8
Hoe het komt dat de gemeente deze percelen niet heeft aangekocht terwijl
het stuk grond met daarop de speelwerktuigjes wel van de gemeente is weet
ik niet. Voor de ontsluiting zal er grond moeten worden onteigend. Ik zou
u willen verzoeken om toch de procedure op te starten inzake art 19
W.R.O. en wel om de volgende redenen:
1. helemaal zeker is het niet dat juist daar een ontsluiting zal komen,
omdat het erg smal is, n.l. minder dan 10 meter. Deze ontsluiting zal
eerder komen langs de Olmendreef en recht tegenover de Molenweg en
misschien verderop op het Doornedijkje;
2. deze ontsluiting is nog ver weg, misschien wel 15 of 10 jaar,
zodat er gerust nu een schuur op geplaatst kan worden;
3. is het eventueel niet mogelijk om naast de bouwvergunning een
verklaring op te nemen, zodat als straks deze schuur in de
weg zou staan, deze op kosten van de eigenaar moet worden
opgeruimd;
4. het is momenteel ter plaatse niet erg fraai. Deze stukken grond
liggen daar en het wordt nu gebruikt door anderen voor het storten
van afval.
Door het plaatsen van deze schuur is er veel opgelost en ziet het er
de komende jaren keurig uit. Verder is er tot nu toe nog niet via een
raadsbesluit vastgelegd dat daar het eerstvolgende uitbreidingsplan
komt, zodat het misschien juridisch niet juist om op die gronden nu
medewerking te weigeren.
Ik stel voor in tegenstelling met uw voorstel, de procedure op te
starten via art 19 W.R.O.om zo tot een bouwvergunning te kunnen
komen,
Het commissie-advies is ook van deze strekking.
De heer IJZERMANS stelt hier niet veel meer aan toe te voegen te hebben.
Een procedure om te komen tot realisatie van een bestemmingsplan en de
uitvoering daarvan zal zeker nog 15 jaar duren. In principe heeft de
raad zich uitgesproken voor een uitbreiding ten westen van Noord-Oost.
Een ontsluiting op de plaats waar de heer Van Agtmaal zou willen bouwen
is in de bezwarencommissie naar voren gekomen als zijnde niet of
nauwelijks realiseerbaar. Het Doornedijkje en de Julianastraat zijn
daarvoor te smal.
In de bezwarencommissie heeft de heer Van Agtmaal toegezegd dat bij
eventuele uitvoering van een bestemmingsplan de bouwwerken verplaatst of
verwijderd zullen worden.
De VOORZITTER heeft geconstateerd dat de maatvoering ter plaatsen overal
10 meter is. Voor een ontsluiting is dat voldoende. Het college houdt
vast aan de weigering. Het college weet dat het teruggefloten wordt door
de Raad en wilt dat ook. Het college legt de verantwoordelijkheid bij de
raad. Door deze ontwikkeling kan er in de toekomst een ander ontsluiting
nodig zijn die misschien wel duurder is. Juridisch kunnen wij niet
anticiperen op medewerking die zich wellicht over 15 a 20 jaar voltrekt.
Planologisch is aangegeven dat een ontsluiting hier kan en ook verant
woord is. Als de raad besluit niet akkoord te gaan met het voorstel
zullen wij het besluit uitvoeren zoals u beslist.
De heer VAN ELZAKKER vraagt of er met de heer Van Agtmaal geen overeen
komst gesloten kan worden zodat in de toekomst het bouwwerk afgebroken
moet worden, ook bij doorverkoop.
De VOORZITTER deelt mee dat men dan op het terrein van het privaat
recht komt. De vraag is dan of een en ander nog wel rechtsgeldig is.
De RAAD besluit via een art. 19-procedure medewerking te verlenen aan
het plan van de heer Van Agtmaal.