5
Door wethouder OOMS wordt verteld dat het Hoogheemraadschap een geschei
den stelsel als een nadeel ziet. Bij zware regenbuien komt het straatvuil
los. Dit vuil komt bij een gescheiden stelsel in het oppervlaktewater
terecht. Een andere mogelijkheid zou zijn een verbeterd gescheiden
stelsel, maar dat is praktisch onbetaalbaar.
Bij zware regenbuien komt dan het water eerst in het riool en daarna pas
in het oppervlaktewater terecht. Na lang regenen wordt het water steeds
schoner. Bij de Boetse Molen zal deze toepassing niet worden gebruikt. In
het vervolg, bij andere bestemmingsplannen, zal onderzocht worden of een
en ander haalbaar is.
De heer VAN ZANTVLIET informeert of het buro Witteveen en Bos niet
goedkoper zou kunnen zijn, omdat de gegevens van de gemeente Steenbergen
gebruikt kunnen worden bij andere gemeenten.
Wethouder OOMS merkt op dat het ingenieursburo Witteveen en Bos de
gegevens van Steenbergen waarschijnlijk niet zal kunnen gebruiken bij
andere gemeenten. Iedere overstort staat op zichzelf. Het Hoogheemraad
schap heeft een bedrag van ƒ.500.000,uitgetrokken voor subsidies
waarvan de gemeente Steenbergen al ƒ.32.000,subsidie van heeft ontvan
gen. Hieruit blijkt dat weinig gemeenten een aanvraag hebben ingediend
voor subsidie.
Tevens vraagt de heer VAN ZANTVLIET of dit onderzoek op de totale riole
ring niet het zelfde resultaat zal hebben dan een aantal jaren geleden.
Hij haalt hierbij aan de riolering in de Wipstraat.
Betreffende de Wipstraat zegt wethouder OOMS, dat enkele jaren geleden
verbeteringen zijn aangepast aan de overstorten en de riolering. Toch
moet er ook in de Wipstraat onderzoek plaatsvinden naar de overstorten.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
8. VASTSTELLING SUBSIDIEBUDGET 1992
In het verslag van de commissie Welzijn heeft de heer VAN REIJEN gelezen
dat de voorzitter heeft gezegd, zodra bekend is hoeveel er bezuinigd moet
worden, de commissie opnieuw om advies zal worden gevraagd. Tevens
vermeldde hij dat er naar alle waarschijnlijkheid prioriteiten zullen
moeten worden gesteld. De heer VAN REIJEN stelt het op prijs dat er dan
tevoren besproken wordt wat de mening van de commissie is.
Wethouder HEIJMANS zegt dat men zich zal houden aan de officiële proce
dure. Dat wil zeggen in de volgorde van b w, commissie en daarna aan de
raad
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
9. GEMEENTELIJKE REAKTIE OP HSL-NOTA (HOGESNELHEIDSSPOORLIJN)
De heer VAN REIJEN zegt dat de Partij van de Arbeidfractie niet kan
instemmen met de reactie in het voorstel ten aanzien van de zinsnede 'de
opvatting van de regering dat met de aanleg van de HSL het landsbelang
gediend is, ondersteunen wij'. Zeker wanneer tracé H en F bedoeld wordt,
vindt de PvdA dat te ver gaan.
4