- 36 -
De VOORZITTER verklaart, dat het college zich graag aansluit bij de
dank en wensen, die de sprekers aan het adres van de ambtenaren hebben
uitgesproken. Hij is niet ongevoelig voor het tot hem persoonlijk gerichte
woord
In eerste instantie wil hij graag in het kort reageren op de algemene
beschouwingen. Hij vindt, dat alle fracties veel werk gemaakt hebben van de
beoordeling van het gevoerde en te voeren beleid. Het lijkt hem voor de
samenstellers van de begroting vreugdevol, dat daarin zo diep is gedoken.
Naar beste weten en kunnen zal het college voor beantwoording zorgdragen.
17. RONDVRAAG (begin: L.v.d.Kar)
1. 2e termijn begrotingsbehandeling op 8 januari 1981 (mevr. Onland)
Mevr. ONLAND vindt de termijn van 14 dagen tussen deze en de volgende
vergadering wel erg kort. Het 1 ijkt haar onmogel ijk om binnen die tijd de
antwoorden op te stellen, te bestuderen en weerwoord te geven. Zij stelt na
mens de fractie voor om op 8 januari de behandeling voort te zetten, zodat de
vergadering van 15 januari kan vervallen.
De VOORZITTER merkt op, dat het reglement van orde de termijn van 14 da
gen bepaalt, maar de raad hiervan uiteraard kan afwijken. Hij geeft toe, dat
de tijd krap is.
De heren HAGE, RADEMAKERS, VAN ECK en VAN MEER steunen, namens hun frac
ties, het voorstel van mevr. Onland.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel
van mevr. Onland.
De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat op 8 januari ook een normale agenda
zal worden behandeld.
2. dubbe1 parkeren in centrum (mevr. Onland)
Mevr. ONLAND-VAN HAAREN heeft in de cie. gemeentewerken maatregelen tegen
het dubbel parkeren in de binnenstad, vooral op vrijdag en zaterdag, gevraagd.
De VOORZITTER zal dit de groepscommandant voorleggen.
3. openbare verlichting Franseweg (j.v.Schilt)
De heer VAN SCHILT zou graag tijdens het werkbezoek van de commissaris
der koningin aan de orde willen stellen de door de directeur gemeentewerken in
de ciegemeentewerken geuite klacht t.a.v. de provinciale waterstaat. Het gaat
om het niet-nakomen van taken als wegbeheerder en het lang uitblijven van
ontheffingen als de gemeente die taak overneemt.
De VOORZITTER antwoordt, dat B&W zich distancieren van hetgeen de directeur
gemeentewerken heeft gezegd. B&W hebben er geen behoefte aan, dat ambtenaren
buiten het college om vertellen wat er gebeuren moet. Het is niet zijn gewoonte
in het openbaar ambtenaren aan te vallen, maar hij is over deze kwestie niet te
spreken
In deze provincie, al is dat afwijkend van andere provincies, geldt het uitgangs
punt, dat de provinciale overheid niet gehouden is voor verlichting van pro
vinciale wegen te zorgen. Bij brief van 23 november 1979 hebben gedeputeerde
staten de gemeente bericht, dat de door B&W gewenste verlichting niet de belan
gen van het doorgaand verkeer beoogt, maar tot doel heeft de beveiliging van
een aantal wegaans1uitingen en bochten.
Zij stellen t.a.v. de wegaans1uitingen voorts, dat deze dienen voor de aanslui
ting van gemeentewegen en een verlichting voor het doorgaand verkeer van geen
betekenis is. Er wordt bij verlichting een lokaal belang gediend, zo schrijven
g.s., waarvan de behartiging een taak van de gemeente is.
Spreker meent, dat het standpunt van de provincie duidelijk vastlag en
bekend was, zodat niet van een absurde situatie gesproken kan worden, zoals
helaas toch geschiedde. De directeur gemeentewerken had dus beter moeten weten.
Het is wel juist, dat de ontheffing lang is uitgebleven. De betaling van
2,50 per jaar per lichtmast geschiedt op grond van een provinciale verordening
De heer RADEMAKERS wil de directeur gemeentewerken toch verdedigen, want