4 15 C.SUBSIDIE-VER ZOEK TAALPR03ECT STEENBERGEN. De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel. 16. RONDVRAAG (begin M.Onland-van Haaren) 1. bezoek gedeputeerde Huberts i.v.m. locatie woonwagencentrum (M.Onland-van Haaren) Mevr. ONLAND-VAN HAAREN vraagt of er schriftelijk bericht is ontvangen over het bezoek van mevr. Huberts aan Steenbergen voor een gesprek. De VOORZITTER antwoordt, dat zij heeft getelefoneerd hiertoe niet bereid te zijn en dit schriftelijk heeft bevestigd. Mevr. ONLAND-VAN HAAREN bevreemdt dit, omdat mevr. Huberts haar heeft gezegd, dat zij wel bezwaar had tegen het te woord staan van de publieke tribune. Spreekster heeft mevr. Huberts toch bij wijze van uitzondering kunnen overhalen. Zij meent, dat het C.D.A. nu zelf zal moeten bekijken wat hem te doen staat. De VOORZITTER vindt, dat hij zich te houden heeft aan de officiële correspondentie.Duidelijk is, dat mevr. Huberts niet naar Steenbergen komt om een hoorzitting te houden.Het voornemen van het C.D.A. lijkt hem een heel goede oplossing. De heer ABBENHUIS lijkt het beter om nu zo snel mogelijk het V.V.D.-voorstel aan te nemen en te besluiten een bestemmingsplan vast te stellen en artikel 19 toe te gaan passen t.a.v. de omzetting van de tijdelijke locatie in een woonwagencentrum. De VOORZITTER ontraadt dit met nadruk. De woonwagenbewoners hebben recht op een goed onder dak en daarover beschikken zij niet. Toen er eindelijk een goedgekeurd bestemmingsplan gold werd er bodemverontreiniging geconstateerd. Er is nu een tijdelijk kamp aangelegd met gemopper van de andere gemeenten van het woonwagenschap. >De afgelopen winter heeft aangetoond hoe mensonwaardig de omstandigheden op het tijdelijk kamp zijn, waarbij moet worden erkend, dat zij ook zelf schuldig zijn. Na lang beraad heeft de gemeente zich tot de provincie gewend, maar in de betreffende commissie is ook het ministerie van volkshuisvesting vertegenwoordigd. Het staat zonder meer vast dat dit ministerie vast houdt aan de lokatie op de hoek Franseweg/ Westlandse Langeweg en vindt, dat hij daar al te ver is gegaan. Het is juist volkshuisvesting, dat subsidieert en ook uit krante-publikaties blijkt telkens weer, dat men de criteria stringent hanteert. En dat ondanks pogingen van b.v. Apeldoorn, gesteund door meerdere gemeenten. Hij zegt, dat de raad "geen poot aan de grond krijgt".en aanneming van het V.V.D.-voorstel alleen maar tot vertraging leidt. Daarbij moet vooral worden beseft, dat dit betekent, dat de mensen ook de komende winter in een onleefbare situatie zullen zitten. Spreker wil die verantwoording niet dragen. De heer ABBENHUIS heeft open oog voor goede behuizing voor iedereen. Feit is, dat het wonen voor sommige burgers er op achteruit zal gaan als voor de beoogde locatie zal worden gekozen. Daarom meent hij, dat de tijdelijke lokatie beter is. De VOORZITTER is het hiermee eens, maar er is geen keuze-mogelijkheid meer, omdat men van hoger hand geen medewerking verleent. Zeker is, dat gedeputeerde staten de gevraagde verklaring van geen bezwaar voor de tijdelijke lokatie niet zullen verlenen. Zelfs al zouden gedeputeerde staten willen dan zal volkshuisvesting geen geldmidellen beschikbaar stellen. De heer ABBENHUIS heeft het idee, dat de AROB-rechter wel eens anders kan oordelen. De VOORZITTER merkt op, dat de gemeente in beroep kan gaan bij de Kroon, niet bij de AROB-rechter Dat laatste kan de burger wel, t.a.v. een verklaring van geen bezwaar. Wethouder HAGE ziet in het land de tendens naar een ander beleid, omdat de integratiegedachte niet slaagt. Ook van de gemeenten komt er steeds meer weerstand. Als Steenbergen enige jaren uistel weet te bereiken zou wellicht de integratie anders geinterpreteerd worden en de tijdelijke lokatie wel aanvaardbaar zal zijn. De VOORZITTER is van mening, dat deze opmerking niet serieus bedoeld kan zijn, bezien in het licht van de leefomstandigheden op het kamp. Dit kan echt geen twee jaar voort duren. Wethouder HAGE erkent, dat het aanpassen aan redelijke eisen de gemeente geld zal kost.en. De heer IJZERMANS heeft met het integratie-aspect geen moeilijkheden. Waar het de raad destijds om ging was de geldverspilling. Als de mensen graag op dezelfde plaats willen blijven dan was dat geen probleem. Wethouder HAGE constateert, dat niet alleen in Steenbergen de woonwagenbewoners en de overige bevolking niet veel heil zien in het moeten integreren. De heer VAN SCHILT concludeert, dat er dus toch een bus naar Den Bosch zal gaan, zoals mevr. Onland eerder voorstelde. Mevr. ONLAND-VAN HAAREN vraagt schorsing.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1985 | | pagina 58