11 De raad zou dan kennis kunnen nemen van het advies/voorstel van het college. Aansluitend zou de particulier een persconferentie beleggen, waarbij de raadsleden zouden worden uitgenodigd. Het plan is geheel een eigen initiatief van de particulier. Het is thans anders gelopen, dan de bedoeling was. De wethouder zegt toe, dat de raad de stukken ten aanzien van het overdekt zwembad in ieder geval dinsdag- of woensdagmorgen ontvangt. De persconferentie is woensdagavond. De wethouder nodigt de raadsleden bij deze uit voor de conferentie. Hij raadt hen aan de bijeenkomst te bezoeken, omdat de initiatiefnemer zijn plan heel duidelijk zal toelichten. De heer LAMBERS wijst er op, dat destijds aan de raad is toegezegd, dat de raad zou worden geïnformeerd over het zwembad. Het bevreemdt hem, dat de raad op een persconferentie stukken moet ontvangen van een ondernemer, waarin wordt uitgelegd op welke wijze het plan zijn beslag gaat krijgen. Zijns inziens had de raad eerst de stukken behoren te krijgen. Niet eerst voorgelicht worden op een persconferentie, daarna de stukken ontvangen en op basis van allerlei verhalen, die op dat moment al in de gemeente circuleren een besluit gaan nemen. De VOORZITTER antwoordt, dat een ieder in deze is overvallen door het zich niet houden aan de gemaakte afspraken. Ook het college heeft deze kwestie uit de krant vernomen. Eerst zou de raad geïnformeerd worden in de commissies. Eind april zou er in de openbare raadsvergadering over gediscussieerd worden. Daarna zou de ondernemer initiatief nemen om zijn plan naar buiten te brengen en te zorgen voor sponsors. Wethouder HEIJMANS merkt op, dat de stukken, hoewel door de omstandigheden laat, vóór de conferentie in het bezit zullen zijn van de raadsleden. Het is helaas zo gelopen. De heer LAMBERS konstateert, dat er in deze overeenstemming bestaat tussen zijn zienswijze en die van het college. De heer VAN ZANTVLIET informeert naar het toegezegde gesprek met de werkgroep van het zwembad. Wethouder HEIJMANS deelt mede, dat dit gesprek nog niet heeft plaatsgevonden. Afspraak was immers, dat het gesprek gehouden zou worden, zodra duidelijk zou zijn of het overdekt zwembad er wel of niet komt. Dit is nog niet bekend, want in de aprilvergadering van de raad wordt hierover een principe-uitspraak gevraagd. Indien daarna duidelijk is of het zwembad wel of niet doorgaat zal de wethouder de werkgroep uitnodigen voor een gesprek. De heer VAN REIJEN acht dit een juiste gang van zaken. Eerst de raad, daarna de werkgroep. De VOORZITTER bevestigt dit. De raad dient immers aan te geven de participatiemogelijkheden van de gemeente. Dat is een van de pijlers waarop het hele plan gestoeld wordt. Zodra de raad zich heeft uitgesproken ligt er voor de particuliere ondernemer één zaak vast. De heer IJZERMANS informeert naar de gang van zaken ten aanzien van de aanleg van een aangepaste winkeltoegang voor gehandicapten in de Kaaistraat, welke inmiddels ook weer verwijderd is. Op zich vindt hij het een buitengewoon goed initiatief, dat een particulier de investeringen doet voor de gemeente om de toegankelijkheid van de winkels te bevorderen. De uitvoering was misschien niet geheel korrekt. Maar hij acht stimulering van het initiatief een goede zaak. De VOORZITTER deelt mede, dat de winkelier zonder toestemming handelde. Dit is de reden waarom de aanpassing verwijderd is. Niet geheel naar de oorspronke lijke staat. Een aanvaardbare schuinte is ingebracht. Voor een invalidenrol- stoel is de betreffende winkel nog niet goed bereikbaar, maar er zal nog een heilinkje aangebracht worden. De voorziening voldeed absoluut niet aan de eisen. Het obstakel was van dien omvang, dat het andere nadelen had. Valide mensen zouden er invalide door hebben kunnen geraken.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1991 | | pagina 47