-18- Neemt men de uitgangspunten onder de loep, dan staan daar weinig goeds belovende dingen in en dat zal mede gelden voor het gehele door provinciale ambtenaren op te leggen open 1uchtrecratiebeleidWij zijn hierop bij de behandeling van agendapunt 29 reeds op ingegaan. Wat wij niet goed begrijpen is, dat men in een natuurgebied blijkbaar liever een industrie-complex met - altijd mogelijk - nadelige neven-effecten ziet dan een daarin veel beter passend recreatie-object, dat-ook objectief gezien - goed inpasbaar en groenrijk is. Klap op de vuurpleil voor ons is echter het wel aanvaardbaar zijn van een gigantisch mestbedrijf in datzelfde zo heilig verdedigde natuurgebied. Hier wordt ons inziens met twee maten gemeten, omdat men in Den Bosch onze krachtige veelzijdige en centrum gemeente Steenbergen niet als zodanig wenst te erkennen. Voor de gemeente is de oorspronkelijke opzet van bijzonder groot belang, met name ook als men ziet welke recreatie-, sport- en ontmoetingsaccommodaties van lieverlee zullen verrijzen. Wij pikken er b.v. een overdekt zwembad uit, maar achten ook een congreszaal een niet te verwaarlozen promotion-element. In dit verband is het toch wel typerend, dat de PPC zelf opmerkt, dat binnen enkele jaren een forse uitbreiding te verwachten is. Men erkent dus een bestaande c.q. komende behoefte. Mag Steenbergen daar dan niet op inspelen? Is er in een zo'n grote gemeente niet voldoende plaats en dan vooal aan de randen, zodat er niets wordt aangetast Het heeft weinig zin nog dieper op de zaak in te gaan. We weten alle maal waar het om gaat. Waar wij wel enige moeite mee hebben is ontbreken van strijdvaardigheid en overtuiging om het uitgestippelde beleid zo lang als mogelijk te verdedigen en de "tegenstander" op zijn zwakke punten (b.v. wèl compostbedrijf en een Markt-Vlietkanaa1 alleen voor Roosendaal) te treffen. Die strijd mag toch niet ophouden bij een ambtelijke advies commissie. Het gaat om politieke keuzen. Op grond van het bovenstaande vragen wij U: 1. uit te spreken, dat u zich gebonden voelt aan uw, door de raad gesancti oneerde, beleidsvisie t.a.v. de openluchtrecreatie (st i mu1 erend dag- en verblijfsrecreatie op het gebied van de watersport) 2. de consequentie te trekken uit punt 6.a van dit besluit t.a.v. Vlas- fabr i ekterre i n 3. zich te realiseren, dat het thans voorliggende alternatief meer een han delsactiviteit betreft en beter past in of direct nabij de stad; 4. nog eens na te gaan of het oorspronkelijke plan niet veel beter aansluit bij het provinciaal voornemen voor dit gebied, dan handhaving van de industriële bestemming of vestiging van een kolossaal compostbedrijf Want dat kon dan blijkbaar volgens de PPD wel. 5. te overwegen gebruik te maken van de toezegging van gedeputeerde staten aan het oud-statenlid en ex-wethouder Herbers, gedaan tijdens de behandeling van het Mark-Vlietkanaa1dat Steenbergen nooit in de steek zal worden gel aten Dit recreatiepark is, dachten wij, een goede compensatie, zowel voor de werkgelegenheid, het bedrijfsleven, de middenstand en het leefklimaat. De VOORZITTER antwoordt, dat bSw met een dergelijk vernietigend PPC- advies in de hand en de wetenschap, dat de provincie een nota watersport recreatie in voorbereiding heeft, toch niet kan besluiten een bestemmingsplan op te stellen, dat uitgaat van de oorspronkelijke opzet. De heer VAN VOSSEN herinnert eraan, dat ook daarvoor de raad eerder een principe-besluit nam. De VOORZITTER is hiervan niet op de hoogte. Hij houdt echter staande, dat zowel de P.P.C., als de betreffende gedeputeerde, dergelijke overwegende bezwaren tegen een recreatie-project ter plaatse hebben, dat het doorzetten van het oorspronkelijke plan geen zin had. De Raamgroep heeft die mening overgenomen en het Vaarcentrumplan ontwikkeld. Burgemeester en wethouders vragen hiervoor een principe-uitspraak van de raad met de bedoeling, dat de raad hier pal achter gaat staan. -19"

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1979 | | pagina 136