r~ - -4- De heer V. REIJEN meent, dat het publiek meestal slechts kort in het gemeentehuis vertoeft, zodat men best kan vragen helemaal niet te roken. De VOORZITTER zegt nadere overweging toe. 4. CONCEPTBEGROTING 1989 VAN: A. Algemene Dienst Streekgewest westelijk Noord-Brabant B. Gewestelijke Gezondheidsdienst en Ambulance-dienst C. Centrale Post Ambulancevervoer D. Regionale Brandweer De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel. 5. VERKLARING DAT WORDT VOORBEREID EEN WIJZIGING VAN HET UITBREIDINGSPLAN IN HOOFDZAAK EN HET BESTEMMINGSPLAN NATUURGEBIEDEN, 1971 (WEGVERBINDING BERGEN OP ZOOM - HALSTEREN - STEENBERGEN) De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel. 6. VERKLARING DAT WORDT VOORBEREID EEN WIJZIGING VAN HET BESTEMMINGSPLAN KOM STEENBERGEN (WONINGBOUW HOEK OOSTDAM - BINNENVEST) De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel. 7. BESLISSING OP DE VERZOEKEN OM SCHADEVERGOEDING EX ART. 49 W.R.O. V.D. HEREN JFDE BRUIN, D.J.G.M. ANDRIESSEN, V.O.F. KONINKLIJKE JUWELIERS EN EDEL SMEDEN FA. A.J.D. ANDRIESSEN, HANDELEND ONDER DE NAAM KONANDAL ALUMINIUM BOUWELEMENTEN De heer HAGE verklaart, dat de V.V.D.-fractie in zoverre de gedachte lijn van het college kan volgen, dat t.a.v. de heer de Bruin de conclusie van het adviesbureau niet wordt onderschreven. Het bureau erkent enerzijds dat er een waardevermindering van f.40.000,= van het huis heeft plaatsge vonden, maar constateert anderzijds, dat door het gerealiseerde geen grotere waardedrukkende werking is opgetreden dan wanneer conform het geldende bestemmingsplan een agrarische bebouwing zou zijn gerealiseerd. Met het col lege is zijn fractie het eens, dat door deze bouw het woongenot meer en sterker is aangetast dan bij agrarische bebouwing het geval zou zijn. Zeker is de geluidshinder en drukte daar toegenomen. Gezien de ter plekke hoofd zakelijk aanwezige pachtgronden was bij de aankoop van de woning de kans tot agrarische bebouwing niet groot. Was dat wel gebeurd dan zou dat waarschijn lijk geen problemen hebben opgeleverd. Ook lag het niet in de lijn van de verwachting, dat er industriële bebouwing zou komen, gezien het gemeentebe leid om bedrijfsvestiging op het industrieterrein te concentreren. Zijn fractie is dan ook van mening, dat de betreffende bestemmingsplanwijziging niet tot het normale maatschappelijk risico behoort. Artikel 49 van de W.R.O. zegt, dat wanneer door wijziging van een bestemmingsplan een belang hebbende schade lijdt de schade redelijkerwijze niet of niet geheel ten laste van die burger behoort te komen. Het college stelt voor om 50% van het door de schadecommissie geconstateerde verschil tussen de waarde van het on roerend goed vóór en na de realisering van het woonwagencentrum uit te keren. Zijn fractie vindt echter, dat op grond van de genoemde argumenten de waardevermindering geheel moet worden toegekend.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1988 | | pagina 81