-4-
6. 6e WIJZIGING BEGROTING 1985 VAN HET STREEKGEWEST W-N-BRABANT I.V.M.
VOORBEREIDING "DE KRAGGE 2"
De heer IJZERMANS heeft er wat moeite mee, dat de kosten van het lokatieonderzoek ad.
112.315,uit de algemene bestemmingsreserve worden gedekt. Hij vindt, dat die kosten op
Kragge 2 moeten blijven rusten. Hij vraagt zich af of wellicht de bestemmingsreserve te hoog is.
Wethouder HAGE antwoordt, dat het vooronderzoek niet zozeer op de Kragge betrekking had.
Als alle gemeenten volledig op Kragge 2 gaan storten maakt het in wezen niets uit. Door af
schrijving wordt voorkomen, dat rentebijschrijving moet plaatsvinden totdat Kragge 2 gaat funk-
tioneren. De vraag is ook gesteld door de zes gemeenten, die aangesloten zijn bij de vuilver
branding en wellicht voor een deel blijven verbranden. Dit heeft ertoe geleid, dat bijeen volgende
wijziging alsnog zal worden voorgesteld om het bedrag van 112.315,niet af te schrijven
en in te brengen in de exploitatie van De Kragge.
De heer IJZERMANS vindt dit logisch, want de kosten moeten daar worden gelegd waar ze thuis
horen.
De heer VAN ELZAKKER vraagt of het niet mogelijk is, nu het in exploitatie nemen van Kragge 2
nog jaren kan duren, de huidige stortplaats Kragge 1 in een gemeenschappelijke regeling onder
te brengen. Op die manier kan dan wellicht de B.T.W. vervallen. Hij vraagt om daar druk achter te
zetten.
Wethouder OOMS herinnert eraan, dat Steenbergen tijdens overleg met Bergen op Zoom en andere
gemeenten al op een gemeenschappelijke regeling heeft aangedrongen. Daarna is het gewest inge
schakeld, maar ook daar is men niet gelukkig met de wat starre houding van Bergen op Zoom.Sinds
kort is er echter hoop, dat toch tot een gemeenschappelijke regeling kan worden gekomen en dus
B.T.Wo-betaling is te omzeilen. Ook aan de tonnage-berekening kan wellicht wat worden gedaan, want
ook dat wordt als i zeer onredelijk ervaren.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
7. WIJZIGING DIVERSE RECHTS-TOESTANDREGELINGEN (T.W. A.A.R., ARBEIDSOVEREEN
KOMSTEN VERORDENING EN OVERLEG VERORDENING)
De heer VAN REIJEN vraagt onder verwijzing naar de laatste zin van het voorstel, of het juist
is, dat overeenstemming in het centrale overleg plaatselijk overleg overbodig maakt.
De VOORZITTER deelt mee, dat dit zo gestructureerd is.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
8. WIJZIGING ALGEMEEN AMBTENARENREGLEMENT I.V.M. BETALING PREMIE A.O.W./A.W.W.
OVER WERKGEVERSAANDEEL IZ.A.-PREMIE
De heer VAN REIJEN valt het op, dat in de laatste zin wordt vermeld, dat centraal overleg
is gevoerd, maar niet of dit tot overeenstemming heeft geleid.
De VOORZITTER neemt aan, dat dit wel het geval is. Mocht dit niet zo zijn dan zal de raad
nader worden ingelicht. -~'
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
9. BENOEMING MEVR. T.A.G.M. VAN GILS-JACOBS TOT AMBTENAAR VAN DE BURGERLIJKE
STAND
De RAAD besluit zonder discussie bij acclamatie overeenkomstig het voorstel.
10. BEGINSELUITSPRAAK OVER DE OPRICHTING VAN EEN REGIONAAL WERKGELEGENHEIDS
INSTITTUUT
Uittreksel vergaderverslag CIE FINANCIËN
"De heer VAN 'ELZAKKER is verheugd over dit voorstel en de deelname met een
D-aandeel
Éi