- 7 -
De heer VAN REIJEN meent, dat de argumenten op zich wel redelijk zijn, maar dat die de koper
niet aanspreken.
Wethouder HAGE denkt, dat de mensen best zien, dat Steenbergen in vergelijking met andere
gemeenten in de omgeving het goedkoopst is. Verlaging van de voorgestelde tarieven zou wel eens
tot verhoging van b.v. de onroerend-goedbelasting kunnen leiden,, want het geld moet ergens van
daan komen.
De heer VAN REUEN heeft niet gesproken over onroerend-goedbelasting en het valt hem op, dat
als de raad iets wil met een met tariefsverhoging daarvan wordt gedreigd. Als van de zijde van het
college, terecht, om kredieten wordt gevraagd dan gebeurt dat niet en is er de post onvoorzien
om de kosten te dekken:. Hij waarschuwt er voor, dat .door de hoge prijs wel eens flink minder
abonnementen kunnen worden verkocht en dan is er ook een tekort en moet er wellicht nog meer
uit de algeméne middelen worden bijgepast.
Wethouder HAGE wil afwachten hoe de verkoop zich ontwikkel. Als er elementen voor ver
betering vatbaar zijn dan zal. dat de volgende jaren zeker gebeuren. Het kan best zijn, dat het
C.D.A. en de P.v.d.A. gelijk krijgen, maar dat zal de komende jaren blijken. B&W hebben bewust
een afgewogen uitgangsstandpunt ingenomen en hij ziet dat graag in de praktijk getoetst,
De heer VAN REIJEN had dan mogen verwëbhtën, dat voor de weg van geleidelijkheid was ge-1
kozen en niet voor het risico van weinig animo door hoge kosten en onzekerheid van gebruiks
mogelijkheid.
Wethouder HAGE blijft erbij, dat Steenbergen de laagste tarieven blijft houden en de opzet
dus reëel is.
3. wijziging tarieven qezinsabonnement (A.Adriaansen)
Wethouder HAGE heeft begrip voor de argumenten om de grotere gezinnen tegemoet te komen.
Hij is bereid om de categoriën e, f, g en h fors te verlagen.
4. jeuqdtarieven (M.Onland-van Haaren)
Wethouder Hage meent dat met de jeugd terdege rekening is gehouden. Zo is het tarief voor
10 zwemlessen op 13,85 gehandhaafd, terwijl men in Dinteloord daarvoor ƒ20,20 betaalt. De tendens
is, dat de ouderen meer dan de jeugd van het zwembad gebruik gaan maken. Het is niet billijk om
die dan extra te belasten', want verlaging van de jeugdtarieven betekent verhoging van de andere
tarieven.
Mevr. ONLAND-VAN HAAREN: vindt het niet juist, dat b&w van de situatie in Dinteloord uitgaan.
Zij vindt, dat Steenbergen haar eigen beleid moet voeren. Als daar dan van moet worden afge
stapt hoeft dat niet zo rigoreus.
Zij vreest, dat de op komst zijnde profijtkorting en de consequenties daarvan, die in alle
sectoren door zal werken, de gebruikers van b.v. de sporthal zal doen schrikken.
In het kader van de zwembadtariefsverhoging vraagt zij of de sporthalhuur destijds ook is ver
hoogd toen voorzieningen als een tribune en een berging zijn gerealiseerd.
Discussie in tweede instantie.
De VOORZITTER wil het betoog van wethouder Hage aanvullen met er op te wijzen, dat de ta
rieven al veel eerder hadden moeten worden aangepast. Niet alléén i.v.m. de verwarming, maar
óók daarom vindt dus tariefsverhoging plaats. Daarnaast moet nu al rekening gehouden worden met
de consequenties van profijtkortingen, die m.i.v. 1987 op de gemeente afkomen.Dat zal in alle
sectoren moeten worden terugverdiend.
De heer UZERMANS is het onduidelijkheid waarom de 10-badenkaart persoonlijk moet zijn.
Tenaamstelling op het gezin kan toch geen bezwaar zijn en betekent een klantvriendelijke opstel
ling.
De heer ABBENHUIS stelt n.a.v. het bezwaar van mevr. Onland- van Haaren voor om bij de
enkelvoudige badkaart het tarief voor de jeugd met 0,15 te verlagen, voor ouderen met dat
bedrag te verhogen.
De heer ADRIAANSEN merkt op, dat tot nu voor studerende kinderen een leeftijdsgrens van
21 jaar geldt, waarbij een schoolverklaring moet worden overlegd. Het huidige voorstel stelt
de jeugdgrens op. .16 jaar.
De VOORZITTER concludeert, dat de bestaande regeling kan blijven gelden.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor onderling beraad voor het college en de raad om
19.48 uur