-6-
De eventuele overcapaciteit is niet door een derde te gebruikenNadat het
automatiseringsproces m.b.t. afdeling II en III is afgerond zullen daarvoor
in aanmerking komende taaksectoren van b.v. afdeling I en gemeentewerken ook
worden geautomatiseerd
Een specifiek geoutilleerde opstellingsruimte is niet vereist (dhr. v.d..Kar).
De heer VAN SCHILT hoopt dat via de automatisering de wijzigingen in de sociale
uitkeringen sneller kunnen worden uitgevoerd."
Uittreksel vergaderverslag CIE FINANCIEN:
"De heer VAN REIJEN vraagt of de personele aspecten van automatisering voldoende
onderkend zijn. De SECRETARIS stelt, dat deze aspecten wel onderkend zijn en dat
daarvoor nog gezocht wordt naar oplossingen. Hij stelt, dat op beide te
automatiseren afdelingen slechts een beperkt deel van het personeel daadwerkelijk
met de apparatuur zullen moeten werken en dat er nog veie werkzaamheden zijn, die
met deze apparatuur zeker de eerste jaren weinig van doen hebben.
Ten aanzien van het werkgelegenheidsaspect wijst de SECRETARIS er op, dat de
nieuwe comptabiliteitsvoorschriften extra personeel zouden vergen, hetgeen nu
mogelijk met minder of geen personeelsuitbreiding opgevangen kan worden. Indien
niet hier ter plaatse geautomatiseerd zou worden zou er mogelijk werkgelegenheid
afvloeien naar automatiseringscentra en niet binnen de gemeente blijven.
In tegenstelling tot wat sommige vrezen is bij informatie bij de gemeenten
Oostburg en Beekgeblekendat de huidige apparatuur na een korte opleidings- en
inwerkperiode door praktisch eenieder bediend kan worden. Voor het systeembeheer
is een iets langere opleiding (10 dagen) nodig doch voor dit werk is niet iedereen
geschikt. Programmeurs en personen met langere opleidingen zijn niet noodzakelijk
omdat de programma's door de leveranciers geleverd en onderhouden worden.
De VOORZITTER en de heer VAN ZANTVLIET vinden, dat bij de voorlichtingsbijeenkomst
te gemakkelijk werd gedacht over de druk op het personeel bij de implementatie en
het volgen van cursussen.
Door de SECRETARIS wordt gesteld, dat op dit punt inderdaad erg voorzichtig en
weloverwogen te werk zal moeten worden gedaan
Met name zijn eigen afdeling staat, gezien de vele ontwikkelingenzoals nieuwe
comptabiliteitsvoorschriften, funktiewaarderinghertaxaties o.g.b. en invoering
van de wet op het basisonderwijs al geruime tijd onder sterke druk
Het inschakelen van tijdelijk personeel zal geen volledige oplossing kunnen
bieden, omdat nieuw personeel onvoldoende kennis heeft van de gemeentelijke
financiële administratie. Een combinatie aantrekken van tijdelijk personeel
en het in ruime maten overwerken lijkt de enige oplossingdoch intern zal daar
over nog het nodige overleg moeten plaatsvinden."
De heer VAN RIESSEN is akkoord met het voorstel. Er zal efficiënter kunnen worden gewerkt en
ongetwijfeld zal dit het dienstenpakket ten goede komen. In beginsel zullen er meer arbeidsplaatsen
worden geschapen, zoals op 29 juni j.l. duidelijk naar voren kwam.
De heer ADRIAANSEN neemt ook aan, dat er arbeidsplaatsen bijkomen. Hij vraagt het college hoe
de werkzaamheden verbonden aan de overgang naar computergebruik gedaan te krijgen. Hij heeft de
indruk, dat daar te gemakkelijk over wordt gedacht. Het zal tenminste drie maanden kosten voor de
computer geheel bedrijfsvaardig zal zijn. Ongetwijfeld zullen extra maatregelen in de personele
sfeer moeten worden genomen, waarbij is gesteld, dat aan overwerk niet ontkomen kan worden. Hij
vraagt of het betreffende personeel daartoe bereid is en of dat niet neer zal komen op enkelen van een
bepaalde afdeling. Daarnaast zal er na ingebruikneming van de apparatuur nog een dag per week nodig
zijn om bepaalde zaken in te voeren en hoe zal dat worden opgelost.
Graag zou hij ook willen weten of er tijdens de voorbereidingen hulpkrachten worden aangetrokken.
De VOORZITTER antwoordt, dat er in de voorbereidingsfase enkele tijdelijke krachten zullen moeten
worden ingeschakeld naast te' verrichten overwerk. Of men tot overwerk bereid is is nog niet bekend,
maar hij neemt aan, dat dit geen problemen zal opleveren.
Wethouder HAGE voegt hieraan toe, dat het overwerk zoveel als mogelijk beperkt zal blijven,
maar nodig is vooral t.a.v. het hooggekwalificeerde deel. De bereidheid blijkt wel aanwezig. Uitgangs
punt is om zoveel mogelijk tijdelijke krachten aan te trekken.
De heer ADRIAANSEN zou er bezwaar tegen hebben, dat overwerk zou worden verricht door mensen
die toch al zwaar belast zijn. Dit is gevaarlijk voor de continuïteit van het gewone werk, vooral
omdat het voor een langere tijd is. Hij vraagt hiervoor extra aandacht van b&w, met name door het
inzetten van tijdelijk krachten.
De VOORZITTER meent, dat de raad er van uit moet gaan, dat het college een behoorlijk perso
neelsbeleid voert.