4 - Toen heeft Musters belangstelling voor een stukje van die grond getoond en hij was graag bereid dat bedrag te betalen. Hij verklaart, dat b&w bereid zijn de door de heer IJzermans voorgestelde voorwaarde in de overeenkomst op te nemen. De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel met dien verstande, dat aan de verkoop de voorwaarde wordt toegevoegd, inhoudende een verbod tot bebouwing van het te verkopen stuk grond. 6. AANWIJZING LID ALGEMENE VERGADERING VAN HET HOOGHEEMRAADSCHAP WEST-BRABANT PERIODE 1985 - 1989 (TER VOORZIENING IN VAKATORE A.J.M. DERKSEN) Mevr. ONLAND- VAN HAAREN vraagt hoe het college tot zijn voorstel om de heer Ockels aan te wijzen is gekomen. Zij mist een motivatie. Voorts valt het haar op, dat als de raad het voorstel volgt de heer Ockels toch niet wordt benoemd, omdat naar verwachting de heer Mangelmans gekozen wordt. Stemt de raad voor de heer Hendriksen dan behaalt die evenveel stemmen als de heer Mangelmans en is in ieder geval nog een kans, dat de burgemeester van Halsteren wordt benoemd. De VOORZITTER antwoordt, dat, in het kader van de kandidaatstelling b&w in meerderheid tot de navolgende voorkeur-volgorde zijn gekomen. 1. E. Ockels; 2. H. Hendriksen; 3. P. Mangelmans. Alle drie betreft het voortreffelijke mensen. Uit de gezamenlijke vergaderingen van de betrokken gemeenten is een andere volgorde uit de bus gekomen. Inderdaad valt te concluderen, dat de heer Ockels het waarschijnlijk niet zal halen. Mevr. ONLAND- VAN HAAREN stelt namens het C.D.A. voor om de heer Hendriksen aan te wijzen. De reden is, dat Halsteren destijds de candidatuur van de burgemeester van Steenbergen heeft ge steund. Bovendien is Halsteren een buurgemeente. De heer VAN SCHILT meent, dat als b&w een voorstel doen om een bepaald persoon aan te wijzen daar toch een reden voor moet zijn. Wethouder OOMS antwoordt, dat ook het college besefte dat dit moeilijk is aan te geven. De heer VAN REIJEN steunt het voorstel van het C.D.A. met als reden een progressief bestuurder aan te wijzen. Mevr. ONLAND- VAN HAAREN ziet, als de raad tot aanwijzing van de heer Hendriksen besluit en er dus twee personen hetzelfde aantal stemmen behalen, als enige mogelijkheid een beslissing vooraf te verkrijgen om de nog te beslissen gemeenteraden te benaderen. De VOORZITTER laat dit graag aan de raadsleden over. De heer VAN SCHILT verklaart, dat de Werknemerspartij het voorstel van het C.D.A. steunt. De heer IJZERMANS vraagt in dit verband of het juist is, dat de voorzitter "aan het afbouwen is" en of daarover mededelingen kunnen worden gedaan. De VOORZITTER deelt mee, dat hij gezien zijn leeftijd, aan jongere burgemeesters ruimte wil geven. Hij heeft afscheid genomen van o.a. de V.N.G.-commissies politie en platteland en is de schoolartsendienst en schooltandartsendienst opgeheven. Aan gebruikmaking van de V.U.T.-regeling denkt hij nu niet. Hij brengt vervolgens de aanwijzing in schriftelijk stemming en wijst als stembureau aan P. Abbenhuis, A. IJzermans en A. v. Nispen-Aarden. Ao van Nispen-Aarden rapporteert, dat zijn uitgebracht 13 stemmen, waarvan 10 op H. Hendriksen en 3 op E. Ockels. De VOORZITTER concludeert, dat de raad H.J. Hendriksen, burgemeester van Halsteren, heeft aangewezen. 7. EERVOL ONTSLAG ALS AMBTENAAR VAN DE BURGERLIJKE STAND VAN MEVR. A.P. .SCHENK- DE CALUWE De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel, onder dankbetuiging voor de aan de gemeente bewezen diensten*

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1985 | | pagina 123