22 IV. SUBSIDIES In een vorige vergadering zijn we al akkoord gegaan met een aantal subsi die voorstellen. Een ander deel van te subsidiëren instellingen, verenigingen enz. valt onder het sociaal cultureel plan dat in een later stadium door de raad zal worden vastgesteld De daarvoor ingestelde commissie is met de werkzaamheden om tot een advies te komen bezig. Wij willen de commissie niet voor de voeten lopen door op voorhand al geld middelen die aan het sociaal cultureel plan zijn toebedeeld voor andere doeleinden aan te wenden. We vinden dat dat pas zal kunnen als de commissie met haar eindadvies gereed is Wel hopen we dat er tot een herschikking van het beschikbare bedrag gekomen zal worden, waarbij wij met name denken aan een andere manier van opzetten van het muziekonderwijsde reeds circulerende megelijkheden voor besparing op de hoge kosten van het zwembad en de subsidiering van het regionaal cen trum voor maatschappelijk welzijn, alsmede "De Gammele" De vragen die door onze fractie zijn gesteld met betrekking tot het regionaal centrum zullen hopelijk onze standpuntbepaling vergemakkelijken. Wij spreken uit voorstander te zijn van subsidiering per aktiviteit, dat kan wat meer werk met zich meebrengen maar zal volgens ons een zo objectief mo gelijke verdeling van subsidies bevorderen. In het algemeen willen we stellen dat het subsidiebeleid nooit zo mag worden dat de vrijwilligers die op veel terreinen werkzaam zijn, het bijltje erbij neergooien, hun werk en inbreng zijn zeer moeilijk te missen. Ook moet er voor gewaakt worden dat door vermindering van subsidies eigen bijdragen of contributies te hoog worden en daardoor een drempel gaan vormen voor allerlei vormen van zinvolle tijdsbesteding. Juist nu er zo veel mensen buiten het arbeidsproces staan of nog komen te staan is het noodzakelijk daar oog voor te hebben. V. ONDERWIJS Goed en goedkoop gaat meestal niet samen. We vinden dat het onderwijs goed moet zijn en hebben daar veel voor over. Door de schoolbesturen zijn ons cijfers voorgelegd, die later door het college weer zijn herzien, met name betreffende het leerlingenaantal. Tegen de achtergrond van de door ons voor gestelde bezuinigingsmaatregelen zullen wij ons standpunt over de hoogte van het uit te keren bedrag per leerling later bekend maken. Wij zijn van mening dat er nog steeds getracht zal moeten worden om HAVO onderwijs in de gemeente te krijgen. De definitieve erkenning van de re gionale functie van Steenbergen rechtvaardigt deze wens zeker. Misschien niet of misschien juist wel onder het goede hoofdstuk zouden we willen worden geinformeerd of het waar is dat er ten aanzien van de peuter speelzalen een rijksregeling op komst zou zijn. We zouden graag zien dat het vakonderwijs op de lagere scholen gehandhaafd blijft en niet wordt aangetast, we menen het juist begrepen te hebben dat dat in de te verwachten regeling min of meer het geval zal zijn. 9

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1981 | | pagina 167