8 Mijnheer de vertegenwoordiger van de Commissaris de Koningin, mijne dames en heren leden van de raad. En gij allen dames en heren, die de scheidende burgemeester van Steenbergen en zijn vrouw, de eer aandoet om met uw aanwezig heid hier, deze bijzondere raadsvergadering luister bij te zetten. Allen hartelijk dank voor uw komst, mede namens mijn vrouw. Een papieren tijger neemt afscheid. In 1974 schreef ik in "De Gemeente", een blad dat toen uitgegeven werd door de Wiardi-Beckmanstichtingover de positie van de burgemeester. Als motto nam ik uit het werk van dr. Helmstrijd en prof. Troostwijk over de gemeentewet "De man der gemeente in een enigszins eigenaardige verhouding tot de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders". Ik schreef het artikel i.v.m. de publikatie van een profielschets voor een burgemeester van één der grootste gemeenten in ons land. De profielschets bevatte naar mijn oordeel een over trokken beeld van de positie van de burgemeester. In ieder geval als men die positie beziet tegen het licht van de gemeentewet en andere wetten. Ik concludeerde dat de burgemeester formeel maar een papieren tijger is. U kunt, leden van de raad, denken die papieren tijger kon soms aardig grommen. Laat ik hopen dat dat grommen aan de kwaliteit van het papier lag. U hebt vanmiddag uw oordeel voor de laatste keer over deze burgemeester gegeven. Ik leg mij bij dat oordeel neer. Hartelijk dank voor alle geschenken die straks ons nieuwe huis zullen sieren. Wij zijn daar erg blij mee. Ze zullen ons herinneren aan de goede tijd die wij in Steenbergen hebben gehad. De gevoelens die mijn vrouw en mij vandaag bezielen zijn te vangen in een paar trefwoorden. Dankbaarheid, Weemoed, Een nieuwe fase. Alvorens daar op in te gaan iets over de periode van 11 jaar, waarin ik aan het bestuur van Steenbergen mocht deelnemen. Reeds voor het jaar 1978, het jaar van mijn benoeming hier, werd duidelijk dat de Nederlandse Staatshuishou ding op te grote voet leefde. Dr. Duisenberg had als Minister van Financiën zijn 1% operatie gelanceerd. Het kabinet Van Agt-Wiegel kwam in de periode 1977 - 1981 met bestek 1981. Volgens prof. Rutten, die daarover onlangs schreef, zag Van Agt ondanks zijn verbaal vermogen, geen kans zijn achterban er van te doordringen dat er meer moest gebeuren om 's lands financiën op orde te brengen. Minister Andriessen trad daarom af. Zonder het verbaal vermogen van Van Agt, heer Dries om met een bekend journalist te spreken lukte het mij en de opvolgende colleges moeizaam om de overtuiging ingang te doen vinden dat de gemeente moest bezuinigen. Niettemin zijn wij, met de uiteindelijke steun van de gemeenteraad, er in geslaagd. Zowel in de subsidiesfeer als in de eigen organisatie hebben wij een aantal pijnlijke beslissingen moeten nemen. Dankbaar ben ik dat de bestuurders van verenigingen en instellingen evenmin als onze eigen mensen niet gedemotiveerd zijn geraakt. Wij hebben zelfs ruimte weten te scheppen voor nieuwe zaken in het belang van de gemeente. Ook vandaag nog is er sprake van publieke armoede. Wel is er private welvaart, al gaat die ook aan een 1/2 miljoen mensen voorbij. Burger en overheid zullen ook in de toekomst verder belast worden. Ik denk hierbij met name aan de milieuproblematiek die onlangs een kabinetscrisis veroorzaakte. Dr. Hueting schreef reeds jaren geleden zijn boek "De nieuwe schaarste". Schaarste aan niet verontreinigde elementaire middelen die nodig zijn voor ons leven op deze aarde Als oud-lid van de saneringscommissie Rijnmond gaat het mij aan het hart dat het zover is gekomen. Laten we hopen dat weer maatregelen komen. Ik wil vooral met nadruk onder woorden brengen de medewerking die ik heb ondervonden van onze ambtenaren. Van de man op de straatveegwagen tot gemeen tesecretaris. Zonder die medewerking was besturen een onmogelijke opgave

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1989 | | pagina 62