i
-ïi-
8. Rolstoelencircuit Noord-Oost en Zuid gedeelte (A. Adriaansen)
De heer ADRIAANSEN herinnert aan de algemene beschouwingen 1984 en de toezegging daarop om
het rolstoelencircuit uit te breiden in Noord-Oost en in Zuid, ten zuiden van de Plataanstraat
De VOORZITTER zegt in de volgende vergadering een mededeling over de stand van zaken toe.
9. Hinder beplanting boven trottoirs (A. Adriaansen)
De heer ADRIAANSEN wijst op het ongemak, met name voor rolstoelgebruikers, door overhangende
beplanting boven de trottoirs. Vooral bij nat weer is dit hinderlijk.
De VOORZITTER ziet graag opgave van de plaatsen, waar deze hinder optreedt en zal nagaan
hoe hiertegen kan worden opgetreden. In ieder geval zullen betrokkenen worden benaderd om tot
snoeien over te gaan.
10. Mortuarium (A. Adriaansen)
De heer ADRIAANSEN vraagt naar de stand van zaken, met name wat nu eigenlijk de bedoeling is.
Hij heeft vernomen, dat ook ee.o door het,C.D.A. in 't leven geroepen commissie een onderzoek instelt
en het huidige mortuarium heeft bezocht.
De VOORZITTER, wil voorop stellen, dat niet het C.D.A. een onderzoekcommissie heeft ingesteld,
maar dat dit vooral vanuit de kerken is gestimuleerd.
De heer VAN RIESSENinterrumpeert, dat het C.D.A. wel het initiatief voor het instellen van deze
commissie heeft genomen.
De VOORZITTER vervolgt, dat gemeentewerken een berekening heeft gemaakt van het aanpassen van het
huidige mortuarium aan de eisen en de instandhouding voor een aantal jaren. Ook is een kostenopzet
voor een nieuw mortuarium gemaakt.
De werkgroep zal volgende week een gesprek hebben met het college. Daarna zullen b&w de raad
een voorstel doen, waarbij afweging tussen de twee mogelijkheden plaatsvindt.
De heer IJZERMANS vraagt hoe de werkgroep, die een onderzoek instelt, is samengesteld.
De VOORZITTER antwoordt, dat de werkgroep veelzijdig is samengesteld en representatief voor
de bevolking kan worden geacht.
De heer IJZERMANS vindt het vreemd,, dat zo maar een groep mensen in de gelegenheid wordt ge
steld advies aan b&w uit te brengen.
De VOORZITTER meent, dat een gemeentebestuur, welke groepering dan ook, een gesprek zal moeten
toestaan als daarom wordt gevraagd. Van het geven van een advies is geen sprake.
De heer IJZERMANS concludeert, dat dus een andere groepering, die wordt gevormd, ook haar zegje
mag doen.
De VOORZITTER beaamt dit.
De heer VAN SCHILT merkt op, dat het C.D.A. deze kwestie in haar algemene beschouwingen heeft
opgenomen en daarin spreekt over een werkgroep.
De VOORZITTER vindt dit een normale zaak. Het C.D.A. heeft dit aangekaart en de raad heeft zelf
besloten om een post daarvoor op te nemen.
De heer VAN RIESSEN herhaalt, dat het C.D.A. tijdens de algemene beschouwingen heeft gezegd ini
tiatieven te ontwikkelen voor een nieuw mortuarium. B&w hebben geantwoord dit af te zullen wachten.
De raad heeft toen geen enkel bezwaar gemaakt.
Wethouder HAGE merkt op, dat b&w een kostenvergelijking hebben opgesteld. Het college is bereid
om de werkgroep te horen, maar het voorstel gaat van b&w uit.
11. Verlichting Stoofweq (I) (A. v. Nispen-Aarden)
Mevr. VAN NISPEN-AARDEN vraagt in welk krediet de lantaarnpalen van de Stoofweg zijn opgenomen.
Zij. hoopt, dat plaatsing vóór de a.s. winter zal geschieden.
De VOORZITTER antwoordt, dat deze zijn begrepen in het kredietvoorstel, dat in de augustusvergaderir
aan de orde komt. Hij streeft naar plaatsing in september of oktober..
.■12. Bereikbaarheid Noord-Oost vaor fietsen (M. Onland- v. Haar en)
Mevr. ONLAND- VAN HAAREN vraagt om een voorziening in het trottoir aan Noorddonk, zodat de
fietsers vanuit de richting Oude Saag aansluiting krijgen op Noorddonk. Wellicht kan dit tegelijk
met het rolstoelcircuit worden meegenomen.
De VOORZITTER zal dit noteren.
13. Stprten puin in groenstrook Eerste Boutweq (M„ Onland- v. Haaren)
Mevr. ONLAND - VAN HAAREN is het opgevallen, dat op twee plaatsen in de groenstrook langs
de Eerste Boutweg een verharding aan het ontstaan is, waarschijnlijk t.b.v. het parkeren van
vrachtwagens. Zij vraagt om onderzoek, omdat het nu slordig gebeurt.