a
-6-
De heer HEIJMANS vraagt of in een groenstrook tussen watergang en bedrijfs
terreinen zal worden voorzien.
De VOORZITTER deelt mee, dat ook dit aspect wordt meegenomen. Overigens is een
groenstrook niet steeds nodig en is dit afhankelijk van het soort bedrijf of de bebouwing.
Een selectieve verkoop lijkt hem een beter middel, zodat het aanzicht van het terrein
een verzorgde indruk maakt.
Mevr. ONLAND- VAN HAAREN ziet dat laatste graag als een voorwaarde bij verkopen
opgenomen.
De heer HEIJMANS is met de heer FRANKEN van mening, dat het goed mogelijk is de grond
langs de weg wat duurder en de andere percelen wat goedkoper te maken.
De heer REIJNDERS ziet aan het eisen van een groenstrook praktische nadelen verbonden.
Welke eisen moet men daaraan stellen en wanneer moet het wel en wanneer niet. Bovendien
lijken hem onderbrekingen in een groenstrook niet fraai. Selectieve verkoop lijkt hem het
meest doelmatig.
De VOORZITTER zegt toe alle gedane suggesties af te wegen.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
6. VERKOOP 333 M2 GROND GELEGEN AAN DE MOLENWEG AAN DE HEER C.A.M.
SEGERS, DENNEPLEIN 4 TE STEENBERGEN
Uittreksel vergaderverslag CIE GEMEENTEWERKEN
"De heer IJZERMANS brengt de toezegging gedaan bij grondaankoop Trouw)
onder de aandacht dat aan de Molenweg ook gronden zullen worden benut
voor sociale woningbouw"
De heer VAN REIJEN verklaart,dat zijn fraktie het met dit en het volgende
voorstel eens is. Hij wil echter terzijde de opmerking maken, dat destijds door b&w
wat terughoudend is gereageerd op suggesties uit de raad om op de aanwezige grond aan de
Molenweg meer woningbouw te plegen. Gezien de belangstelling voor het wonen op deze
plaats geeft hij in overweging om dat gebied niet alleen te bestemmen voor particuliere
bouw maar ook voor sociale woningbouw. Hij weet, dat dat niet direkt kan maar b.v.
het contingent 1989, of een deel daarvan, te bouwen in 1990.
De VOORZITTER wijst er op dat er nog mensen wonen, waarvan de grond dan nodig is.
Hij vreest dan problemen, omdat gebleken is, dat zij zeer aan hun woning zijn verknocht.
Voorts zal gekeken moeten worden naar het grondbedrijf t.a.v. de exploitatie in Noord-
Oost. In dit verband speelt een versnelde ontsluiting van Noord-Oost naar de Watertorenweg
een belangrijke rol, omdat realisering daarvan afhankelijk is van woningbouw aan en
rond de door te trekken weg.
De heer VAN REIJEN meent begrepen te hebben, dat die ontsluitingsweg voor een groot
deel betaald wordt uit de post "bovenwijkse voorzieningen".
De VOORZITTER erkent dit, maar grondverkopen moeten die post voeden.
De heer VAN REIJEN dacht, dat de contingenten 1988 en 1989 de realiseringsmogelijkheid
van de ontsluitingsweg dichtbij brengen.
De VOORZITTER zal de suggestie om ook sociale woningbouw aan de Molenweg te plannen
in b&w aan de orde stellen.
Mevr. MACHIELSE - SCHOUTEREN vraagt of door de twee voorliggende grondverkopen alle
nu beschikbare grond aan de Molenweg is uitgegeven.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend.
De heer VAN ELZAKKER is vóór sociale woningbouw maar merkt op, dat er al lang wordt
gezocht naar geschikte plaatsen waar burgers buiten Noord-Oost willen bouwen. Om te
voorkomen, dat men naar elders vertrekt zou hij dan ook inwoners die zelf een woning willen
bouwen, voorrang willen geven.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
7. VERKOOP 333 M2 GROND GELEGEN AAN DE MOLENWEG AAN DE HEER R. GEERS,
DUIVENVOORDE 37 TE STEENBERGEN