET AD f 358.000,- TEN BEHOEVE VAN HET BOUWRIJPMAKEN VAN DE
OOSTHAVENDIJK (26E WIJZIGING BEGROTING 1991)
De VOORZITTER merkt op dat de Oosthavendijk juridisch gezien nog van CSM is. Omdat de weg
een openbaar karakter heeft is de gemeente onderhoudsplichtig. Met het verwerven van de CSM-
terreinen verwerft de gemeente ook deze weg. Gestreefd wordt om de zaak voor 1 juli aanstaande
af te wikkelen.
De heer LAMBERS spreekt als volgt:
'Naar aanleiding van de commissievergadering openbare werken c.a. van 19 april 1993 verschenen
berichten in het Brabants Nieuwsblad van 2 dagen later. De verslaglegging van de journalist van het
Brabants Nieuwsblad bleek van objektief en neutraal gehalte. Al hetgeen in dat artikel werd vermeld,
is een juiste weergave van het in die commissievergadering besprokene.
Dat kan niet worden gezegd van het verslag van de vergadering, maar de opmerkingen daaromtrent
zijn slechts van redaktionele aard en zullen later op de geëigende wijze ter sprake worden gebracht.
Liberale partijen, althans zij die het liberalisme tot hun denkpatroon hebben gesteld, zijn voorstander
van het vrij ondernemerschap. In dat verband heeft de VVD slechts gepleit voor vrije en openbare
aanbesteding van het thans besproken objekt.
Het is bijzonder te betreuren dat kennelijk enkelen, die het bedrijven van politiek derhalve het plegen
van besturen tot een professie hebben verheven niet in staat zijn daarvan de consequenties te
aanvaarden. Des te meer is bijzonder te betreuren, dat op een absoluut onjuiste interpretatie van de
juist weergegeven verslaglegging van de vergadering in het Brabants Nieuwsblad niet iedereen in
staat bleek te zijn op kennelijk rationele wijze te reageren.
Voorzitter, slechts dit moet en zal gezegd worden, de VVD was, is en blijft voorstander en
voorvechter van belastingdrukverlaging op ieder moment dat het mogelijk is ten behoeve van de
Steenbergse burger.