- 9 Alvorens mijn standpunt over deze arbitraire en discutabele eis Kenbaar te maken heb ik er behoefte aan in het kort, ik zal niet te veel van uw tijd vergen M.d.V., de verhouding van dit college met het georganiseerd bedrijfs leven onder de loupe te n^men. Bij het vernemen van het besluit dat men dit maal niet de weg van de coördinatie maar van de (zij het ludieke) polari* satie meende te moeten bewandelen, heb ik mij afgevraagd of het college in het algemeen in gebreke was gebleven in de belangenbehartiging van de mid denstand. Immers wie wil leren iets goed te doen moet naast de goede methode ook de fouten leren kennen die hij kan begaan.Wanneer ik deze vraag voor mij zelf analyseer en probeer deze naar best vermogen te ontleden, wil, tot een synthese koend, waarbij ik in verband met de tijd slechts de belang rijkste zaken tot een volkomen geheel probeer te verenigen» de nadruk leggen op de volgende punten: _a« U zult het met mij eens zijn, dat de laatste 12 jaar ons achtergebleven klein centrum een totale metamorphose heeft ondergaan en op het gebied van verlichting - bestrating - aanleg van parkeerterreinen en stadssanering niet alleen de gelijke maar voor 00% zelfs grotere steden op dit gebied heeft voorbijgestreefd. Ik heb reeds de gelegenheid gehad een blik te slaan op diverse begrotingscijfers voor 1974. Ik volsta met die cijfers die mede bepalend zijn voor de belangenbehartiging van het midden- en kleinbe drijf: 267.000,= in 1974 voor de plantsoenendienst? 500.000,= voor wegen, straten en pleinen; 90.000,= voor straatverlichting exclusief de nieuwe verlichting van de Hoogstraat, dat de invalsweg wordt van Roosendaal, Wouw en Moer- straten. Met enthousiasme en adviserende medewerking van deze raad mogen wij constateren, dat het visitekaartje van Steenbergen van erkende prima kwaliteit is. b_. Het continu, ik memoreer, o-ptimaal, in het belang van de zelfstandige on dernemers medewerken in 'samenwerking met het Öorgstellingsfonds voor de middenstand, ter financiële ontlasting van met een deficit werkende be drijven, het verstrekken van credieten en garant blijven van bankkapitaal. Het tot nu toe met succes welen, van (4 weken geleden) een enorm cash- en carrybedrijf Parallel lopend met stadssanering en verkeersproblematiek zijn het vaststellen wan bestemmingsplannen. U weet M.d.V., wat dit landelijk, pro vinciaal en gemeentelijk voor problemen meebrengt. Ik zal tier niet spreken over hst drama Hoog Catharijne in Utrecht waar de n.v. Bredero in samen werking met het gemeentebestuur de middenstand volkomen heeft gediscrimi neerd. Wel vestig ik de aandacht op het onlangs verschenen Cimk rapport in de gemeente Roosendaal waarover ik geen commentaar geef. Tenslotte me moreer ik het totstandkomen van het Plan Parade in Bergen op Zoom waar de projectontwikkelaars van de n.v. Wilma aan de bestuurstafel naasthet ge meentebestuur hadden plaatsgenomen bij hun debat met de middenstand. Daar om heb ik er behoefte aan hier de nadruk te leggen op de meer dan demo cratische wijze waarop hier de georganiseerde middenstand door het college van b&w in de gelegenheid is gesteld haar mensen mede op gevoelsgronden en op basis van mogelijke omzetvermeerderen en kantenverwerven er door te drukken. Tenslotte zal ik mede pr oberen tot een aanvaardbare oplossing te komen. Ik ben mij bewust dat het college de problematiek anders dient té benaderen dan diegenen die de fianciële belangen laten prevaleren. Uit dè aard van hun beroep zijn zij min of meer bedrijfsblind, omdat zij van hun standpunt terecht de dingen eenzijdig beschouwen in verband met hun par* ticuliere belangen en behoeften en omdat zij geneigd zijn de keerzijde van de medaille te verwaarlozen. Maar het gaat er nu eenmaal niet om hoe vlug een ujt de aard der zaak moeit jk befcr.uit tot stand komt maar of het een goed besluit is in het belang van de gehele bevolking. Ik heb de hele procedure voor ik hier naar toe kwam nog eens doorgenomen en het rapport van de chefs van afd.I en IV van alle Kanten beschouwd en de verschillende bestanddelen en van de A#M.W.%n van jg Rijksverkeersinspectie voor mij zelf nog eens duidelijk belicht.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1973 | | pagina 36