- 6 -
De VOORZITTER antwoordt, dat het er vooral om gaat ongewenste ont
wikkelingen te voorkomen. Het geldende uitbreidingsplan in hoofdzaak
biedt te weinig bescherming. Naar alle waarschijnli jkheid zal de eigenaar
Rekreon ter ziele zijn en de kans is dus groot, dat terrein en gebouwen
in andere handen overgaan. De meest voor de hand liggende bestemming zou die
zijn, waarover met de provincie overeenstemming is bereikt.
Het zou kunnen, dat een nieuwe eigenaar andere voor de gemeente acceptabele
plannen voorlegt. In dat geval zal zeker met de raad overleg worden gepleegd.
Een meer recreatieve bestemming moet, zo daaraan behoefte bestaat,niet
worden uitgesloten, maar het kan ook iets anders zijn.
De heer VAN ECK heeft zijn opmerking geplaatst, omdat er destijds pro
blemen met de P.P.D. waren en veel tijd verloren is gegaan.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel.
9. VOTERING CREDIET VOOR VERVANGING VAN DE DAKBEDEKKING VAN ENKELE
GEBOUWEN BIJ HET ZWEMBAD (45e wijziging begroting 1981)
De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig
het voorstel
10. NIET ONTVANKELIJK VERKLARING BEROEP VAN A.VAN TILBURG I.V.M.
GEWEIGERDE MEDEWERKING VOOR DE BOUW VAN EEN WONING AAN DE
STIERENWEG.
Uittreksel CIE GEMEENTEWERKEN:
"De heer VAN SCHILT pleit er voor om, gelet op de ook bij de hooroommissie
ingébrachte sociale en medische gronden, het verzoek in te willigen.
Bovendien hebben er altijd twee woningen gestaan en een woning zal nabij de
"glazen stad", straks wellicht ingebouwd, niet ontsierend werken.
De heer HEIJMANS kan de heer van Schilt in deze steunen. De heer HAGE
is van oordeel, dat men om formele redenen neen moet verkopen; indien de
medische gronden nog beter te onderbouwen zijn heeft hij persoonlijk echter
geen bezwaarMevr. ONLAND—VAN HAAREN kan de stellingname van de collega s
wel begrijpenmaar signaleert wel, dat het hek dan van de dam is. Na een
toelichting van de notulist concludeert de VOORZITTERdat een en ander niet
past in het plan en er geen beroep op de raad mogelijk is".
De heer VAN SCHILT is tot de conclusie gekomen,dat het C.D.A. de harde
lijn volgt en niet bereid is te helpen. Daar heeft hij moeite mee. Zijn fractie
is, gezien het sociale aspect, vóór verlening van de bouwvergunning.
Liever ziet hij, dat het voorstel wordt teruggenomen en b&w naar een
mogelijkheid zoeken om voor aanvrager een oplossing te bereiken.
Mevr. ONLAND-VAN HAAREN constateert, dat de heer van Schilt blijkbaar
vergeten is, dat het C.D.A. wel degelijk oog heeft voor de sociale aspecten.
Maar dat wil niet zeggen, dat dan tegen de wet kan worden ingegaan. Het C.D.A.
moet dus dit voorstel steunen.
De heer HAGE zegt, dat de V.V.D. tot de conclusie is gekomen, dat
binnen de huidige regels geen bouwvergunning kan worden verleend. Mocht
de medische indicatie van dien aard zijn, dat deze als zwaar-wegend moeten
worden beschouwd dan is hij vóór vergunningverlening.
De heer RADEMAKERS merkt op, dat ook zijn fractie het voorstel van
bSw steunt, omdat nu eenmaal de voorschriften niet anders toelaten. Alle
raadsleden zijn echt wel sociaal bewogen. Als men anders wil dan moeten
de voorschriften veranderd worden.
De heer HEIJMANS vindt het ook moeilijk. Hij denkt in de richting van
een verbouwing, waarvoor wellicht wel mogelijkheden zijn.
De VOORZITTER antwoordt, dat het nu gaat om de behandeling van een
informatie over mogelijkheden voor de bouw van een woning. Hem is van tevoren
gezegd, dat het niet kan. Ook al betreft het geen officiële aanvrage en
is er dus geen beroep op de raad mogelijk, toch hebben b&w het de raad willen
voorleggen. B&W kunnen niet anders dan voorstellen tot niet-ontvankelijk-
verklaring. Ook al had de heer van Tilburg een officiële bouwaanvraag in
gediend dan nog had de raad z.i. binnen het wettelijk kader geen vergunning
kunnen verlenen.