-8-
De e|qer?aar van dit pand bleek slechts bereid aan de totstandkoming mee te
werken als/een aantal voorwaarden werd voldaanOp zich is dat een te respecteren recht
van de eigenaar.
Het kan echter ook tot gevolg hebben, dat aan deze bijkomende voorwaarden re
delijkerwijs niet kan worden voldaan door de gemeente.
Wij zijn van mening, dat dat nu het geval is en wel om de volgende redenen:
1. Het verschil in prijs tussen Westdam 22 en Vleeshouwerstraat 18 bedraagt, zonder
bijkomende kosten, ongeveer 66.000 gulden.
2. In het taxatierapport worden een aantal bijkomende kosten opgevoerd tot een bedrag
van ongeveer 33-000 gulden ter compensering van materiële en immateriële schade
van de eigenaar van Westdam 22.
3. Hierdoor komt het verschil in waarde tussen beide panden op ongeveer 33-000 gul
den.
k. De eigenaar van Westdam 22 is bereid 10.000 gulden bij te betalen.
5. De gemeente blijft met een gat zitten van ongeveer 23.000 gulden.
Samengevat verkrijgt de eigenaar van Westdam 22 door bijbetaling van 10.000
gulden een pand wat 66.000 gulden meer waard is, voorwaar een zeer voordelige zaak,
die wanneer dit voorstel wordt aangenomen navolging zal vinden.
Hiermee zijn wij er echter nog niet, want ook de verkoper van Vleeshouwerstraat
18 bedingt een bijkomende voorwaarde, nl. de ontvangst van rente over de koopsom
voordat het raadsbesluit na aanname de goedkeuring van GS heeft gekregen.
Gezien de tijd die hiervoor in de regel wordt genomen komt deze voorwaarde
de gemeente op nog eens een extra uitgave te staan van ongeveer 7-000 gulden, nog
los gezien van het feit of dit door G.S. zal worden geaccepteerd, naar ons idee is
dit ook niet mogelijk. Door deze voorwaarde komt de verkoper dan toch nog aardig in
de richting van de oorspronkelijke vraagprijs en wordt er weinig centenpijn geleden.
Wij zijn ons bewust van het feit, dat voor de uitbreiding van het gemeentehuis
de verkrijging van de panden aan de Westdam noodzakelijk is; dat is voor ons echter
geen reden om de gemeente het vel over de oren te laten halen.
Wordt dit voorstel aangenomen, dan is de weg vrij voor de eigenaren van de tus
senliggende panden om misschien nog extremer wensen op tafel te leggen.
De woningmarkt loopt terug en de prijzen dalen, dat is het huidige beeld, op
de Westdam in Steenbergen stijgen de prijzen echter met 30, ^0 of 50.ooo gulden, die
door de gemeenschap moeten worden opgebracht.
In een tijd van matiging, of beperking van de uitgaven vinden wij dit geen goede
zaak.
Wij vinden het in de gegeven omstandigheden zinvoller eerst met de overige be
trokken eigenaren in onderhandeling te treden en te zien of daarmee een voor ons meer
aanvaardbare oplossing bereikt kan worden.
Alles overwegende staan er, wanneer geen redelijke overeenstemming bereikt kan
worden, ook nog andere wettelijke mogelijkheden ter beschikking van de gemeente, die
weliswaar tijdvertragend kunnen werken, maar naar onze mening de garantie inhouden
dat partijen geen oneigenlijk gebruik kunnen maken van omstandigheden.
Wij zullen naar aanleiding van de voorgaande argumenten dan ook tegen het voor
stel stemmen."
De heer VAN SCHILT constateert, dat nu al voor de tweede maal narigheid is ont
staan rond de aankoop van huizen aan de Westdam. Zou de gemeentelijke aankoper wel
licht niet de meest geschikte persoon voor dit werk zijn en is het niet beter uit
te kijken naar een ander. Dan kunnen misschien moeilijkheden worden voorkomen.
De VOORZITTER ziet deze opmerking als een rechtstreekse aanval op de ambtelijke
staf. Overigens vindt hij dit niet thuishoren in een openbare vergadering, vooral
ook omdat de argumentatie zeer zwak is. BsW hebben in de betrokken ambtenaar het
vólste vertrouwen en deze heeft dit tot nu toe niet beschaamd. De opmerking is voor
al misplaatst, omdat juist tijdens de onderhandelingen voor deze aankoop de aankoper
geen stap heeft gezet zonder voorafgaande sanctie van het college. Hij vindt het een
kwalijke zaak, dat met een losse opmerking, zonder enige argumentatie, een ambtenaar
zomaar verdacht wordt gemaakt.
-9"