-23-
De verhoging van de BTW van 12 naar 14% was al evenmin te voorzien,
maar hield wel in stijging van de bouwkosten met 2%. Daar kwam nog bij
een verplichte betaling van de door het rijk toegestane loon- en prijsver
hogingen. Beide factoren verhoogden de kosten per woning met 2.930,75.
De hogere huur als gevolg hiervan bedraagt 27,41.
Met die 29,99 voor de grond is thans reeds een huurverhoging van
57,40 per maand verklaard.
Tot overmaat van ramp kwam het complex door de verhoging van de hier
voor geschetste grond- en bouwkosten boven de door de minister vastge
stelde norm, waardoor een lagere bijdrage werd toegekend. Het gevolg
18,90 per maand minder rijksbijdrage, dus meer aan huur.
Door het ministerie is bepaald dat de Stichting de verhogingen in prin
cipe moet innen vanaf de bewoningsdatum.De Stichting heeft evenwel beslo
ten hieraan geen gevolg te geven en de verhoogde huren pas te doen in
gaan op 1 januari 1974. De Stichting vond het te erg en onjuist om met
terugwerkende kracht de verhoogde huur te innen.
De Stichting heeft, overtuigd van haar juiste handelingen en bereke
ningen, de protestbrief van en haar antwoord aan de huurders aan b&w en
de minister ter kennisneming gezonden. Ook de Stichting is helemaal niet
gelukkig met de gang van zaken.
Toen de administrateur de eerste telefoontjes van de gedupeerden kreeg
heeft hij direct geadviseerd een bezwaarschrift in te dienen met de toe
zegging, dat de Stichting zou bekijken, wat er aan gedaan kon worden.
In overleg met de gemeente en het ministerie wil de Stichting tot
een aanvaardbare oplossing trachten te komen. Men kan ervan op aan, dat
ook de Stichting er helemaal niet gelukkig mee is en zal proberen er alles
aan te doen om de huur op een aanvaardbaar niveau te krijgen. Wel wil hij
er op wijzen, dat in de nieuwe huurprijs de 6% huurverhoging per 1 april
is inbegrepen.
Spreker ziet in een gezamenlijk overleg echt wel mogelijkheden om uit de
moeilijkheden te komen.
B&w zijn de Stichting erkentelijk voor het verstrekken van de gegevens
en spreker acht de vragen van de heren Hoendervangers en van Tilburg hier
mee voldoende beantwoord.
De heer VAN TILBURG zou een niet alledaags voorstel willen doen.
Het gaat om een zaak, die, gezien de belangstelling op de tribune, veel
mensen na aan het hart ligt. Hij stelt voor de vergadering te schorsen
voor een 15 a 20 minuten en gedurende die tijd de mensen gelegenheid te
geven vragen te stellen.
Wethouder JANSEN wil daartegen in brengen, dat hij thans alleen als
wethouder en niet als secretaris van de Stichting kan optreden. Hij
stelt voor om, nadat de kwestie door de Stichting met het gemeentebestuur
en het ministerie is doorgesproken, een onderhoud met eendeputatie van de
huurders te organiseren. Nu kan er, bij gebrek aan verdere informatie,
weinig aan het reeds gezegde worden toegevoegd.
De heer VAN TILBURG dacht gemerkt te hebben, dat er nu reeds een drin
gende behoefte is "iets kwijt te kunnen". Tijdens de schorsing kan de
heer Jansen dan gerust als bestuurslid van de Stichting de vragenstellers
te woord staan.
Het spijt wethouder JANSEN dat hij hieraan niet kan voldoen. Er kan
geen overleg met het Stichtingsbestuur plaats vinden, zodat hij elke
bevoegdheid mist.
De VOORZITTER heeft zitten overwegen om op de suggestie van de heer
van Tilburg in te gaan.