-7- De VOORZITTER citeert het volgende antwoord van b&w: "Waar we over praten is: kopen we die grond. De toekomstige bestem ming komt beslist later nog aan de orde. Wij hebben er alleen op willen wijzen, dat deze grond erg geschikt zou zijn om de continuïteit van onze stortmogelijkheden te verzekeren. Dat storten zou daar erg goed kun nen gebeuren, maar het is natuurlijk straks aan U om dat goed te vinden of niet. Voordat zo iets kan gebeuren moet het bestemmingsplan dat mogelijk maken en daarvoor is een planwijziging nodig. Het is de raad, die daarover be slist. Dat is ook de procedure, waarin de commissie ruimtelijke ordening erbij betrokken wordt. In de verschillende procedures, t.w. de wijziging \an het be stemmingsplan en de afgifte van de Hinderwetvergunning voor een stortplaats zitten allerlei waarborgen ingebouwd voor b.v. de omwonenden. Maar, nogmaals, waar het nu om gaat is: kopen we die grond." De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat de motivering van de aankoop in dier voege wordt duidelijke gemaakt, dat deze zal dienen om de aan leg van "een" stortplaats mogelijk te maken, hetzij dus als ruilob ject hetzij als vestigingsplaats. De heer BAKX spreekt als volgt: "1. Waarom moet de gemeente Steenbergen opdraaien voor de vuilnis van an dere gemeenten, zoals Nieuw-Vossemeer en Dinteloord. 2. Gronden met een agrarisch bestemmingsplan (bestemmingsplan buitenge bied). Het agrarisch karakter moet behouden blijven, denk aan pas nieuw gebouwde behuizingen in verband met Vie 1 standstoezicht 3. In strijd met ontwikkelings- en rui1 verkavelingsontwerp In het voorontwerp staat letterlijk: "Het behoud van het karakter van landschappelijk waardevolle agrarische gebieden staat voorop", (pag. l). Voorts staat er letterlijk op de groene binnenkant van de omslag: "In een ruilverkaveling wordt eveneens aandacht besteed aan de be scherming van en de zorg voor landschap en natuur." Vanuit dit oogpunt diende ook het pas verharde stuk van de Groenedijk onverhard te blijven uit landschappelijke en recreatieve overwegingen. k. Op een korte afstand divase behuizingen. Voor de bewoners hiervan is dit ook uit oogpunt van de hinderwet ontoelaatbaar. Denk aan: - vieze stank (vglhinderwet voor agrariërs die mogen ook geen stanko verlast veroorzaken, een overheidsinstelling dan wel?) - lelijk z i ch t - hygiënisch beslist onverantwoord, denk aan overbrengen van bacteriën - ongedierte, ratten tieren er weelderig. - geluidsoverlast en hinder van meeuwen (denk aan gewassen op naburige velden) 5- Waarom k ha grond van topkwaliteit weggooien om enkele maanden vuil te kunnen storten. Het agrarisch karakter van die grond is onherstelbaar verwoest. Sommige boeken beweren wel, dat als men er een laag grond op brengt, is alles vergeten. Maar in de prakt ijk ligt dat niet zo simpel. Redenen: a. Structuur is volledig verwoest en komt niet meer terug; b. De grond slempt dicht (na een beetje regen grote plassen); c. De ondergrond is en blijft te droog: - capillaire werking niet meer mogelijk - grondwaterstand te laag - PF-curve is totaal veranderd d. Daarna zouden er bomen op geplant worden, de eerste de beste landschapsdeskundige kan je vertellen dat zo'n "bosje" in het totaal staat als een vlag op een modderschuit; e. De horizonten 2jn totaal door elkaar gehaald; 'f. Lucht, water en grondverhouding is totaal zoek.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1977 | | pagina 52