-5-
Het nieuwe voorstel werd in december ingediend. Hier is nooit antwoord op
gekomen. Een verslag van de vergadering van november was wel beloofd maar
is eveneens achterwege gebleven.
Inmiddels was het tijd geworden voor de begroting 1989. Dit was in
februari. Door de mededeling in de stukken zien wij nu dat er niets van
alle voorstellen overeind is gebleven. De gelden van 1988 worden gebruikt
voor de wensen van 1989 met nog een zoethoudertje voor 't Pluspunt. Dit
alles gebeurt zonder enig overleg met de stichting en zonder medeweten van
het welzijnsbeleid, die na informatie niets wisten van de aanvragen van
1988 en ook niet van de wijzigingen.
Namens de stichting vraag ik U op korte termijn overleg met de gemeente en
de welzijnscommissieIk vraag me af waar de inspraak van ouderen blijft,
of is dat alleen maar in tijden van verkiezingen aan de orde?"
Wethouder ADRIAANSEN erkent, dat het een langdurige kwestie is, al
moet hij tegenwerpen dat er naar aanleiding van de brief van december
begin dit jaar verschillende malen overleg met de projectleider ouderen
werk is gevoerd.
Mevrouw VAN NISPEN-AARDEN merkt op, dat de projectleider op eigen
initiatief op informatie is uitgegaan, maar hij handelde daarbij niet
namens het stichtingsbestuur. Het probleem is, dat er geen overleg geweest
is over de prioriteiten, die in de mededeling worden genoemd en dat niet
wordt gereageerd op door het ouderenwerk gedane voorstellen. En dan is het
onjuist om in de mededeling te vermelden, dat er wel overleg is geweest.
Het gaat er haar niet om of de genoemde voorzieningen goede of slechte
keuzen zijn, maar dat de ouderen zelf daarover kunnen meepraten. En dat is
nu niet het geval. Als het college toezegt om met de welzijnscommissie en
het gekoördineerd ouderenwerk alles eens goed op een rijtje te zetten dan
is zij tevreden en zal alles zeker goed komen.
Wethouder ADRIAANSEN vraagt zich af of het normaal is, dat de gemeente
aan een projectleider, die doorlopend met ouderenwerk bezig is, telkens
moet vragen of hij door het bestuur gemachtigd is. B en w zullen op korte
termijn met het stichtingsbestuur contact opnemen en daarbij allereerst de
vraag voorleggen hoe de gemeente kan weten of iemand namens het
gekoördineerd ouderenwerk bevoegd is overleg te voeren.
Mevrouw VAN NISPEN-AARDEN stelt, dat de projectleider niet gemachtigd
is om over beleidszaken te overleggen. Wel kan hij informeren, geïn
formeerd worden en zich oriënteren om daarna het bestuur bij te staan.
Wethouder ADRIAANSEN antwoordt, dat het college in het vervolg alleen
nog overleg zal voeren met het bestuur. Er is dan geen discussie of iets
aldan niet een beleidszaak betreft.
B.ll. Videoband afscheid burfiemeester Derksen (M. Onland-van Haaren)
Mevrouw ONLAND-VAN HAAREN vraagt of er in de raad belangstelling voor
het zien van de video-opname, die in augustus wordt vertoond.
De VOORZITTER constateert, dat er voldoende belangstelling is, zodat
de videoband na de commissievergaderingen in augustus kan worden gezien.
4. VASTSTELLING lle WIJZIGING VAN DE REGELING
STREEKGEWEST WESTELIJK NOORD-BRABANT 1988/
AANVULLENDE BRANDWEERZORG
De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeen
komstig het voorstel.