4.1 Kruisland 78 Algemene beschouwingen begroting 1985 Mijnheer de voorzitter, Namens Kruisland '78 wil ik het college en al haar medewerkers bedanken voor alle werkzaamheden, die zij verricht hebben, om de aanbiedingsbrief en de begroting aan ons te kunnen voorleggen. Ten opzichte van de begroting van 1984 is de nu voor ons liggende begro ting overdui.delijk inzichtelijker geworden, wat de hanteerbaarheid heeft vergroot. Nog meer duidelijke verwijzingen kunnen m.i. bijdragen tot een gemakkelijkere bestudering van de begroting. Een terugblik op het afgelopen jaar is voor mij als raadslid slechts ten dele mogelijk, daar mijn staat van dienst als zittend raadslid voor onze groepering slechts een viertal maanden omvat. Geheel onverwacht, mijn plaatsing op de kandidatenlijst in achtgenomen, kwam ik door het terug treden van de heer Leo van de Kar op deze positie terecht. De confrontatie met deze begroting betekende voor mij meteen handen vol werk. Natuurlijk stuit je dan op allerlei problemen en bij deze, wil ik van de gelegenheid gebruik maken, Uw medewerkers te bedanken, die mij met raad en daad terzijde gestaan hebben bij de oplossingen ervan. Het m.i. erg late tijdstip van aanbieding, met in achtneming van de hier voor aan te voeren beweegredenen, maken een zorgvuldige bestudering in samenwerking met de achterban onnodig moeilijk. Ik spreek derhalve de hoop uit, de begroting van 1986 in een vroeger stadium tegemoet te kunnen zien. Vanwege het feit, dat ik nog volop in een inwerkperiode zit, heb ik mijn algemene beschouwingen derhalve beknopt gehouden. Hoofdfunktie 0; ALGEMEEN BESTUUR. 1 Het afgelopen jaar werden wij geconfronteerd met maatregelen, die het aan tal uren, beschikbaar voor het hulpsecretarie in het dorpshuis Siemburg, terugbrachten. Wij rekenen erop dat geen verdere afkalving van deze serviceverlening zal plaatsvinden. 2 Wij zijn voorts van mening, dat de openheid tegenover de burgers verder vergroot kan worden, door meer publikaties uit te laten gaan en even tueel voor de belanghebbenden informatieavonden te organiseren. Onwetendheid kan ertoe bijdragen, dat misvattingen en speculaties een eigen leven gaan leiden, met alle problemen dientengevolge. Het ter in zage leggen van plannen blijkt in een aantal gevallen niet toereikend te zijn.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1984 | | pagina 159