r K 13 De direktie en het bestuur van de Maria Regina heeft het college verweten laat te zijn met de mededeling dat zij geen gebruik zouden kunnen maken van de Yacintaschool. De wethouder heeft daar op voorhand zijn excuses voor aangeboden en verificatie daarvan toegezegd. Dat de mededeling zo laat kwam bleek niet aan de gemeente te liggen maar aan het schoolbestuur zelf. Het bestuur heeft 4 mei jl de cijfers van de Steenbergse bevolking opgevraagd. 12 Mei zijn de cijfers verstrekt derhalve binnen 8 dagen. Eerst 25 mei heeft het bestuur zijn aanvraag ingediend. Pas in juli heeft de gemeente een gesprek met het bestuur kunnen voeren over de problematiek. Het schoolbestuur heeft zelf het gesprek enkele malen afgezegd. Het schoolbestuur had reeds in februari van dit jaar aktie kunnen ondernemen. Het gemeentebestuur en de ambtenaren treft geen enkele blaam. Overigens heeft de wethouder het schoolbestuur de medezeggenschapsraad en het ouderkomité medegedeeld dat de oplossing bij het bestuur van de katholieke scholen zelf ligt. De leerlingengrens dient te worden verlegd opdat de Maria Regina niet zo hard groeit en de Gummarus niet zo snel leegloopt. Het schoolbestuur respekteert de vrijheid van schoolkeuze van ouders. Het college respekteert dit evenzo. De ouders dienen dan wel gewezen te worden op de consequentie van een andere lokatie. Het gemeentebestuur is hierin heel duidelijk geweest. Bovendien dwingt het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen het gemeentebestuur leegkomende lokalen van de Gummarus in eerste instantie te gaan gebruiken voor de Maria Regina. De heer LAMBERS zal nagaan of het schoolbestuur inderdaad in gebreke gebleven is. In dat geval treft het schoolbestuur een zwaarder verwijt dan het gemeentebestuur. Over dit onderwerp is in de genoemde commissievergadering uitdrukkelijk gesproken. Waarom heeft de wethouder in de mei- of junivergadering welzijn geen gewag gemaakt van deze ontwikkelingen. Evenals de Nieuwe Veste is ook de Maria Reginaschool een andersoortige school. Wat hem betreft had de Nieuw Veste zonder problemen met twee lokalen in de Gummarusschool kunnen worden ondergebracht. Ook had besproken kunnen worden om de peuterspeelzaal niet onder te brengen in de Yacintakleuterschool maar in een of twee lokalen van de Gummarusschool. Hij vraagt of de wethouder dit onderwerp in de september- of oktobervergadering van de commissie welzijn op de agenda wil plaatsen. Dan kan een stuk beleid worden bepaald om te voorkomen dat volgend jaar opnieuw in juni of juli over ditzelfde onderwerp geworsteld moet worden. Wethouder HEIJMANS heeft de commissie welzijn niet op de hoogte gebracht omdat hij gedacht had dat het bestuur van de Maria Regina zo wijs zou zijn om inderdaad de leerlingengrens te verleggen. De dislokaties zouden in dat geval niet zijn veroorzaakt. Hij heeft tot het laatste toe gewacht. Bovendien is er wel degelijk voor het officiële overleg informeel kontakt geweest met het hoofd van de Maria Regina. Hij wist wat er stond te gebeuren. Het onderbrengen van de peuterschool in de Gummarusschool zou zowel juridisch als financieel niet kunnen. De lokalen die vrijkomen bij de Gummarusschool mogen uitsluitend worden gebruikt voor het basisonderwijs. Voor andere doeleinden wordt geen financiële vergoeding toegekend. Ten aanzien van het gestelde over de Nieuwe Veste antwoordt wethouder HEIJMANS dat de denominatie van de scholen voor de stichting katholieke scholen nog steeds heel erg heilig is. De stichting zal dan ook erg goed begrijpen dat een school met een andere denominatie niet in hetzelfde gebouw kan. De WETHOUDER zegt toe bereid te zijn op dit onderwerp terug te komen in de commissie welzijn van september. Hij stelt wel dat het niets zal veranderen aan de huidige situatie. De heer LAMBERS sluit af met te betreuren dat de kinderen en hun ouders de dupe zijn. De WETHOUDER bevestigt dat dit ook door het college wordt betreurd, terwijl een simpele oplossing voorhanden is namelijk het verleggen van de leerlingengrens. De heer IJZERMANS informeert of er konkrete gegevens zijn over de verplaatsing van het bedrijf De Jong uit Kruisland. Wanneer wordt de politiek daarbij betrokken? Hij vraagt het college dit in een zo vroeg moegelijk stadium te doen. De VOORZITTER antwoordt dat de kwestie al sedert 1983 speelt. In dit geval gaat het om geluid. Op de lokatie in Noord-Oost zijn metingen verricht en is geluidsoverlast voor de woonhuizen niet aan de orde. Het bedrijf zal op die lokatie binnen alle normen blijven. De politiek wordt er bij betrokken zodra het college zover is dat begonnen kan worden aan het be stemmingsplan, de onteigening en het verteren van het krediet. Indertijd is gesteld aldus de heer IJzermans dat de raad op tijd zou worden geïnformeerd om mee te kunnen beslissen. Als er een inspraakprocedure komt zullen de mensen tijdig dienen te worden ingelicht. De VOORZITTER zal de raad zo vroeg mogelijk informeren.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1992 | | pagina 118