Wethouder HEIJMANS stelt dat de kwestie daarmede tot 1992 is rechtgetrokken. Thans wordt
de juiste subsidie bepaald.
Kruising Rondweg/Franseweg
Wethouder OOMS deelt mede dat er 22 juli jl een extra commissie openbare werken ca heeft
plaatsgevonden.
Alle frakties hadden problemen met de starheid van Rijk en Provincie aangaande het toelaten
van landbouwverkeer op de vluchtstrook van de Rondweg op het gedeelte Welberg-Franseweg.
De conclusie van die commissievergadering was dat enkele frakties hun poot wilden stijfhouden,
andere frakties wilden morrend toegeven en één fraktie wilde dat het college een brief op poten
stuurde naar Rijk en Provincie.
23 Juli 1992 tijdens de collegevergadering is de kwestie uitvoerig besproken. Burgemeester en
wethouders hebben toen besloten een brief naar Rijks- en Provinciale Waterstaat te sturen
waarbij gesteld zou worden bij wijze van proef het landbouwverkeer op het gedeelte Wipstraat-
Franseweg op de rondweg te houden. In de brief is reaktie verzocht voor deze raadsvergadering.
Rijkswaterstaat heeft telefonisch gereageerd. De vraag van het college in deze was voor het Rijk
niet bespreekbaar. Rijkswaterstaat heeft wel verzocht de rotonde niet te vertragen. Vraag zo
spoedig mogelijk subsidie aan. De kruising valt onder de gevaarlijke kruisingen van provinciale en
gemeentewegen. Thans is daarvoor nog subsidie voorradig. Na 1 januari 1993 wordt het Rijk
beheerder. Dan zal vermoedelijk de kruising op de planningslijst worden geplaatst met alle
ellende vandien.
29 Juli 1992 bereikte het college het schriftelijk antwoord van het hoofd afdeling infrastruktuur
van de Provincie. Daarin stelt de Provincie het langzaamrijdend landbouwverkeer wordt op dat
gedeelte als een potentiële gevarenbron beschouwd. Tevens wijst de Provincie er op dat de
Rondweg op het bewuste gedeelte beschikt over een alternatieve route waar het landbouwver
keer thans ook al gebruik van maakt. Gelet op de zwaarwegende argumenten is de Provincie
van mening dat het tijdelijk toelaten van het landbouwverkeer op dit gedeelte niet verantwoord
is.
Wethouder OOMS heeft ook nog een uitvoerig gesprek gehad met de kringvoorzitter van de
NCB, de heer Korst. Hij betreurt ook ten zeerste de starre houding van Rijk en Provincie. Een
gelukkige omstandigheid is nog dat het bewuste gedeelte het minst door het landbouwverkeer
wordt gebruikt. Zou het gedeelte vanaf de Watertoren tot aan de Welberg aan de orde zijn dan
had het een drama geweest. De heer Korst stelde wel dat de veiligheidsmaatregelen op de
kruising geen uitstel dulden gezien de vele ongelukken. De heer Korst heeft hierover telefonisch
kontakt gehad met de besturen.
Het college heeft verder een brief ontvangen van de ZLM. Hierin wordt gevraagd alles in het
werk te stellen om het landbouwverkeer op de Rondweg te handhaven. De WETHOUDER
vermoedt, gezien de brief, dat de ZLM er van uitgegaan is dat de totale Rondweg voor
landbouwverkeer afgesloten wordt.
Hedenochtend heeft het college de kwestie wederom uitvoerig besproken.
Eindkonklusie:
Burgemeester en wethouders betreuren de halsstarrigheid van zowel Rijks- als Provinciale
Waterstaat. Zij vinden echter de voorkeursveiligheid op de kruising het zwaarste wegen. Het
college hoopt dat de raad hiermee in kan stemmen, zodat volgende week de subsidie-aanvraag
ingediend kan worden bij de Minister van Verkeer en Waterstaat.
De heer RASENBERG merkt op dat bij het CDA twee argumenten zwaar liggen.
1. De halsstarrigheid van Rijk en Provincie. Het CDA betreurt dit.
2. De toezegging van de landbouwstandsorganisatie, ondanks de problemen voor haarzelf, de
voorkeur te geven aan de aanleg van de rotonde in het kader van de verkeersveiligheid. Die
veiligheid weegt ook voor het CDA erg zwaar.
Het CDA stemt in met het voorstel van het college.