-9- De heer HOENDERVANGERS verwijst naar het voorstel van zijn fractiegenoot van Eek, gedaan in de commissie gemeentewerken, dat uitgaat van een andere verdeling als B&W zich voorstellen. Zijn fractie voelt meer voor 650.000,== voor de binnenstad, 250.000,== voor voorzieningen in de wijk Zuid en 250.000,== voor diverse dorpskernen. Daarbij is vooral gedacht aan de con sequenties van het aanvaarde PON-rapport, zoals het aankleden van het Floraplein en kleinere voorzieningen in de dorpen, die zich direct aanmelden en zo ook onmiddellijk realiseerbaar zijn. De VOORZITTER vindt dit uitgangspunt principieel niet juist, maar heeft er geen moeite mee, als de raad zich hier achter stelt. Toch raadt hij aan om het doel waarvoor de extra uitkering voor historische stadskernen wordt verstret consequent te volgen. Daarbij kan men niet stellen, dat dan de andere kernen tekort ko men, want het is een gerichte rijksbijdrage. Eerlijkheidshalve moet daaraan worden toegevoegd, dat aan de uitkering geen voor waarden zijn verbonden, zodat de gemeente in de besteding vrij is. Zo is in het verleden de bijdrage aan de algemene middelen toege voegd. B&W stellen nu voor de uitkering globaal voor het eigenlij ke doel te bestemmen, maar wel met de mogelijkheid om via een alge mene toelichting ook buiten de stadskern naar bevind van zaken, dus aan de hand van vertaling van het PON-rapport, bestedingen te doen. Spreker neemt als voorbeeld voor besteding binnen de stads kern de renovatie van oude woningen, die .zonder financiële bijdrage, nooit rendabel op te knappen zijn. Gebeurt dit namelijk niet, dan ziet hij verpaupering van straten als de Visserstraat. Dat nu valt z.i. niet te rijmen met de doeluitkering, die de gemeente voor haar stadskern ontvangt. De heer HOENDERVANGERS begrijpt dan niet welk bezwaar de voor zitter heeft tegen het voorstel van de heer van Eek, dat in feite de "algemene toelichting", zoals de voorzitter die zo even gaf, in houdt De VOORZITTER merkt op, dat dan hetzelfde effect optreedt als de vorige vergadering over de z.g. "winst uit Zuid", nlhet ontlenen van rechten voor een bepaalde bestemming. Dat was overigens wel begrijpelijk, maar onjuist. Om dit nu te voorkomen, vindt hij de door B&W aangegeven bestemmingsomschrijving, met daaraan een ruime re toelichting toegevoegd, een beter werkbare constatering, die toch de mogelijkheden biedt, die de heer van Eek opsomde. In de toekomst kan dan worden bezien waar het geld precies naar toe gaat en dat kan meer of minder dan 250.000,== zijn. De heer HOENDERVANGERS ziet tegenstrijdigheid tussen enerzijds de sinds 1977 ontvangen uitkeringen samen te voegen tot één bestem ming voor de stadskern en anderzijds bezwaar te maken tegen het voor stel van zijn fractie tot een meer slagvaardige bestedingsmogelijk heid van de beschikbare 1.250.000,==, waarbij de binnenstad aan haar trekken komt, maar ook wijk Zuid en de overige kernen. Volgend jaar kan dan worden bezien of de uitkering over 1980 wel of niet uitsluitend voor het doel, waarvoor deze gegeven wordt, moet worden bes teed Om nu ineens een eenzijdige koers te gaan varen acht hij on juist en een te abrupte stap, vooral gezien in het licht van het PON-rapport, dat nogal wat leemten aanwijst. Juist de kleinere voor zieningen kunnen nu worden aangepakt en dat zonder de algemene midde len aan te spreken.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1979 | | pagina 23